EEN MEISJE ONDER VOOGDIJ
zMeUa'C"'^
iTi6n vggI buiten is,
beschermen
Klaar voor het
Schoenenkerkhof
m
WtÊÊÊÊÊBm
hii Apothekers en Drogisten f.-30en- 50
reeds
24
*Beeldjes, die voor'tgrijpen liggen!
Wanneer U Uw oogen den kost geeft, liggen
zulke beeldjes voor 't grijpen. Maar U moet
dan over een zéér vlugge, zéér fijnkorrelige en
voor alle kleuren gevoelige film beschikken,
laadt Uw camera met Voigtlander Bessapan,
de ideale film, zoowel voor kinder- als land
schapfoto's, een film, die U bij de moeilijkste
onderwerpen niet in den steek laat.
Ook als Kleinbeeldfilm verkrijgbaar.
(ielukkin de in a n -met Kessapan
FIJNKORREL FILM
Vervolg van blz. 22
Kijf' een éérelid van de Club van Schoenenmoordenaars!
1de man met de kunde o/ natte voeten Je man van de
vlugge droog- en stoommethode. Schrijver varu.de brochure:
..Hue vermoordt men het vlugst z n schoenen Schande
over zijn hoofd!
Zeker in dezen lijd moet ieder goed voor zijn schoenen
zorgen ze geregeld onderhonden en er extra zuinig op zijn
zèljs. wanneer hij ROBINSONS draagt
No. 4 can. de
„Spaar-UW-schoenen"-serie van
KT'
Onwillekeurig richtte liij zijn schreden
naar de hergen. Er was niemand op
don weg en hij hoorde alleen zijn eigen
voetstappen. Maar toen hij de laatste
lantaren had bereikt, bleef hij opeens
staan. Zijn oplettende ooren hadden den
klank van snelle voeten opgevangen.
Secondenlang hield hij zijn adem in. De
vlugge, lichte voetstappen kwamen
steeds nader. En toen onderscheidde
hij, in een bocht van den weg, vaag
een voortijlende gestalte, een vrouwen
gestalte, met uitgestrekte armen, eii
haren die wapperden in den wind.
Zijn hart stond even stil, terwijl hij
wachtte. Zij kwam nog dichter bij.
„Juffrouw Larssonriep hij uit. „Elsa
„Johan," hijgde zij, en ze bleef staan.
Hij sloeg zjjn arm om haar heen.
Zij leunde er zwaar tegen, om niet te
vallen.
„God zij dank dat ik je gevonden
heb," riep hij uit, en toen bleef het
stil, minuten lang, terwijl zij snakte
naar lucht. Hij was bang, dat ze in
zwijm zou vallen, en hield haar stevig
tegen zich aan.
„Hoe kom je hier?" bracht zij ein
delijk uit.
„Ik zocht je," antwoordde hij.
Zij gaf geen antwoord. Weer bleef het
een minuut lang stil.
„Wil je me even naar het hotel
brengen?" zei ze zwakjes. „Ik ben zoo
moe."
„Steun op mijn arm," zei hij. ,,'t Is
niet zoo ver meer."
Zij liep langzaam en moeilijk met
hem mee. De builen en scliraminen
begonnen pijn te doen, haar hoofd
draaide, haar kracht was nagenoeg uit
geput. Hij zag het, en deed geen poging
om haar aan 't praten te krijgen.
Het was een doodsbleek, besmeurd
en haveloos meisje, dat hij eindelijk
de loege veranda binnenleidde. Mevrouw
Rönne en tante Christine ijlden hen
tegemoet, met uitroepen van verbazing
en opluchting. Toen snikte Elsa in de
armen van tante Christine.
„Wilt u me naar mijn kamer brengen?"
fluisterde zij, met gebroken stem, en
de twee oudere dames leidden haar
naar de lift. De hekken gingen dicht,
zij waren verdwenen.
Rönne liet zich in een leunstoel
vallen en keek rond. Hij voelde zich
onuitsprekelijk opgelucht. Hij had kun
nen schateren van blijdschap. Elsa was
in veiligheid. Verder kwam niets er op
aan.
Daarna duurde het niet lang, of hij
werd zich bewust, dat hij honger had.
Er kwamen al menschen terug uit de
eetzaal. De maitre d'hötel bracht hem
naar een leege tafel en weldra werd
zijn eten hem voorgezet. Hij merkte
nauwelijks wat hij te eten kreeg. Het
was koud, maar dat liet hem onver
schillig.
Bijna twee uur later kwam zijn
moeder alleen in de veranda terug. „Het
arme kind heeft een vreeselijken dag
achter den rug," zei ze, terwijl ze naast
hem kwam zitten.
„Lund had haar zeker te pakken
gekregen?"
„Nee, dien heeft ze niet gezien. Hij
had een handlanger in dienst genomen,
om haar naar een' afgelegen huisje in de
bergen te lokken. Hij denkt, dat hij haar
morgenavond daar zal vinden."
„De gemeene schurk," riep Rönne uit.
„Ze is op een bijna wonderbaarlijke
manier ontsnapt," zei mevrouw Rönne,
en zij deed hem het heele verhaal.
Rönne luisterde, bijna voortdurend
zwijgend. Hij was te nieuwsgierig om
het verhaal te vertragen met eigen
opmerkingen.
„Ze zal wel een paar dagen in bed
moeten blijven," vervolgde mevrouw
Rönne. „Ze is doodop en over haar
zenuwen heen. Ze schrikt van 't minste
geluid."
„Geen wonder," zei Johan. „Maar
ik heb zoo'n idee, dat morgen om
dezen tijd iemand finders over zijn
zenuwen heen zal zijn."
„Hoe bedoel je?"
„O, niets," zei hij lachend, ,,'t Is
maar zoo'n inval. Gaat u nu maar
naar bed, anders bent u morgenochtend
niet frisch."
„Ja, ik bon wel erg moe," erkende zij
glimlachend. Zij stond op, kuste hem
goedennacht, en ging.
VIERENTWINTIGSTE
HOOFDSTUK
Toen Lund binnen het huisje was,
keek hij langzaam en wantrouwend om
zich heen. Iïij voelde zich verre van
behaaglijk, nu Jules hem alleen had
gelaten. Henri Due was nergens te zien.
Wie weet stond hij achter een deur
op de loer, om hem te overvallen, als
er iets niet naar zijn zin gingDe
oude vrouw stond knorrig en zwijgend
voor hem. Lund veegde het zweet van
zijn voorhoofd en maakte een buiging.
„Bent u madame Due?" vroeg hij,
langzaam sprekend; want al had hij
zijn Fransch wat opgefrischt in de
weken, dat hij te Montè Carlo was,
hij sprak het nog allesbehalve vlot.
„Jawel," antwoordde zij.
„Ik kom om die jongedame te
spreken. Ik ben haar voogd."
„Dat kan iedereen wel zeggen," zei ze.
„Jules Bartelot heeft u toch gezegd,
dat ik vanavond zou komen?"
„Jawel, er zou een heer komen, zei
hij, maar hoe kan ik weten, dat u dat
bent?"
„Toe, madame," zei Lund, „laten we
geen woorden verspillen. Wie zou ik
anders zijn? Wie zou er anders belang in
haar stellen dan haar voogd?"
Ze grijnsde breed, zoodat haar tan-
delooze tandvleesch te voorschijn kwam.
„Ik kan me anders best, indenken, dat
er heel wat heeren belang in haar
stellen," zei ze. „Maar waarom denkt
u, dat die jongedame hier is?"
„Wat praat u nu!" zei hij ongerust.
„Jules heeft haar gisteren toch hier
gebracht, en ze zou toch hier blijven
tot ik kwam?" Wordt vervolgd
PANORAMA. Geïllustreerd weekblad met de bijbladen „Humorist" en „Sjors". Verschijnt
Donderdags. Hoofdredacteur J. A. M. Douwes, Heemstede. Plaatsvervanger W. N. Stuif
bergen. Haarlem. Abonnementsprijs 13 cent per week; per kwartaal 71-69, franco per
post 1.80 per kwartaal bij vooruitbetaling losse nummers 16 cent. (Prljsverhooging
toegestaan door het Departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart onder nr. 17796
N.P. d.d. 23 April 1941.) Voor postabonnementen en adreswijzigingen van postabonne
menten gelieve men zich uitsluitend te wenden tot het bureau te Haarlem. Bureau's
HAARLEM Nassaulaan 51, Telef. Int. 13866, Giro nr. 142700. AMSTERDAM, Singel 263,
Telef. Int, 33170. Giro nr. 97946. ROTTERDAM. Provenierssingel 27, Telef. Int. 47133, Giro
nr. 101981. 's-GRAVENHAGE. Stationsweg 95, Telef. Int. 111666, Giro nr. 43141. UTRECHT.
Biitstraat 142. Telef. Int. 13473. Giro nr. 149597. ENSCHEDE. Oldenzaalschestraat 56, Telef.
Int. 2188. Giro nr. 383773. ARNHEM. Nieuwe Plein 42, Telef. Int. 24825, Giro nr. 383772.
s-HERTOGENBOSCH, Stationsweg 27, Telef. Int. 4286. Giro nr. 129750. MAASTRICHT,
Stationsstraat 20, Telef. Int. 5851. Giro nr. 124690. VLISSINGEN, Badhuisstraat 5, Telef. 81