De open tunnel aan den rechteroever, met zijn fijn gegolfde zijwanden overgaand in
het tunnelportaal. Op den achtergrond het imposante ventilatiegebouw.
ventilatieruimten toegang geeft.
Maar we kijken vóóruit en
zien de rijbaan dalen en dan in
de verte weer omboog gaan.
Hier is het werk nog in vollen
gang. Arbeiders zijn
bezig met betege
len; anderen ver
zorgen de afwerking
der ventilatiesleu-
ven of zijn doende
met de afmontage
der lichtkasten. Op
het diepste punt,
midden onder de
Maas gekomen, zien
we den weg vóór en
achter ons met het
zelfde rliythme op
waarts gaan. Door
een mangat in het
wegdek zien we on
der ons arbeiders
bezig in de pomp-
ruimte en in de ver
gaarbakken voor 't
schoonm aakwater,
dat door riolen on
der den vloer hier
heen vloeit, om
daarna in de Maas
gepompt te worden.
Nu gaat het loo-
pen minder gemakkelijk; we stijgen!
Maar ook thans weer belet een bocht
ons 't uitzicht en we haasten ons voort
en zien na eenige oogenblikken in de
verte het daglicht! Kalm wandelen we
Boven: de tunnel-
mond aan denlinker
oever duidelijk ziet
men dat de wanden
van den open tun
nel hier hooger zijn.
Daaronder '1 tijde
lijke „mangat"dat
in het midden van
den tu n nel, diep o n -
der de Maas, toe
gang geeft tot de
pompruimte onder
den rijvloer.
door. In den wand,
langs het contröle-
pad, dat de ver
hoogde voortzet
ting is van het
middentrottoir in
den open tunnel,
zien we echter een
deur, die tot de
Over de duisternis zal niemand zich
in den nieuwen tunnel te beklagen
hebben. Tal van lichtpunten worden
gemonteerd. (Eigen opnamen)
Onder het ventilatiegebouwDe ver
bindingsdeur tusschen ventHatie-
ruimte en zijtunnel.
verder door de wit betegelde gang;
het licht verandert geleidelijk van
intensiteit tot we bij dezen tunnel-
mond weer in het volle daglicht
staan. Maar liet lijkt ons of de tun
nel hier dieper ligt dan aan de
andere zijde. Dit komt omdat de
zijwanden in verband met liet straatpeil hooger
moesten worden opgetrokken, terwijl aan de noord
zijde geen straten, maar groene glooiingen de
begrenzing vormen.
We loopen nog iets verder, maar dit opstelplein
is nog niet klaar.
Wel zien we het
garagegebouwtje,
dat hier wat verder
van den tunnel
afligt dan aan den
anderen kant. Dan
klauteren we over
het werkterrein
naar de Doklaan en
hiermede is onze
wandeling van on
geveer twintig mi
nuten ten einde.
Wanneer we over
een poos door den
voetgangerstunnel
van 't eene roltrap-
pengebouw tot het
andere zullen gaan,
zal die wandeling
héél wat korter zijn
Op tweeëntwintig
meterdiepte. Vanuit
het m idden van den
tun nel gaat de rijweg
aan beide zijden ge
leidelijk omhoog.
donkeren tunnel ligt vóór ons een breede, lichte,
betegelde corridor, die ons door zijn rhythmische
ruimtewerking schijnt voort te stuwen tot, om de
bocht, we het onderwatergedeelte bereiken!
Ongemerkt gaan we onder het ventilatiegebouw