12. Een yraj uit den bronstijd (plm. 1500 voor Chr.) wordt bloot gelegd. Duidelijk teekent zich door een donkere lijn de omtrek van de eiken kist af. 13. Hel lioofd van het lijk wit het graf, dat tot den bronstijd (plm. 1500 v. Chr.) behoort. Gelukkig," en het gezicht van onzen leidsman klaart zienderoogen op, „waren ze meestal nogal haastig gebakerd en groeven dus niet diep genoeg. Als ze niet gauw wat vonden, hielden ze er mee op. Met dat al is er door dat gegraaf van leeken onberekenbare schade aangericht. Misschien wilt n er dan ook de aandacht op vestigen, dat men de gemeenschap een zeer slechten dienst bewijst, als men alleen uit nieuwsgierigheid op eigen houtje voor archeoloog gaat spelen. Binnenkort zal dit trouwens bij de wet verboden worden. Kijkt u eens," vervolgt hij, „dit graf wordt aanstonds dichtgegooid. Dit materiaal in dit klimaat kan niet bewaard blijven; zelfs als we dooi' middel van een afdak de opgraving voor den regen zouden be schutten, zou de kuil in een paar jaar volgestoven zijn. Wat ik hier gedaan heb, komt hier op neer: als de kuil weer dicht is, heb ik 'n heel kostbaar document uit een kleine bibliotheek van kostbare documenten verscheurd, maar dat document heb ik eerst gelezen, ik heb het in foto en t.eekening vastgelegd. Degene, die zoo maar eens de spade in den grond steekt in de hoop iets te vinden, iets waar hij, zelfs als hij succes heeft, ten slotte weinig aan heeft, verscheurt dat document zonder het gelezen te hebben HKf en dan voor geslacht verloren." Voor altijd verloren. hoeveel Bi kostbaars is in den loop der tijden niet onherstelbaar vernield, soms otiopzette- lijk, soms uit noodzaak, maar hoe dik- j/Ê wij Is ook niet uit onnadenkendheid, £L omdat men zoogenaamd wel belang stelling voor de voorgeschiedenis van ons volk koesterde, in den waan mis schien, dat men een nuttig werk ver richtte. Laat men, alvorens onbodaeht een spade in den grond te steken, gm w|8i aan dit verscheurde document denken, een document in geheimschrift in het zand geschreven, dat slechts te ont- k cijferen is door een deskundige, die. weet wat hij doet. orzic tigheid, 'O onf eveer"), ekon i>ns land n hu krijgs- een eslacht, paar ïonderd uit al maakte taant 3n graf- ranl bij uit i ovsievering it lapg niet igszinjs bitter, astgdigd, eweest is. wigetrien htgemid ■n" wit. 19. De voorwerker houdt een afgerorulen steen, uit het graf van het steenen tijd perk (plm. 18Ö0 v. Chr.) in zijn hand, die wellicht bij het malen van koren is gebruikt. (Foto's Fellluga) 17. Het email van de kiezen blijft het langste be waard. (Graf bronstijd plm. 1500 voor Chr.) 18. Vuur steenen beitel uit het hoofdgraf van hel steenen tijdperk, (plm. 1800 voor Chr.) Het voorste deel van de snede is gepolijst importstuk uit het noorden; deze vorm komt alleen in het noorden des lands voor, als mede in Duitschland en Scandinavië, het was een handelsproduct. op. „Uit de ligging van de lagen ten opzichte van elkaar, is na te gaan, dat dit. graf bijvoorbeeld geschonden is." Op onze vraag, wanneer dit dan geschied is, meent hij„Dat hoeft niet zoo lang geleden gebeurd te zijn voor honderd jaar misschien, of iets vroeger of later. beker, liet versierings- iteedf pij deze cultuur, tiokbt er cultuur vormt pii «onzen tijdperk

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 17