APRIL
De groentetuin in
1
v r
n, hak m) tucht oezet met behulv Zoo plakt een tuinder een zaadveldje aan. Een bak gevuld met peterselie als onderteelt.
De bak opjuchtjezet^met benul, pauken onder zijn klompen. Bloemkoolen zijn er tussehen geplant.
Een liefhebbersbakje met spinazie, bijna snijrijp.
Onze deskundige
medewerker geeft in
zijn tweede artikel,
dat wij hierbij af
drukken, weer tul-
rijke nuttige wen
ken, bijzonder voor
diegenen onder onze
lezers, die i n eigen
twin of op een ge
huurd stukje grond
groenten en aardap
pelen willen teelen.
Bladgroenten. Vele zaden worden aan
den grond toevertrouwd, o. a. die van
peulen en doppers. In een bakje kunnen
we een deel van de zonnewarmte ge
vangen houden, doch de noodzakelijke
warmte kan ook op een andere manier
verkregen worden. Pootaardappelen.
Tomaten voorbuitencultuur zaaien we nu.
De vorige maal behandelden we. naast de nood
zakelijke algemeenheden, de tuinboon, omdat
dit een van de eerste gewassen is, die met
succes kunnen worden gezaaid.
Spinazie is ook zoo'n vroegeling, die zich wel laat
tegenhouden door de vorst, doch zich niet laat
dooden. Het zaad moet echter geweekt worden, dus
weer minstens vierentwintig uur in het water staan.
Nu komt een moeilijke kwestie: zaaien uit de hand.
Dit is routinewerk. Het beste is eerst heel ruim te
zaaien, zoodat de zaden elkaar absoluut niet raken.
Daar het zaad gelig van kleur is, kunt u het duidelijk
zien liggen en meteen constateeren, waar een open
plek zal komen, als men die niet meteen volstrooit.
De plantjes moeten de ruimte hebben om te groeien,
daarom moeten ze minstens 2 cm van elkaar staan
in doorsnee. Aangezien ieder zaadje niet opkomt,
maar van de tien slechts aclit, waarvan de muizen
en musBclien nog tol eischen, is deze ruimte zeker
voldoende. In een volkstuincomplex zou men een
zaaimachientje kunnen koopen (deze zijn niet zoo
kostbaar) ten nutte van alle leden. De ruimte
tussehen de rijen tuinboonen wordt dus bezaaid met
spinazie. Er bestaat van spinazie rond en scherp
zaad en van beide soorten nog weer winter- en zomer -
spinazie.
Van nu tot aan Augustus gebruikt men zomer-
spinazie. Er zijn vele soorten in den handel, elke
prijscourant vermeldt er minstens tien, zoodat u
keus in overvloed hebt. Voorkeur verdient een
soort, waarbij vermeld staatlaat of niet schietend,
dus laat of geen bloem gevend.
De Nieuw-Zeelandsche spinazie en de overblijvende
kunnen pas gezaaid worden in Mei.
Heeft men dus liet zaad
tussehen de tuinboonen uit
gestrooid, dan wordt het
luchtig afgedekt met aarde,
die met een plankje wordt
aangedrukt. De tuinder
bindt planken onder zijn
klompen en drukt het, al
trappende, aanook harkt
liij het zaad onder, doch dit
is alweer routinewerk. Nog
maals en ten overvloede,
spinazie eischt veel koe
mest, maar veel liever een
bestrooiing met chili- of
kalksalpeter. Daar de stik
stof uit den koemest slechts
langzaam ter beschikking
komt, heeft de snelwerken
de kunstmest de voorkeur.
Waar men dus weinig mest
heeft verwerkt, zaait men
geen spinazie. Een ons spi-
naziezaad is voldoende voor
vier vierkanten meter, als
alles tot zijn recht komt.
Zaait men het geweekte
zaad in een hakje, dan komt
het sneller op en liet gewas
groeit ook sneller. Nu paar-
denmest niet meer zeldzaam
is, zou men zelfs een broei
kunnen aanleggen en den
groei nog meer kunnen be
spoedigen. Voor echter deze
kan worden aangelegd, moet
er een bakje zijn. Het
maken van een bakje is
buitengewoon eenvoudig,
wanneer men beschikt over
een paar ramen.
Het bestaat uit een plank
van 25 cm hoogte en een
plank van 10 cm. Deze
planken worden klem gezet tussehen een paar losse
paaltjes, en daarmee zijn onder- en bovenkant
gesteld. Men gebruikt dus geen spijkers. Als men nu
het raam er op legt, kan men de zijwanden er, op
dezelfde manier, tegen aansluiten. Wanneer men aan
zoo'n bak gaat spijkeren, dan blijft hij daar altijd
liggen, wat op den duur niet in het voordeel is.
Wanneer men hem nü niet meer noodig heeft, ruimt
men hem vanzelf op en wordt hij beslist liet volgende
jaar niet weer op dezelfde plaats opgezet.
Daar het de bedoeling is, dat het onder liet raam
warm wordt, zal men alles doen om de zon er zoo
lang mogelijk in te laten schijnen en de zonnestralen
zoo goed mogelijk en met het meest nuttige effect
op te vangen. Om die redenen moet de hooge kant
van den bak naar het noorden gekeerd liggen, en
de lage kant naar het zuiden. Nu komen de eerste
stralen uit het oosten er in, maar ook de laatste
uit het westen.
Maakt men een dubbelen bak, dan moet ook de
stand ten opzichte van de windrichtingen veranderen.
Een dubbele bak wil echter zeggen, dat men feitelijk
twee bakken, met de hooge kanten, tegen elkaar
aanlegt. Het spreekt vanzelf, dat men dan geen
breede plank gebruikt voor den koogen kant, maar
een lat op een paar paaltjes, waardoor het van
binnen één ruimte wordt. De palen, die de lat dragen,
nemen een weinig van de ruimte weg. Nu begrijpt
u meteen, dat zoo'n dubbele bak een anderen stand
moet hebben ten opzichte van de windrichtingen.
De latten, die rechts en links de ramen dragen,
moeten dan liggen in de richting noord-zuid, waar
door de zon den geheelen dag in den bak schijnt.
Bij harden wind gaan de ramen weieens aan den haal
om dit te voorkomen wordt in elk raam, hoven en
beneden, een schroef gedraaid, zóó, dat een stukje
boven bet hout uitsteekt. Bij een enkelen bak en bij
een dubbelen bak aan den lagen kant, spant men
losjes een ijzerdraad. Deze draad wordt nu eerst
om een schroef op het raam gebogen, daarna over
een in den bakwa-nd enz., dan zijn de ramen ver
bonden met den wand, die door de heele vracht
ramen wordt neergedrukt. Bij een dubbelen bak,
aan de bovenzijde, gaat 't precies zoo, maar zijn
het twee draden, die afwisselend links en rechts om
een raamsckroef worden geslagen.
Door het gebruik van een bakje bent u, bij het
kiemen van zaden, niet zoo afhankelijk van- het
weer. De planten groeien sneller. De tuinboonen kunt
u, na ze geweekt te hebben, in den bak snel laten
kiemen. Ook de verschillende erwtensoorten kunnen
er plezier van hebben. Want al is het waar, dat tuin
boonen en erwten een paar graden vorst kunnen
verduren, toch kiemt het zaad uiterst langzaam.
En hoe langer het er over doet, hoe meer kans er is,
dat het door dieren of schimmels wordt beschadigd,
en daardoor niet tot zijn recht komt. Zaait men b.v.
in een bakje spinaziezaad en werkt men dit een
weinig onder, dan snijdt men veel eerder spinazie dan
op den kouden grond. Zoo'n bakje is voor eiken vier
kanten centimeter te benutten. I' zaait b.v. spinazie
en plant er tussehen bloemkool. Of u zaait wortelen
en plant er tussehen kr opsla. Is de spinazie goed, dan
neemt de bloemkool de ruimte in, en deze doorstond
meteen prachtig de koude nachten. Ook is de sla in
den hak het eerste goed, de wortelen krijgen dan al
de ruimte. Zoo zijn er vele manieren te bedenken,
waarop men een bakje zeer nuttig kan gebruiken. In
al deze gevallen is de zon de warmtebron, maar ook
kunstmatig is er warmte te verwekken, door middel
van paardenmest. Daar, waar men den bak wil plaat
sen, graaft men den grond weg tot uiterlijk 15 cm van
het grondwater. Op den bodem van dit gat- gooit men
grof tuinvuil, en stort- daarop den mest. De laag mest
moet- zoo dik zijn, dat ze boven het pad uitkomt.
Nu wordt de laag aangetrapt, zoodat deze nog een
dikte van 2 cm heeft overgehouden. Vervolgens zet
men den bak op, zooals is beschreven. Begint de mest
te broeien (dit kan men zien aan den damp tegen
liet raam), dan wordt het raam met een houtje op een
kier gezet. Den volgenden dag brengt men een laag
aarde over den mest heen en sluit nu weer het raam.
Spoedig komt er weer damp. Die mag weer ontsnap
pen en daarna wordt gezaaid. Daareven noemden we
wortelen. Er zijn tuinwortelen of penen, en winter
wortelen die laten we maar buiten beschouwing.
Het zaad van den tuinwortel is ook een van de eerste
zaden, die worden uitgestrooid. Maar als men dat
doet, moet het eerst zijn voorgekiemd, omdat het
anders weer veel te lang ongekiemd blijft liggen. Dit
voorkiemen gaat heel eenvoudig. Het zaad wordt
een dag en een naclit geweekt en daarna in de kamer
gebracht. Hier blijft het een week. Daarna vermengt
men het met zand, omdat het zaad voorzien is van
borstelachtige haren, waardoor het aan elkaar blijft
kleven, en het dus als een kluit wordt uitgestrooid.
Als men het met zand vermengt, heeft men dien last
niet. Wel is het zaak goed ruim te zaaien, veel ruimer
dan spinazie. Men moet dit doen, omdat wortelen
vaak en zeer goed gewied moeten worden. Op de
tweede plaats moet men ruim zaaien, omdat men
andere zeer veel wortelen moet uittrekken, het z.g.
dunnen. Een te dichte stand belemmert de ontwik
keling van de peen. Zooals al is gezegd, kan men wor
telen zaaien onder glas; men trekt- dan eerder worte
len. Op den open grond kan men tot- in Juli zaaien,
maar onder glas tot in Augustus, zoodat men steeds
naar behoefte een portie zaad kan uitstrooien. Een
lood zaad is voldoende voor 5 m2.
De larve van de wortelvlieg veroorzaakt den pie-
rigen wortel, een beschadiging, die men ook het vuur
noemt. U kent de aangestoken worteltjes, vol zwarte