'V t Y\t*'uS R(H'US V>\\lv^vxS turco Dat is TANDSTEEN! tooveri voor U Hel dienstmeisje in een pakje. PER GROOT PAK ZONDER BON 19 „Nou," zei Jaap, en hij rolde zijn hemdsmouwen af. „Drinken, jongens!" zei ik. ,,'t Wordt een reuzengezellige avond!" Enfin, Jaap poetste z'n eigen op en ging uit, om den kogel door de kerk te jagen. Zooals hij later vertelde had hij 't meevallertje, dat Smitters alleen in den winkel was, dus hij liep zoo brutaal als de heul naar binnen en viel meteen met de deur in huis. „Meneer Smitters," zei hij „ik heet Jaap Leguit. Ik kom vragen, of u goed vindt, dat ik de hand van uw dochter mag hebben om te trouwen." Vader Smitters keek zoo versclirikt op, dat zijn bril afviel. „Wat zeg jet" zei hij vinnig. „Won je met mijn dochter trouwen? Heb je achter mijn rug met haar gevrijd?" „Nee," zei Jaap. „Ik kom u eerst permissie vragen zoo hoort 't." „Laat, eens kijken," zei Smitters, met een paar oogen als een gier. „Je bent die Jaap Leguit, die dat café op den hoek heeft, is 't niet?" „Jawel," zei Jaap. Smitters begon te lachen en stak zijn hand uit. „Aangename kennismaking, jongen," zei hij. „We zijn hier vreemd, zie je, en we kunnen ons niet afgeven met doodgewone zeelui. Maar voor zoo'n netten man met een eigen zaak als jij zijn we te spreken. Dus je wou met mijn dochter trouwen, hè? Ik zal 'r roepen. Ze is in de keuken. Dolly!" „Dolly?" riep Jaap..,,Heet ze zoo?" „Da's haar bijnaampje," zei Smitters. „Ze heet eigenlijk Am.O, hen je daar kind? Even voorstellen meneer Jaap Leguit. Hij komt me vertellen, dat hij met je wil trouwen. Wat zeg jij er van?" Het meisje kreeg alleen maar een kleur en boog haar hoofd, precies een bloeiende roos. Smitters gaf Jaap een knipoogje. „Zet je hoed maar op en ga maar een eindje omloopen met Jaap," zei hij tegen het meisje. „Dan kunnen jullie er over praten en zien of jullie 't eens worden." Enfin, Jaap ging met juffrouw Smit ters wandelen, en ze zei netjes ja, en zoowat een uur later kwam Jaap door 't gordijn het café instuiven. Hij stapte regelrecht naar den Kale toe en hij keek nijdig en schudde met zijn vuist voor zijn gezicht. „Leelijk valsch venijnig wormstekig geniepig stuk leugen!" schold hij. „Wat mankeert jou?" vroeg de Kale met een gezicht of hij 't in Keulen hoorde donderen. „Wil ze je niet hebben?" „Ja, ze wil me wél hebben," zei Jaap, „maar ze heet geen Amanda! Ze heet Amaiia, kikkerachtige eekhoorn!" „Amalia?" zei de Kale. „Nou, dan was ik er niet ver naast, wel? 't Begint in ieder geval met Am. En wat zou 't ook! Trouw met 't kind, da's de hoofd zaak Over dat schilderwerk kun je d'r wel wat wijsmaken. Zeg maar, dat die knaap, die 't gedaan heeft, een paar drukfouten gemaakt heeft." Als er geen kaart in 't café had ge hangen, waarop stond: Niet ruziemaken of vechten, had Jaap hem een tik op zijn neus gegeven, geloof ik. Enfin, ze trouwden. We waren er natuurlijk allemaal bij, en je kon met je klompen voelen, dat die twee hals over kop verliefd op elkaar waren. De bruid bloosde en lachte van blijdschap en Jaap keek zoo gelukkig, als 'n man onder der gelijke omstandigheden.maar kan doen. Want je kunt gerust rekenen, dat die kwestie van dien verkeerden naam net zoo vast zat in zijn hoofd als op zijn borst. En na do bruiloft leefde hij in voortdurenden angst én vrees, dat zijn vrouw 't in de gaten zon krijgen. Hij dorst z'n eigen niet eens behoorlijk te wasschen, als zij thuis was! 't, Was oen allerliefst kind, maar haar vader had hem gewaarschuwd, dat ze te keer kon gaan als een furie, als zo 't op haar heupen kreeg. Dus Jaap leefde om zoo te zeggen op den rand van een vulkaan met een hangend zwaard boven zijn hoofd. Eindelijk op een dag, toen Dolly uit was om te winkelen, nam Jaap de ge legenheid waar om zich eens af te spoe len, dus hij ging naar den gootsteen in de keuken, trok zijn hemd uit en begon met klodders zeepsop te gooien. Hij stond net zijn hoofd af te drogen toen hij een schaduw voor liet raam zag, en toen hij opkeek stond Dolly daar, en keek naar de aaneengeklonken harten etcetera, die duidelijk zichtbaar waren in de opening van zijn omgevouwen vest. 't Liep Jaap koud over zijn lieele lichaam, en toen verdween Dolly en kwam ze door de keukendeur binnen. Jaap stond als een jong hondje dat op heeterdaad betrapt is, en dacht niet anders, of 't servies zou om zijn ooren beginnen te vliegen. Maar nee hoor Dolly kwam met een snoeperig lachje naar hem toe en ze hield haar vinger tegen een van de harten, tot zijn eigen hart ongeveer stilstond. „Stoute mannie!" giechelde ze. ^On deugende, leelijke mannie! Mijn groote dikke sterke stoute, stoute ventje! Dus jij hebt vroeger een liefje gehad, dat Amanda heette, niet? En nóg een stuk of twintig, dertig zeker! Ondeugende mannie! Tk had al gedacht, dat je nog een beetje verlegen was, maar nu weel ik wel beter. Wat zullen al die andere meisjes van je jaloersch zijn, als ze liooren, dat je nu heelemaal alleen van mij bent! Vertel eens wat over Amanda, Jaap. Hoe zag ze er uit? Toe dan! Je moet me alles vertellen!" Jaap stond de eerste minuut te ver stomd om wat te zeggen, maar ze zeurde net zoo lang, tot hij haar op een stelletje leugens tracteerde óver een. Amanda, die nooit had bestaan. En daar was ze nog niet eens tevreden mee! Ze wou alles weten over alle anderen ook, dus moest Jaap iederen dag een ander verhaaltje bedenken over ge broken harten en begraven liefdes, waarin hij voor meesterknecht van de doodgravers speelde. Dolly kan nooit ge noeg krijgen van die ophakkerij over de braniestreken van haar man, en soms schiet zijn verbeelding te kort en moet hij bij mij of bij Antoon of bij den Kale komen, of wij hem iets willen vertellen van onze vrijages, en die geeft hij dan voor zijn eigen werk uit. En zoo leeft, hij maar door. Hij maakt haar wat wijs over Don Juan, net zoo lang,tothij 'tzelf gelooft! Hij, notabene, Jaap Leguit die nooit een andere vrouw gekend had dan harten- en schoppen- en ruiten- en klaverenvrouw De oude zeeman dronk zijn glas leeg en zette het met een klap neer. „Wilt u soms kennis maken met Jaap?" vroeg hij. ,,'t Is een heel ge schikte vent." „Ik vind 't bést," zei ik. „Als hij in de buurt is. De zeerot zette zijn leege glas op de toonbank. De man met het roode ge zicht had hu een kloeke, knappe vrouw naast zich, die met oogen van vereering naar hem opkeek. „Zeg, Jaap," zei de oude zeeman, „deze meneer wil een rondje geven. En" hier gaf hij me een stevigen stoot in mijn ribben „hij wou je meteen eens vragen, hoe je de meisjes op de Fidzji- oilanden vond!" Die ieelijke bruine aanslag aan den achterkant van den tand is tand steen de gevaarlijkste vijand van Uw gebit! Zonder dat U er iets van merkt, dringt hij overal door. Hij maakt de tanden los en na vér loop van tijd vallen ze uit. Laat Uw gebit regelmatig controleeren: minstens ieder half jaarl En voorkom de vorming van nieuw tandsteen door Solvolith-tandpasta te gebruiken. Solvolith geeft U dubbele be scherming tegen tandsteen 1. Het verwijdert tandaanslag en voorkomt daardoor het ontstaan van tandsteen. 2. Het is samengesteld met natuurlijk Karlsbader Bronzout. Daardoor wordt het reeds aanwezige tandsteen opgelost. m Ideaal ook voor reiniging van geverfd hout en geverfde plafonds. Wat U ook wilt reinigen, met I'URCO is het zóó gebeurd. Lakens n tafelkleeden zijn in een omme zien Helderwit. De bonte waseli komt mei mooie, frissche kleuren als nieuw uit de teil. TURCO be vat geen bijtende stoffen, die het - weefsel aantasten of de kleuren dji verbleeken. Ook geen schuur- imf middelen, waardoor het emaille van Uw vaatwerk of het glazuur van Uw bad en waschtafels wordt beschadigd. TURCO geeft niet het minste krasje. Reinigt ook Uw tapijten eens met TURCO. Ze zijn nog eens zoo mooi na behandeling met TURCO. TURCO is geen surrogaat. Het is een vol waardig waschmiddel, dat in Amerika reeds jaren voor den oorlog populair was. TURCO houdt Uw handen BLANK VOOR L)E WASCH CENT DE V A A l UW TAPIJTEN

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 19