STAALTJES VAN VR Erie Hagenbeek i en zijn vrienden i mtaSBm „Jiraaf, Olgu en Hoy al' Aan lederen slok werd een stukje brood gesloken. De ijsberen vinden het heerli jk van de glijbaan in hel koele water te plonzen 'MHJLAlll Een vraaggesprek met den dompteur. Erie Hagenbeek is zeer populair bij het publiek uit Rotterdam en wijde omge ving. De rédén hiervan is niet alleen, dat de heer Hagenbeek het zeldzame beroep uitoefent van dresseeren van wilde dieren, maar is ook vooral gelegen in de wijze waarop hij dit doet. Kr zijn slechts weini gen, die het verstaan zóó met de dier om te gaan, met hen te „praten", hen volmondig te prijzen, ofwel hen goedmoedig te berispen, met uitroe pen als: „Nou is ie braaf", of „Pas op, dat moet je nou niet doen". Wij hielden, voor onze lezers, een vraaggesprek mei den dompteur, over zijn moeilijken, doch interessanten arbeid, waar speciaal een ruim begrip, groot geduldmoed en beleid voor noodig zijn. „Is u familie van de eigenaars der bekemjo circussen?" vroegen wij hem. „Inderdaad," was het antwoord, „mijn grootvader was Wilhelm Hagenbeek, uit Hamburg, en hij is de eigenlijke grondlegger der moderne, vrije dressuur." „Wat verstaat u ondereen dergelijke dressuur?" „In de vrije dressuur wil men de dieren geenszins siua.ii of kwellen. Zij gaal uit van het geduldig en liefdevol observeeren der dieren. De moderne dresseur ontdekt dan dikwijls enkele uitingen van de iliei waarop hij voor zijn dressuur goed verder kan bouwen. Zoo viel het mij op, dat een der olifanten er een spelletje van maakte, om steeds over den tl ren van zijn nieuw verblijf in de Diergaarde Blijdorp te wandelen. Na een moeizame en geduldige dn» hoogstandje ran Auto /.e ook over de houten flesSehen. He musiceer en de olifant. Lw> (felijktijdi(f aon hel hef,lentovir

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 16