I DE ZWEEDSCHE
NACHTEGAAL
Over Jenny Lind, de beroemde Zweedsche zangeres, is reeds
menig verhaal geschreven. Ook deze film heeft haar tot
hoofdpersoon gemaakt, daar zij werd vervaardigd naar het
tooneelstukGastspiel in Kopenhagen. Het is een Terra-
film der Ufa onder regie van Peter Paul Brauer.
Beroemde kunstenaars zijn in zekeren zin onsterfelijk, zoowel door hun
kunst als door hun populariteit, welke nog lang na hun dood blijft
doorwerken. De eervolle en fantasierijke benaming Zweedsche nach
tegaal, welke Jenny Lind reeds tijdens haar leven te beurt viel, is hoden ten
dage nog nergens ter wereld vergeten. En we kunnen ons dan ook voor
stellen, dat het grooto publiek, zoowel vanwege de romantische aureool,
die om haar hoofd zweeft, als om de verwachting, in ieder geval prachtigen
zang te zullen liooren, een film van haar leven met vreugde begroet. Want
al is het verhaal geen biografie (wat het niet pretendeert te zijn) en al is het
evenmin de persoon in kwestie zelf, die er in optreedt, het feit, dat kunst
en romantiek op een prettige, onderhoudende en romantische wijze te zaraen
zijn gebracht, is yoor velen al voldoende er groot behagen in te scheppen.
Ilse Werner vertolkt de rol van Jenny Lind eu doet dat met alle zacht
zinnige vrouwelijkheid, welke „men" onwillekeurig aan de oorspronkelijke
kunstenaresse toedichtte. Vermoedelijk zal zij niet verantwoordelijk zijn voor
den prachtigen zang, welke te beluisteren valt, ofschoon de indruk gewekt
wordt, dat deze van haar afkomstig is; doch de synchronisatie is wel zoo
perfect gedaan, dat do illusie, als zouden de zangeres en do speelster een en
dezelfde persoon zijn, absoluut volkomen is.
Het verhaal zelf behandelt oenige episodes uit het leven van Jenny Lind.
waarin do liefde 'n groote rol speelt. Romantischer kan 't welhaast
niet. Een graaf en staatsminister is de eerste die
naar haar hand dingt, terwijl de andere
de beroemde tijdgenoot van Jenny
Lind, de sprookjesverteller Andersen
is. Hoewel beiden een royale plaats
in het hart van do zangeres is toebe
deeld en er tusschen de rivalen een
bepaalde naijver ontstaat, zijn ze toch
wel zoo ridderlijk en oprecht, dat do
onderlinge strijd ten slotte eindigt in de
eerbiediging van de wenschen hunner
aangebedene. En die wensch is dan, met
rust gelaten te mogen worden om zich
geheel aan haar kunst te kunnen wijden.
Daarom dat deze film dan ook geen
happy end vertoont, wat velen wel zal spij
ten, daar zij dat aan het beminnelijke per
soontje graag hadden gegund. Voor don
graaf speelt Carl Ludwig Dield, oen prettig en
sympathiek acteur, die door zijn voornaam
en rustig spel het dramatische accent misschien
nog iets versterkt, terwijl de ander, Joacliim
Nadat- Andersen (Joachim. Gottschalk) ziju groote
liefde, Jenny Lind (Ilse Werner), op 'l toppunt
haver roem weer ontmoette, is hij er van overtuigd,
dat zij nu zijn huwelijksaanzoek wel zal aceeptee-
ren, weshalve hij aan de kinderen een sprookje
vertelt, waarmee hij het gelukkige verloop van zijn
ongelukkige liefde wil ilhistreeren.
Carl Ludwig Dield Ilse Werner in haar creatie van
als graaf Rantzau. Jenny Lind. (Foto's Ufa)
Gottschalk, niet minder do aandacht vraagt voor zijn be
scheiden en overtuigende creatie.
Alles bijeen dan ook een film, die door opzet en enscenee-
riug aangename verpoozing geeft.
Een klein oponthoud met de postkoets brengt Jenny Lind,
toen nog geheel onbekend, in aanraking met den sjrrookjes-
verteller Andersen, die oogenblikkelijk voor baar in vuur
en vlam staat en daardoor indirect de aanleiding wordt,
dat haar talent gelegenheid krijgt zich te ontplooien