met dispergon tegen tandsteen door Eduard Stans 9roote PRODENT HEERLIJK SCHUIMEND - MAAKT DEN MOND FRISCH EN DE TANDEN PARELBLANK ./tefretile wel zijn bovenlichaam over I het knipsel hoen boog. j Hij hoorde zijn vader, als 5 gewoonlijk luidruchtig met deuren en voeten, van zijn J werkkamer naar beneden i gaan. Hat beteekende: nog j een half uur vóór 't eten. Want vader dronk twee borrels, en deed tien minuten over den eersten, twintig over „Ik lijk wel gek," mopperde Han, en den tweeden. Han was slecht opge- hij ging aan zijn werk. schoten met dat geteut voor 't raaip Een half uur lang gaarde hij wereld- na 't. eten dadelijk verder! Maar dan schokkende feiten uit provinciale krant- kon hij nu dat halfuur beter gebruiken, jes; toen werd 't hom te machtig. Hij om zijn haar te laten bijknippen. dacht, aan geen dorpsnieuwtjes en ook De kapper woonde ook in de Schim- aan geen buurmeisjes meer hij was melpennincklaan, een huis of tien ver- 't alleen maar beu. Beu dat lamme ge- derop. Maar Han Meld niet zijn eigen peuter van iederen dag. Heiligen ernst trottoir noordwaarts ditmaal. Hij ging maken van de diepste prullaria. „Ik den anderen kant op, na het tweede word journalist, en ik zal 't ver brengen, huis den hoek om, en door de Zijlaan want ik kan schrijven!" dacht liij, na naar de Heinsiuslaan. Het blok rond. 't gym, en zelfs nog toen hij uit dienst Voor het onbewoonde huis, waarvan de kwam, acht jaar geleden. Acht jaar tuin grensde aan don hunnen, liep hij lang had hij het volgehouden, 't geprie- langzamer en hij keek. Er liingen lakens mol in de leerschool der publiciteit,, voor de kleine ramen en de heele voor eerst volontair, een beter soort jongste gevel was potdicht. Die kleine ramen bediende, aan de Klok, toen assistent- vond Han griezelig.... waren een jaar of vertaler; daarna aan de kleinere Post- zes geleden een afdwaling van zijn vader hoorn tweede stadsnieuws, nu tweede geweest. Want zijn vader had dat rijtje binnenland. vanmiddag mark the, huizen gebouwd. Maar dit was slechts richten, en nu: „Naar de Nieuwe een vluchtige gedachte. Han had iets K nuppoldorpsehe Courant bericht is de anders bovendrijven in zijn hoofd. Hij heer Nooitvangehoord, sinds 1883 no- keek, al wist hij, hoe overbodig het taris te Klepelhoven, aan een gescheur- was, naar beide kanten de straat door. den nagel overleden", en vanavond jaar- Er liepen geen dames, vergadering tafeltennisbondWaar- Na 't eten ging hij naar boven. Zijn om maakten ze hem geen correspondent twee zusters hadden gestoeid, en hij had in Constantinopel? Waarom had hij den zijn mannelijke kracht gedemonstreerd moed niet, lafbek die hij was, 't boeltje door, als vrederechter optredend, beiden er bij neer te smakken, en de wereld in te tegelijk te verslaan, hoewel hij meestal trekken, op een schoen en een slof, en het land had aan stoeien. Hij las weer nót zoo lang artikelen aan kranten en en knipte en plakte en potloodde, vlug, tijdschriften te sturen, tot hij zijn aas zonder tegenzin. Van 't stoeien kon 't ophaalde óf ergens doodgehongerd niet komen en de joüge prinses was hij lag? 't Is nu welletjes ik geef er den alweer vergeten, dus makkelijk ver brui van! Weet je w&t? Ik zal eonduc- klaarbaar was het verschijnsel niet teur bij de Nederlandsohe Spoorwegen hij ddeht, trouwens over geen ver zien te worden. Dan kom ik ten minste klaring maar zijn landerigheid van eens in Knuppeldorpden achtermiddag was over. Hij voelde Han ging naar 't raam, en rukte het zich weer sterk in 't leven staan, met open, om lucht te krijgen. Hij kreeg zijn wil en zijn gaven. Hij voelde weer voorjaarswarmte en seringengeur. horizonnen om zich heen, den eenen na „Adri!" hoorde hij roepen. den anderen. Nó was hij nog knip- en Han liet het nauwelijks tot zijn be- plak- en telefoonredaeteurzulke men- wustzijn doordringen. schen moesten er ook zijn; en hij wou „Adri!" riep de vrouwenstem nog 't hóéle vak kennen. Maar ooit zou de eens, nu luider. tijd komen, dat wist hij zeker, waarin „Joeoe!" gaf een hoogere stem terug, hij leefde en werkte naar zijn smaak, en Het meisje scheen toen uit den rooden wat gif aan de wereld. Dat hadden eT meidoorn in den hoek van den tuin te zooveel gekund, en wat een ander kon. voorschijn te komen, en met een paar kon hij ook. Reeht stond hij voor zijn bebloemde takken in haar hand liep bureau, in zijn lichtgrijze pak. De auto's, zij op een holletje den tuin door en het die voorbijreden, en zelfs de wolken aan huis binnen. den hemel leken hem speelgoed. Het Dus de jolige freule heette Adri. blauw van dien hemel, en de groote zon Han stond te denken: ik weet al aar- daar middenin, dat wasruimte en kracht dig w&t van je, jongedame. Je figuur, van bestaan. je gezieht, je haar, je stem en je voor- Opeens schoot door zijn hoofd: nu naam, en een serie maniertjes. Wordt zullen ze er wel gauw komen wonen, vervolgd! Adri is een aardige naam voor 'n meisje. Hij keerde zich om en ging aan zijn werk. Voortmaken. Hij kwam tóch al niet klaar voor 't eten. In 't begin liet hij een paar malen zijn hand door zijn lange, donkerblonde, golvende haai gaan, als wilde hij verstrooiende beelden TWEEDE HOOFDSTUK „Nee maar. ben jij 't,' Willem?" e man, die het riep, was groot en .1 en blozend, met blond haar boven uit zijn ruime hersenkas duwen, maar een rond gezicht. Hij heette Ronding en geleidelijk begonnen hem de krantjes te was bouwer. De man, tegen wién hij het boeien. Er bleef aandacht, met nu en riep, was klein en schriel, met oen sikje, dan trekjes van interesse in zijn smalle ietwat fatterig gekleed, maar net niet rechthoekige gezicht. Hij knipte handig te; een parel op zijn das, maar geen en plakte met ijver. Snel bewoog zijn groote. Hij heette Lantema en was ban- groote rechterhand het potlood, toen hij kier. Ze zaten in de tram tegenover el- een half kolommetje over een terecht- kaar, ieder op een klein bankje, en ze zitting met een grappigen kantonrech ter in een provinciestadje opfrischte. Hij was zoo lang, dat de neuzen van zijn bruine schoenen aan den achter - 'kant onder zijn bureau uitstaken, hoe- hadden al een paar malen speurend naar elkaar gekeken. „Hó, Rooding! Hoe gaat 't?" zei Lantema. De aarzeling was voorbij ze kenden Prodent plus een goede tandenborstel Is de ideale combinatie voor Uw tanden en mondverzorging. DeZe vermaarde, heerlijk schuimende tandpasta bevat het kostelijke „dispergon", dat tandsteen verwijdert en nieuwe vorming tegengaat. Maar dan ook 's morgens en 's avonds poetsen!

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 23