o\V
In „De gouden Karper"
TraumaPlast
De juiste wondpleister
en hare kenmerken
Traumaplast do juiste ivondpleis ter\
„Jammer,
mevrouwtje
23
Peter aarzelde nog, maar toen zei
Veronica: „Geeft u ons maar een ge
weer, juffrouw. Ik wil het ook eens
probeeren."
Zoo stonden ze zij aan zij voor de
schiettent. Peter mikte rustig en be
dachtzaam en trof midden in de roos.
Ze schoten met hun beiden. Veronica
mikte al haast even goed als Peter.
Zwitsersche kinderen leeren al jong
schieten. Achter hen verzamelde zich
weldra een menschenmenigte. Het ge
beurde niet vaak, dat men op de kermis
een meisje zoo goed zag schieten. Zij
vormden een knap paartje. Hun ge-
I zichten gloeiden van ijver en iederen
keer, dat ze de roos troffen, knikten ze
elkaar lachend toe.
„Bravo!" riep er plotseling iemand
achter hen. „Bravo, meid!" Het was
de Bergboer, Veronica's vader, die zich
nu met beide ellebogen een weg door
de menigte baande en een geldstuk op
Ide toonbank wierp. „Wat die twee
verschoten hebben, betaal ik," verklaar
de hij op snoevenden toon. Een groote,
forsclie man, de boer van de Berg
hoeve, ondanks zijn wat gebogen schou
ders. Hij had een geweldigen lichaams
omvang en op den stierenek rustte een
machtige kop met laag voorhoofd.
Onder de borstelige wenkbrauwen, even
zwart als zijn hoofdhaar en baard,
fonkelden levendige, grijze oogjes. Hij
ging zeer prat op zijn rijkdom en met
reden: hij was twee keer getrouwd.
Zijn eerste vrouw had hem twintig
duizend franken meegebracht. Uit dat
huwelijk had hij een zoon, Sepp ge
naamd. De tweede vrouw was niet
minder vermogend dan de eerste en zij
had hem Veronica geschonken.
Hij was nu in een goede stemming.
„Hm!" meesmuilde hij, „jullie schiet
lang niet slecht. En wat heb je nu ge
wonnen met je geknal?"
Peter kreeg een flescli wijn en Veroni
ca een springend hert van gips. Lachend
klopte de boer haar op den schouder.
„Jammer dat jij geen jongen bent en
je broer Sepp een vrouwspersoon. En
ga nu maar mee, Veronica. Nu gaan we
ergens zitten. Wat wil je hebben?"
„Dat is me hetzelfde, vader. Maar
Peter gaat ook mee!" Het kwam niet
in Veronica op, te vragen of te smeeken
of Peter mocht meegaan. Ze zei een
voudig: hij gaat mee. Zoo was Veronica
Biichler: een en al vastbeslotenheid en
zelfbewustzijn. Zij kende geen omwegen
en ging steeds recht op haar doel af.
„Natuurlijk gaat hij mee," zei de
Bergboer lachend. „Die paar worstjes,
die hij eet, kunnen er nog wel af."
Zoo begaf het drietal zich naar het
hotel, waar de boer zijn rijtuig had ge
stald, en vond nog net een plaatsje in
de stampvolle gelagkamer.
Peter en Veronica zaten naast elkaar
en voelden zich niets op hun gemak.
Ze waren veel liever alleen gebleven.
„Je gaat zeker met je vader mee
terug?" vroeg Peter zacht.
Zij schudde het hoofd. „Ik ga weer
met jou, Peter."
Boer Anger was ook in de gelagkamer
en toen hij deze verliet volgde Peter
hem naar buiten. „Ik heb gehoord,
dat u tegen Lichtmis een knecht zoekt,"
sprak Peter den boer aan.
„Ja, Peter, dat is zoo."
„Kunt u mij gebruiken, Anger?"
„Als je lust hebt, waarom niet, Peter?
Je bent sterk voor je leeftijd en je bont
ijverig, dat weet ik. Wat wil je dan
verdienen?"
„Dat laat ik aan u over, boer. Zie
eerst maar, hoe ik u beval."
„0, daar ben ik heelemaal niet bang
voor. Laten we zeggen 's winters zes
frank en 's zomers acht. En het eten
is goed bij ons."
„Afgesproken, Anger. Ik kom!"
„Dan krijg je meteen je handgeld."
Hij gaf hem vier frank en klopte hem
op den schouder. „Dus met Lichtmis
kom je!"
Toen Peter weer binnenkwam, ston
den de worstjes al op tafel en de Berg
boer zei: „Ziezoo, smakelijk eten. Je
kunt ook met me mee terugrijden,
jongen."
Veronica en Peter wisselden een
vluchtigen blik. „Maar eerst willen we
nog eens op de kermis rondkijken," zei
Veronica.
„Ga. je gang. Om zeven uur rijd ik
weg. Als jullie er dan niet zijn, moet je
maar loopen."
Dat willen we juist, dachten ze alle
twee en gingen naar buiten.
Ze bleven niet lang toeven op het
marktplein onder het standbeeld vau
Teil. Peter zocht nog een speculaashart
uit, het grootste dat hij kon vinden.
Er stond op geschreven:
Geen kolen, geen vuurtje kan gloeien
zoo heet
Als heimelijke liefde, waarvan
niemand weet.
Veronica hing het om haar hals.
Wordt vervolgd
Een roman van een versmade erfenis! De Haagsche familieleden van wijlen
den heer Prikker trokken hun Haagschen neus op voor zijn nalatenschap, de
vervallen uitspanning „De gouden Karper,, in de omgeving van Wassenaar. Maar
de kordate Lyda Manfeld, die met de heele familie niets te maken had,
durfde het aan om de uitspanning verder te exploiteeren. Zij waagt er haar
spaarduitjes aan en aldra wordt „De gouden Karper" het punt van samen
komst voor ontelbare verliefde paartjes. Een viervoudige bruiloft bekroont
dezen vroolijken roman en,... Lyda zelf is een der bruiden!!
De roman In „De gouden Karper" verschijnt de volgende week in de serie Avonduur-lectuur.
Prijs 16 cent. Verkrijgbaar bij onze kantoren, bezorgers en agenten. Toezending per post geschiedt
alleen na overschrijving van het bedrag, verhoogd met 2y2 cent per exemplaar voor portokosten,
op postrekening 142700 of na ontvangst van postwissel.
PANORAMA. Geïllustreerd, weekblad met de bijbladen „Humorist", „Sjors" en „Haken
en breien". Verschijnt Donderdags. Hoofdredacteur J. A. M. Douwes, Heemstede.
Plaatsvervanger W. N. Stuifbergen, Haarlem. Abonnementsprijs 13 cent per week
per kwartaal 1.69, franco per post 1.80 per kwartaal bij vooruitbetaling losse
nummers 16 cent. (Prijsverhooging toegestaan door het Departement van Handel,
Nijverheid en Scheepvaart onder nr. 17796 N.P. d.d. 23 April 1941.) Voor postabonne
menten en adreswijzigingen van postabonnementen gelieve men zich uitsluitend te
wenden tot het bureau te Haarlem. Bureau's HAARLEM Nassaulaan 51, Telef. Int.
13866, Giro nr. 142700. AMSTERDAM, Singel 263, Telef. Int. 33170, Giro nr. 97946.
ROTTERDAM, Provenierssingel 27, Telef. Int. 47133, Giro nr. 101981. 's-GRAVENHAGE.
Stationsweg 95, Telef. Int. 111666, Giro nr. 43141. UTRECHT, Biltstraat 142, Telef. Int.
13473, Giro nr. 149597. ENSCHEDE, Oldenzaalschestraat 56, Telef. Int. 2188, Giro nr. 383773.
ARNHEM, Nieuwe Plein 42, Telef. Int. 24825, Giro nr. 383772. 's-HERTOGENBOSCH.
Stationsweg 27, Telef. Int. 4286, Giro nr. 129750. MAASTRICHT. Stationsstraat 20,
Telef. Int. 5851, Giro nr. 124690. VLISSINGEN, Badhuisstraat 5, Telef. 81.
4&De pleisterstof: dun en strak, volgt iedere
beweging, is glad aanliggend, houdt de wond
randen aaneen en begunstigt daardoor de ge
nezing; ventileerend zonder perforatie, zoodat
de wond zonder gevaar voor verontreiniging
vlugger heelt.
^&Het gaaskussen: desinfecteerend, sluit de
wond af, absorbeert en is in alle deelen luchtig.
T1HJ
Verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten.
Verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten.
Carl Blank, Verbandpleisterfabriek, Bonn a. Rh.
Vi
héél jammer van Uw
mooie gebit!"
Achter een schitterend blanke tan-
denrij ontdekt de tandarts vaak
sporen van tandsteen. Vooral bij
patiënten die hun gebit niet regel
matig laten nazien. Tandsteen richt
groote verwoestingen aan, zonder
door pijn te waarschuwen. Er be
staat slechts één afdoend hulpmid
del: regelmatig gebruik van Solvo-
lith-tandpasta. Solvolith geeft dub
bele bescherming tegen tandsteen:
1. Het verwijdert tandaanslag en
voorkomt daardoor het ontstaan
van tandsteen.
2. Het is samengesteld met natuur
lijk Karlsbader Bronzout. Daar
door wordt het reeds aanwezige
tandsteen opgelost.
Tandsteen vormt zich het eerst
achter de snijtanden van boven-
en onderkaak.
Deze bruine „aanslag" aan den
achterkant van den tand istand-
steen.