ÈiJkS&Ê 27 Jamwafel De hooge kapucijners zijn zwaar beladen De aardappels staan in nollen bloei, nu met groote peulen. groeien de knollen. (Eigen opnamen) kan men beschouwen het gebruik van goedgekeurde poters, waardoor men zeker is, dat do planten eerst laat wor den geïnfecteerd. Ook tegen de aardap pelziekte bestaan geen middelen, waar door de aangetaste planten kunnen genezen. De gevolgen van deze ziekte zijn zeer ernstig. De aangetaste knollen vertooneu, als men ze doorsnijdt, van binnen een bruinen kring. Aan de bin nenzijde van dien kring is de knol nog gezond. De buitenzijde is het donker bruine, zieke deel. De schil vertoont ingezonken bruine plekken. In den kuil of op den zolder zouden de knollen niet tot rotting over gaan, als er maar geen rottingsbacte riën bijkwamen. Deze komen er echter altijd bij, zoodat de knollen zeer spoe dig in een stinkende, rottende massa overgaan, welke natuurlijk ook de gezonde knollen aantast. De ziekte komt met de besmette poters op het veld en gaat dan in het loof over. De ziektekiemen (conidiën) worden door den regen van de bladeren ge spoeld en komen weer op de knollen terecht, waardoor deze opnieuw geïn fecteerd worden. Het is dus een kring loop. De ziektekiemen kunnen natuurlijk gemakkelijk van het besmette naar het onbesmette overgaan, bijvoorbeeld door den wind, vogels en vooral door de bladluizen. Vandaar dat één ernstig aangetast perceel alle omliggende vel den kan infecteeren. Afmaaien en verbranden van het loof beperkt de kwaal tot dat eene veld, omdat geen conidiën meer kunnen worden verspreid. Zooals al reeds is opgemerkt, bestaat er geen medicijn, die genezing brengt, doch enkel verschillende voorbehoed middelen. Zoo kan men de velden bespuiten met Bordeauxsche of Bour gondische pap. Bij Bordeauxsche pap maakt men een 1 oplossing en bij Bourgondische pap lost men 2l/i kg normaal poeder op in 100 1 water. Per 100 m2 aardappelveld heeft men onge veer 7 1 spuitvloeistof noodig. Gemaks halve rekenen we, dat een aardappel veldje 150 in2 beslaat, dan lost men bij Bourgondische pap 225 g normaal poeder op in 10 1 water. Behalve Bor deauxsche en Bourgondische pap zijn er nog vele andere koperhoudende pre paraten in den handel, welke zeer goed voldoen. Deze preparaten moeten echter koperhoudend zijn, want koper is tegen deze kwaal hot werkzame deel. Indien men van zoo'n preparaat een 3 %-oplossing moet maken, dan neme men 300 g poeder en lost men dit op in 9700 g water. Samen wordt het dus 10000 g of 10 1 spuitvloeistof. De spuit of pulverisator mag niet van rood koper zijngeelkoper of ijzer is het aangewezen materiaal, daar roodkoper door de vloeistof wordt aangetast. De bespuiting moet met de grootst moge lijke nauwkeurigheid en niet minder groote zorgvuldigheid worden uitge voerd. Geen plekje mag worden overge slagen. De aardappelziekte treedt op tijdens broeierig warm weer. Tijdens zoo'n periode moet dus worden gespoten of kort daarna. liet spreekt vanzelf, dat de weers omstandigheden vaker dan eens per zomer kritiek worden voor de aardap pelziekte; men zal dus ook meer dan eens moeten spuiten. Wanneer men veronderstelt, dat het de laatste maal is, dat zal worden gespoten, dan wordt de oplossing anderhalf maal zoo sterk gemaakt. Op groote complexen zou men de bespuitingen gemeenschappelijk kun nen uitvoeren, met een grooten pulveri sator, waardoor lang niet zooveel vloeistof verloren gaat. Behalve de drie beschreven ziekten kunnen er op aardappelen nog een tien - tal andere voorkomen. De voornaam ste zijn echter genoemd en daarvan is de aardappelziekte verreweg de be langrijkste. In de aardappelvelden kan voorkomen de Coloradokever. De lar ven zijn rood van kleur en vreten gaten in het aardappelloof. Als de zon schijnt, vliegt de kever en kan dan overal voor komen. Deze bezit gele dekschilden met tien overlangsche, zwarte strepen.Treft inen larven of kevers aan, dan moet men den naastbijzijnden politiepost waarschuwen. Maar al deze ziekten en beschadigers kunnen ons toch niet het genoegen bederven. De sperzie- en snij boonen leveren zoo zoetjes aan vruch ten. We presenteeren dus weer een nieuwe groente van ons eigen land. Het is nog mogelijk boonen te leggen. De hoek, waar de nieuwe aardappelen of eigenheimers zijn gerooid, wordt goed natgegooid en daarop kan men, nu voor de laatste maal, boonen leggen. Als het weer gunstig blijft, leveren ze nog aardig vrucht. Daar, waar de tuinboonen stonden, kunnen we nu de opgekomen Chineesche kool uitplanten De plantaf stand en op en tusschen den regel zijn 40 cm. Ook de koolrapen kun nen daar een plaatsje krijgenhiervoor zijn de afstanden 60 cm. Als de aard beien dit jaar voor den derden keer vrucht leveren, is het noodzakelijk een nieuw veldje aan te leggen. Men kan nieuwe planten koopen. Maar ook kan men de grootste plantjes van de uit- loopers afnemen en deze op rijen plan ten. De afstanden op en tusschen de regels zijn ook alweer 40 cm. Na drie rijen een pad aanhouden. M. T. STEGEMAN Ginger Nut Victorientje ként haar jeugdige pappen heimers: ze weet héél goed, waarom de kinderen haar zoo graag mogen. Eerlijk gezegd: hoe blij ze ook steeds met die genegenheid was, in dezen tijd bezwaart die haar toch 'n beetje. Ze wil graag maar tegenwoordig kan ze tóch niet meer zoo met gulle hand tracteeren, als ze zélf wel zou wenschen Want Victorientje weet het wel: de moeders kunnen die lekkere, knap perige Victoria-biscuits slechts in beperkte mate krijgen. Maar troost U: dat verandert heusch wel weer! En de Victoria-biscuits, die er zijn, nou die zijn fijn!

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 27