TEAT ZEIDEN DER GROOTE RIVIEREN r*1 asiE liet oude jort op den Sint-Pieters berg bij Maastricht. heel Nederland. l)at is nu een echt levend landschap, veel indrukwek kender nog dan Kootwijk en Hulshorst op de Veluwe. Men voelt zich nietig en klein in de diépe laagten tussohen de zware zaml- irtassa's die eeuwig in beweging zijn. Vol aangrijpende „scènes" NATUURMONUMENTEN IN NEDERLAND n mooi Brabant. Pen gedeelte van de uitgestrekte zandverstuivingen bij Loon op Zand. TBkTatirurlijk, wanneer wij aan de natuurmonumenten in het zuiden denken, dan flitst liet eerst de herinnering aan Oisterwijk op, dat idyllische oord van vennen en bosschen in het hart van Brabant. Brabant is nog ongeloofelijk rijk aan natuurschoontusschen de Peel en Zeeland ligt nog zooveel moois verborgen, weggedoken langs de kronkelende beken, droomend om eeuwenoude vennen; bosschen rijen zich er in behaaglijke onregelmatigheid, maar Oisterwijk ként men beter. Reeds dertig jaar is dit natuurmonu ment bezit van de nationale vereeniging oud in die dertig jaar heeft het de harten van duizenden veroverd. In drommen komen ze op mooie dagen uit Tilburg, Eindhoven, Den Bosch en ook uit Holland verschijnen de pensiongasten. Oisterwijk is een centrum der vreemdelingenindnstrie geworden (dat loelijke woord moeten wij eigenlijk niet meer gebruiken), en het verdient dit ten volle- Kort geleden hebben wij er zelf nog weer eenige heerlijke dagen doorgebracht; wij hebben alle vennen afgewandeld, alle, die daar liggen tusschen Achter sten Stroom en Beerze, wel een veertigtal met elkaar wij hebben in de bosschen naar de zwarte spechten uitgekeken; het waren onvergetelijke dagen. Nu weet ik wel, niet iedereen waagt zich in de rimboe van het moerasbosch of zwerft over wijde heiden; velen blijven hangen bij de vennen van Klein- Zwitsorland, zij hebben genoeg aan de verheven poëzie van een roerloos spiegelend watervlak, waarin zich de dennen weerkaatsen, net is of de muzen der schoonheid je daar dwingen tot stil bewonderen maar toch, hoe innig wordt het natuurgenot, wanneer wij het planten- en dierenleven nauwkeurig obser- veerenLet u eens op hoe verschillend de plantengroei .is van de vennen; sommige zijn haast kaal, andere weelderig begroeid met de mooiste moerasplanten van Nederland. Weet men wel, dat er hier moer dan zeventig vogelsoorten voorkomen, als broedvogel, met groote merk waardigheden als de blauwbarst en den geoorden fuut? Eenden, ven- kraaien (dat zijn de zwarte sterns), groote karekieten, verder in de eenzaamheid van Kampina kok meeuwen, langs de beken, de Rösep en Beerze vooral, een ongekende wonderwereld, waarin Brabant zijn schoonste schatten openbaart. En vrijwel alles is „voor niets" te genieten; in het eigenlijke drie honderd ha groote natuurmonu ment met Kolk-, Goor- en Staal- bergven, om drie der grootste te noemen, mag iedereen vrij komen mooie wandelwegen zijir er aange legd, om de vennen loopen schilder achtige paden, alles om het publiek in zoo nauw mogelijk contact te brengen met alles wat hier praalt en bloeit. De grooto Kaïripi- nasclio heide, twaalfhon derd ha ongeveer, is voor loden der Vereeniging tot Behoud van Natuurmonu menten toegankolijk, maar langs do grooto banen mag toch ook iedereen komen. Hot landgoed de Honds- berg is ook al vrij, zij het gedeeltelijk, zoodat mon er woken zook kan brongeu. Vroeger was alles „heerlijk bezit", maar de machtige hoeren van Durendaal en de Nemerlaar konden het geheel niet in stand houden nu profiteert do gemeen schap er van. Met deze driehonderd ha is „Natuurmonumenten" geenszins tevreden geweest Zij heeft Brabant niet verwaarloosd, evenmin heeft 't Staatsboschbeheer dat gedaan. Het Noord- Brabantsch Landschap zelf verwierf nog geen be zittingen, deze provinciale vereeniging beperkt haar activiteit tot waakzaam heid, zeer nuttig. Het gaat vooral om liet. behoud der oudere bos schen, om de heiden met vennen en plassen, en om de beekdalen. De „woeste gronden" in Brabant ver dwijnen hard, er is be hoefte aan productieve perceelen, maar toch moet er zooveel van het oude landschap blijven, dat men tot in lengte van dagen kan zeggenZoo was vroeger heel Brabant! Haar grootste bezitting bevindt zich in de Meierij van Den Boschde Loonsche en Drunensche duinen, niet minder dan veertienhonderd ha groot. Dit gebied van stuifzanden en bosschen is naar mijn gevoel het mooiste wilde stuifzandlandschap van liet glooiende Limburgsclie land. bij Epen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 24