DE INTERNATIONALE SCHIPBREUKELING Robinson Crusoë en z if n navolgers 23 Felix, de twaalfjarige Robinson, of een romantisch doch wel zeer klein eilandje, vergezeld ran zijn hond Castor. I)e kinderen ran Robinson Crusoè beloven elkaar eeuwige trouw. Uit: Robinson Crusoe ten tweeden male op zijn eiland, zijn uiteinde en de lotgevallen zijner kinderen aldaar. Voor ons bestaal slechts één Robinson Crusoë, die van Daniel Defoe, en mij hebben er geen idee van, dat in de achttiende eeum in navolging van dezen illusteren kluizenaar ver schillende broertjes of neefjes, ja zelfs nichtjes de versch illende den kbeeldige onbewoonde of eenzame eilanden der wereld be volkt hebben. Het afscheid, Uit: De Friesche Ro binson Crusoë of de lotgevallen van Thonuis Havinga. Als we alleen al een waarschijnlijk niet eens volledig lijstje geven van de Nederlandsche Robinson Crusoe's, dan zien we dat verschillen de van onze landstreken een armen schipbreukeling hebben opgeleverd: de Friesche, de YValehersche (1752), de Hollandsohe (1743-1836), de Haagsehe (1758); ook de Duitschers hadden verschillende: de Saksische (1730), de Brandenburgsche (1750), de Silezi8che (1754) en elk der overige landen in Europa had er minstens éénde Spaansche (een verhaal, dat echtér oorspronkelijk Nederlandscli is), de Fransche, de Zweedsche, de Libanonsche zelfs, de Zwitsersche. Sommigen maakten de situatie nog hachelijker dan ze al was, niet 'n volwassen man maar 'n kind of een vrouw moest op een onbewoond eiland stran den, dat zou nog meer indruk maken, en zoo ont stonden verhalen als „Felix, de twaalfjarige Robin son" en „De Engelsche vrouwelijke Robinson" (een oorspronkelijk Nederlandscli verhaal), bovendien keerde Robinson nog eens op zijn eiland terug De kinderen ran Robinson Crusoè, waarvan één in een nogal geciviliseerd wagentje, gegeven het onbe woonde eiland, vergezeld van aap en ree. en de lotgevallen van zijn kinderen werden op roerende wijze beschre ven. In de Zwitsersche Robinson is het liefst een heele predikanten- familie, die ,op een eenzaam eiland terechtkomt. Vele schrijvers gebruikten den naam Robinson in den titel alleen om de aandacht van het publiek te trekkendaar de echte Crusoë zoo ontzettend veel drukken beleefd had, kon 't geen kwaad het eigen werk als het ware in het kielzog van het beroemde boek te laten varen, eigenlijk een soort van plagiaat, maar daar nam men het toen nog niet zoo nauw mee. Zoo komt het., dat Robinson een soortnaam werd voor menschen, die het. niet gemak kelijk in het leven hadden of die'n avontuurlijk leven hadden geleid, het motief „schipbreukeling op een eiland" raakte hoe langer hoe meer op den achtergrond zooals in de Zweedsche Robinson, terwijl het in de Spaansche en Engelsche vrouwelijke Robinson zelfs heelemaal verdwenen is! Met het verdwijnen van het eiland zijn echter tevens de mogelijkheden tot imitatie uitgeput: als alléén de titel blijft, vliegt 't, publiek er niet meer in en zoodoende verdwenen bij gebrek aan schip breuken en onbewoonde eilanden langzamerhand alle pseudo-Robinsons, die overigens lang zoo'n groot succes niet boekten als hun illustere voor ganger, van hettooneel en dus van de boekenmarkt. De dominee met zijn zoon op jacht, Uit: De Zwit sersche Robinson Crusoë of de met vrouw en kinderen gestrande Zwitsersche predikant, een verhaal tot op scherping van 't denkvermogen en vorm ing van het hart. Felix, de twaalfjarige Robinson, op de jacht.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 23