sanatogen Wanr MORPHEUS is.beschermen IN GEVECHT MET Sterk Uw Zenuwen met SANATOGEN BECKERS Haarden Haardkachels nai Verkrijgbaar bij Apothekers eoD.ogiste^30en^ 10 Minder dan ooit kunt U die vermoeid heid en neerslachtigheid juist nu ge bruiken. Neem daarom Sanatogen, het doeltreffende versterkende voedsel voor lichaam en zenuwen. Koop nog heden een bus, Uw apotheker of drogist heeft Sanatogen in voorraad. Het zenuwsterkende voedsel. Sanatogen voldoet uitstekend bij neurasthenie. Het is bijzon der versterkend voer het zenuw stelsel Dr. C B. te 's-G Wie een Beckers F. of F. W. Haard bezit, geniet van ieder schepje brandstof het volle nuttige effect! 100°/q Warmte- uitstraling dank zij de geoctrooieerde Front- of Front-Wandcirculatie, een con structie eveneens toegepast op de Beckers Haard kachels ,,Fram", „Paula", „Germaine". Het systeem voor extra-zuinigheid NUTTIGE STOOK-WENKEN I 4. Poken is op zijn tijd nut tig en noodlg, maar pook met mate I Pook alleen wanneer de roosterspleten door asch verstopt zijn en houd er direct mee op zoodra gloeiende kolen in de aschlade vallen, want dat kost goede brandstof. Trouwens, U zeeft toch den Inhoud van de asch lade altijd wel terdege na Hoe weinig bruikbaars er ook uitkomt, 't Is nu meegenomen l (Wordt vervolgd) met Circulatie HUBERT C. BECKERS BERGEN OP ZOOM - meermalen cGE de zulnigheldswenkcT e hier naar voren worde ?bracht. de instemmin -rbben van den Econc Voorllchtings enst, Afd. v. h. Dep Handel, Nijverheid Scheepvaart. ZUINIG Ik heb nooit pre cies begrepen, hoe Tom Hop per <iie vergissing kon maken, want hij was al bijna af gestudeerd in de medicijnen, voor hij het vermogen van zijn tante erfde en hij was altijd heel goed in pharmaco logic geweest. Wij hadden dien avond samen er gens een bezoek af gelegd en Tom ging daarna mee naar mijn kamers om een pijp te rooken en nog wat te pra ten, voor hij zijn eigen luxueus in gerichte appartementen opzocht. Ik was juist even naar mijn andere kamer geloopen, toen ik Tom hoorde zeggen „O. Wim, ik neem een dosis kinine, als je het goedvindt ik voel me koud en rillerig. Ik denk, dat ik kou gevat heb." „Goed," riep ik terug. „De flesoh staat op de tweede plank. Neem het met een lepel aftreksel van eucalyptus in. Dan is het niet, zoo bitter." Toen ik terugkwam, gingen we hij het vuur zitten en staken onze, pijpen op. Na een minuut of acht viel Tom zachtjes achterover. Ik liep meteen naar mijn medicijn kastje en keek. „Jij onverbeterlijke idioot!" bromde ik. „Nu zie je hoe slecht geld voor iemands hersenen is." Daar stond de flesch morphine met de stop er af, zooals Tom haar had laten staan. Ik haalde een anderen semi-arts uit zijn bed. die hoven mij woonde en stuur de hem om den ouden dokter Galesloot, een paar blokken verderop. Tom Hop per heeft te veel geld om behandeld te worden door menschen, die nog niet heelemaal klaar zijn. Toen Galesloot kwam. onderwierpen we Tom aan 'n serie behandelingen, die onze kennis ons in dit, geval voorschreef. Na de drastische, ja bijna hardhandige middelen gaven we hem hij tusschen- poozen citroenzure caffeine en sterke koffie en we lieten hem tusschen ons in de kamer op en neer loopen. Mijn col lega van boven gaf Tom een flinkeri schop en hood mij toen zijn verontschul digingen -aan. „Ik kon het niet laten," zei hij. „Ik heb nog nooit van mijn leven een mil- lionnair een schop kunnen geven. En misschien krijg ik daar ook nooit meer gelegenheid toe." „Nu," meende dokter Galesloot na een paar uur. „nu zal liet wel gaan. Maar houd hem nog een uur wakker. Je kunt dat doen door tegen hem te spre ken en hem zoo nu én dan te schudden. Als zijn pols en ademhaling normaal zijn, laat, hem dan gaan slapen. Ik laat hem nu aan u over." Ik bleef dus alleen met Tom, dien we op een divan hadden gelegd. Hij lag erg stil en knipperde met, zijn oogen. Ik begon aan mijn taak, hem wakker te houden. „Nu, beste kerel," zei ik. „Dat was op het nippertje, maar we hebben je er doorgehaald. Toen je college liep, Tom, hebben de profes soren je toch nooit verteld, dat je in-o-r-p-h-i-n-e uit moest spreken als „kinine", is het wel Maar ik zal je er geen verwijt van maken,voor je weer op je beenen kunt staan. Maar je bad apotheker moeten worden, Tom. Wat een aanleg heb jij om recepten klaar te maken." Tom keek me met een flauwen en schaapaclitigen glimlach aan. „B'grijp niet," mompelde hij. „Ik voel ine net als '11 zoern-zoembij op een bosje prachtige rozen. Val me niet lastig, 'k Ga slapen." En in twee seconden sliep hij werke lijk. Ik schudde hem hij zijn schouder. „Nu, Tom," zei ik streng, „dat gaat niet. De dokter zei, dat je nog minstens een uur wakker moest blijven. Doe je oogen open. Je bent, nog niet, heelemaal buiten gevaar, weet je. Vooruit, word wakker." Tom Hopper weegt, zoo wat honderd- achtennegentig pond. Hij grijnsde me slaperig toe en viel nu definitief in slaap, naar het scheen. Ik moest hem in bewe ging brengen, maar ik had net, zoo goed kunnen probeeren met den Eiffeltoren de kamer rond te dansen. Hij begon te snurken en dat beteekent, in verband met miorphine-vergiftiging, gevaar. Ik dacht na. Kon ik zijn lichaam niet in beweging krijgen, dan moest, ik zijn geest prikkelen. „Maak hem kwaad," was een gedachte die als vanzelf op kwam. Goed, maar hoef Tom's harnas had nergens een zwakke plek. Die beste jongen! Hij was de goedmoedigheid zelve, een eerlijke, oprechte, trouw hartige kerel. Hij stamde van een fami lie af, die er blijkbaar nog idealen en begrip van eer op nahield. Hij hield van de groote stad, maar was er niet door bedorven. In zijn om gang met vrouwen was hij op ouder- wetsclie manier hoffelijk, zoodat ha, daar had ik het! het was te probee ren. Ik liet een paar minuten mijn fan tasie den vrijen teugel. Ik grinnikte bij voorbaat als ik er aan dacht,wat ik dien ouden Tom nu in de schoenen wilde schuiven. Maar meteen daarop pakte ik hem hij zijn schouder en schudde hem, tot zijn ooren hem hijna van zijn hoofd vlogen. Hij opende met moeite zijn oogen. Ik deed alsof ik erg kwaad en verontwaardigd was en hield mijn uit gestoken vinger een paar centimeters van zijn neus. „Luister eens, Hopper," zei ik op snijdenden toon en met, opzet duidelijk sprekend, „wij zijn goede vrienden ge weest, maar ik wil je hierbij aan het, verstand brengen, dat mijn deuren voortaan gesloten blijven voor een man, die zich zoo schurkachtig gedragen heeft als jij." Tom toonde niet de minste belang stelling. „Wat is 'r an de hand, Wim?" mom pelde hij bedaard. „Ben je ziek?" „Als ik in jouw schoenen stond," ver volgde ik. „maar dat is gelukkig niet liet, geval, dan zou ik mijn oogen niet

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 10