HET ZAND geeft zijn geheimen prijs i m VIERDUIZEND JAAR OUDE GRAVEN OP DE VELUWE BLOOTGELEGD K laast een grintweg, tusschen Vaassen en Elspeet, op een heide met enkele verspreide dennen, liggen een paar heuvel tjes, voor den gewonen toerist slechts toevallige verhevenhe den van den bodem, waar hij langs rijdt zonder er acht op te slaan. De golvende korenvelden, het diepe groen van de dennen, de watermolen en de beek, het pralende Veluwsche landschap houden hem zoo geboeid, dat deze onaanzienlijke bulten in een overigens toch al eenigszins geaccidenteerd terrein hem niet opvallen. Zelfs als hij terug komend daar een aantal man nen ziet graven zal hij weinig aandacht aan hun bezigheden schenken, want wie ter wereld denkt er in zijn vacantie, van zon en vrijheid genietend, aan, dat op eiken duim gronds waar hij zijn voet zet reeds een van zijn voorvaderen gestaan heeft, en dat hij voor den wind weg zeilend de monumenten der oudste historie van ons land voorbij peddelt 1De grafheuvel in ongeschonden toestand. Deze heeft een diameter ran 10 a 10 m en. is 1 d 2 m hoog. e historie van ons land staat, in 't zand W geschreven. Wij worden niet dikwijls aan f de vroegste tijden herinnerd, want wij W hebben geen marmeren of ook maar tuf- l steenen tempels, geen theaters, geen zei len, wij kunnen zelfs geen huizen toonen, waarvan wij mogen zeggen: hier woonde Claudius Civilis of Brinio. Als we op school leeren: honderd jaar voor Christus, de Batavieren komen in ons land, dan stellen we ons daar niet veel bij voor. De Batavieren zijn minder „tastbaar" dan de Romei nen, die in andere landen, en ook in het onze, duidelijk sporen hebben achtergelaten, terwijl onze eigen Batavieren slecht voor hun aardsche onsterfelijkheid hebben gezorgd. Want wat in het zand geschreven staat, vergaat gemakkelijk, en alleen de ar cheoloog is in staat, het geheimschrift der ingevallen graven, 2. Met behulp van 'n kompa* wordt een noord-zuid- en 'n oost-westlijn getrokken, die den heuvel in vieren deelen. Langs deze noord-zuid- en en oost-wesüijnen blijft de aarde voorloopig ongeveer een nieter dik staan, terwijl de kwartcirkels er tusschen, de kwadranten, weggegra- ven worden. 3. Het uitgraven van een der kwa dranten. 4. De meeste grafheuvels zijn reeds vroeger gesehonden door ondeskun dige schatgravers, de sporen hiervan teekenen zich nog in den grond af.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 14