VAKONDERWIJS VOOR VLASBEWERKERS DE VLAS SCHOOL TE STANDDAARBUITEN f Wij brachten een bezoek aan boven genoemde vlassehool, waarvan we hiel de foto's brengen. Gelijkertijd laten we den vlasmeester,, den heer Jos. v. d. Moortele, aan het woord: Het vlas is een textielvezel, die in 't jongste verleden wellicht de meeste belangstelling bij leeken en vaklieden heeft gewekt. De oor zaken waren van menigvuldigen aard. Indien de vlasvezelbereiding in de econo mische crisis der jaren 30 de industrie was, die het meest geleden heeft, dan heeft ze zich zeer snel hersteld. De zware tol, dien ze moest betalen, was niet vruchteloos. Er werd een vlaslint op de markt ge bracht, dat in ieders bereik lag en toch rendeerend was voor teler en bewerker. Zoo was de toestand in Augus tus 1939. En heden is de vlas vezel wel de eenige, die in ruime mate beschikbaar is. Als men zich zou af vragen: „Waarom al die bemoeiingen met de vlas industrie?" dan luidt het bcroepsschool voor vlasbewerkers. Aldaar wordt het vlas op de meest rationeele wijze gerepeld (ontzaad), waarna het in puntbundels gebondon wordt, die de dubbelschooven vervangen. Die bindwijze alleen verhoogt de rootcapacitcit mot een vijfde. Theoretisch en ook practisch onder wijs in het delicato rootprobleem. Het weidewerk: opzetten, omwenden en op binden, is zoor belangrijk om een gelijkmatigheid van kleur te verkrijgen. Na het braken, dat mechanisch verricht wordt, komt hot hoogte punt, namelijk het zwingelen en opmaken. Het zwingelen op den Vlaamschen stermolen (deze vervangt den ouden ijzeren molen) schenkt alléén de kans een vlaslint te verkrijgen, dat gelijkmatig is van kleur, zachtheid, fijnheid en glans. Het is dus vanzelfsprekend, dat het zwingelen de hoogste eischen van vakbokwaamheid stelt. Dit geldt nog meer, als geturbiend vlas moet over- gezwingeld worden, hetzij om marktvoreischten, vorhooging der kwaliteit of als eenvoudige na- zwingoling. Hierin ligt dus reeds oen simpel be wijs, dat iedere mechanisatie op vlasgebied hoo- gere vakkennis eischt. Eindelijk is het perfect De bcroepsschool voor vlasbewerkers en de roterij te Standdaarbuiten. antwoord, dat de oorzaken van diepen aard zijn. Deze bemoeiingen hebben echtor geleid tot het instellen van een vlasconsulent.se hap ir. de Jonge het geven van vlascursussen, het aanstellen van een vlasmeester, en, eindelijk, het oprichten eener bcroepsschool voor vlasbewerkers te Standdaarbuiten. Dit had tot doel: het opvoeren dor vakbekwaam heid van de Nederlandsclie vlassers. Het opvoeren der productie zonder ge leidelijke opvoering der vakbekwaamheid heeft geen zin, schept enkel een voorbijgaande industrie. Alle dergelijke pogingen hebben overal schipbreuk geleden en vele naweeën gelaten De cursussen hebben zeker veel vruchten afge worpen. Echter is dit niet voldoende, want hierdoor worden alleen de voor naamste fouten bij de be werking voortaan verme den. De jeugd alleen kan er voor zorgen, dat 't volledige ten uitvoer gebracht wordt. Opgeleid in de modernste, vakkundigste bewerkingen, zal zij het kader vormen, dat in de toekomst in het geheele land zijn kennis zal verspreiden. En dit was en is enkel mogelijk door de De vlasaanvoer, in dubbel schooven. De roterij verwerkt vele kilogrammen gerepeld vlas per jaar. De vlasmeester, de heer J. 6. van de Moortele, bekijkt met critischen blik 't product der Standdaarbuitensche school. Het- vlasontzaden door een klopmachine. opmaken en inhalen maar gegund aan bekwame zwingelaars. De volledige medewerking der officieele instanties, gepaa;d aan de ambitie der vlassers, zal zonder twijfel er toe leiden, dat in de naaste toekomst hot gemeenschappelijk streven bereikt worde, namelijk: dat de Nederlandsclie vlasser de vergelijking lian doorstaan met de besten der wereld. Op dezen dag zal men mogen bogen op een uit gebreide soliede vlasindustrie, dan zullen de Neder- landsche vlassers in dit bedrijf een beter bestaan vinden, terwijl de toekomst voor het nageslacht- verzekerd zal zijn. Een overzicht van de velden, waar het natte vlas te drogen staat. (Eigen opnamen)

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 16