Een beroeiml zoon van een beroemden vader Cornelis Tromp: de driftige admiraal Tiveehontlertlvijftig jaar geleden stierf i Cornelis Tromp (9 September 1629-29 Mei 1691) 7 Zeeslag in de Middellandsehc Zee tusschen de Engelsche en Nederlandsehe vloot onder Jan van dalen in 1652. Cornelis Tromp diende in dif gevecht als chout-bij-nacht. (Foto Scheepvaartmuseum Amsterdam) 1 ierdaagsehe zeeslag onder De Ruyter. waar Cornelis Tromp na de- verzoening met den opperbevelhebber als admiraal aan deelnam. (Foto Prentenkabinet Amsterdam) Indien van iemand zijn loopbaan bij zijn wieg al vaststond, bij wijze van spreken ten minste, dan was bet van Cornelis Tromp, zoon van Maarten Harpertszoon Tromp, die door zijn matrozen „Bestevaêr" genoemd werd. Tot 1(565 maakte bij een duizelingwekkend snelle carrière: nadat bij in dat jaar tot vicé-admiraal was benoemd, onderscheidde bij zich in liet eerste gevecht van den tweeden Engel seben oorlog, den noodlottigen slag bij Lowestoft, waarbij Wassenaar van Obdam met zijn seliip in de lucht vloog en de Nederlandsehe vloot door het laf hartig gedrag van enkele bevelhebbers zeventien schepen verloor. Tromp, die zich met Evertsen, boenders en Schram vijfmaal door de Engelsche linies geslagen had, wist met zestig schepen behouden binnen Texel te komen en werd ter belooning voor zijn moed tot luitenant-admiraal en opperbevel hebber bevorderd; dit opperbevel werd hem echter ontnomen na den terugkeer van De Ruyter van de Afrikaansclie kust. Het is te begrijpen, dat Tromp deze achteruitzetting niet kon ver kroppen, ofschoon De Ruyter reeds tijdeus zijn afwezigheid tot admi raal van Holland was benoemd, terwijl Tromp dit pas 11a den dood van Kortenaer, die eveneens in den slag van Lowestoft sneuvelde, geworden was. Op aanraden van zijn vrienden bleef Tromp ondanks dat in dienst en hij oogstte nieuwe lauweren in den vierdaagschen zeeslag van den Hen tot den 14en Juni 1666. De Engelschen waren in dit gevecht zoo bevreesd voor zijn vlag, dat zij hem niet durfden naderen en vroegen of er vijf of zes Trompen op de Nederlandsehe vloot waren! In de zeegevechten van den 4en en 5en Augustus daaraanvolgend leed De Ruyter een nederlaag, terwijl Tromp in een afzonderlijk gevecht met de Engelsche achterhoede de overwinning behaalde. Ilij achtervolgde het Engelsche eskader in den nacht van den 4den op den öden en voegde zich den volgenden dag niet bij zijn opperbevelhebber, die ternauwernood aan de veel tal rijker vloot der Engelschen wist te ontsnappen. Bij de eerste ontmoe ting tusschen beide mannen ver weet De Ruyter Tromp zijn ge drag met zulke harde woorden, dat Tromp hierover in woede ont stak en een brief aan zijn lastgevers schreef, die groot misnoegen wekte bij de Staten van Holland. Tromp werd afgezet, niet alleen om zijn houding in deze kwestie en zijn twistziek karakter, maar ook omdat hij een aanhanger van Oranje was, terwijl De Ruyter de politiek van Johan de Witt steunde. Zes jaar lang bleef Tromp op non-actief, doch in 1672 werd de Prins van Oranje hersteld in de waar digheden van zijn voorvaderen en deze bracht een verzoening tusschen beide zeehelden tot stand, waar bij Tromp echter het gezag van De Ruyter moest De verzoening tusschen Tromp en De Buyter. (Eigen reproductie) EEN SNELLE CARRIÈRE 21 jaar: kapitein. 23 jaar: schout-bij-nacht. 36 jaar: vice-admiraal, na slag bij Lowestoft luitenant-admiraal en opperbevelhebber der vloot. erkennen. Het moet Tromp heel wat moeite gekost hebben zijn trots te overwinnen, zich officieel te verzoenen en de meerderheid van De Ruyter te erken nen; dat liij hiertoe in staat was getuigt van zijn karaktergrootheid, ondanks zijn drift en opvliegend heid. De verzoening was volledig, in 1673 verloste De Ruyter zijn admiraal eens uit j een benarde positie en Tromp van zijn kant gaf in de drie zeeslagen van dat jaar blijk van groote on verschrokkenheid. In 1676, naden dood van De Ruyter, werd liij in diens plaats tot luitenant admiraal-generaal verheven, een titel die voor het eerst aan onzen grootsten zeeheld verleend werd. j doch juist op liet hoogtepunt van zijn carrière gekomen, kreeg hij geen kans meer blijk te geven van zijn talenten. De laatste vijftien jaar van zijn leven bleef hij aan wal. Eigenlijk tragisch, deze figuur, die een ,,kind der fortuin" was tot zijn zesendertigste, zes jaar werkloos toe moest zien hoe anderen liet vaderland dienden, daarna ondereen gewezen vijand nog een jaar mocht strijden en zijn leven eindigde, begiftigd met een titel, die vijftien jaar lang slechts „honorair" was. Cornelis Tromp (1629-1691) (Eigen reproductie)

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 7