Ne** n Akkertje
iSsSsri
\üV00R^^
'tof*
De Nederlandsche Pijnstiller
SUNLIGHT ZEEP
RADION-RINSO
LUX - REXONA en
LUX TOILET ZEEP
SI MIGHT-li 11)1 OS
SKIi I ICE
BAD KISSINGEN
15
't Meisje ging alleen weg, want je kon
nooit weten of die andere snijboon, Jan
Stevens, nog in de buurt was, en toen
ik me door Charlie op een biertje had
laten tracteeren in 't Ossenhoofd, ging
hij ook weg.
De eerste twee dagen kreeg ik ze niet
meer te zien, maar den derden avond
hoorde ik tegen 't hek kloppen, en toen
ik 't poortje opendeed, stak het meisje
haar kopje naar binnen en ze lachte
tegen me.
„Mag ik er in?" zei ze.
„Jawel," zei ik. „Er is niets te doen
vanavond. Je kunt 't rijk alleen hebben
op de werf. Waar is hijV'
„Hij loopt eerst nog een eindje om,"
zei ze. „Pa's veiliger."
Ik bleef even met 'r staan praten toen
ze in d'r hoekje kwam. Ik had nog een
paar leege vaten voor ze gezet, dan lie
pen ze niet zoo in 't oog, en daar was ze
me echt dankbaar voor. Toen ging op
eens de bel.
Ik holde weg en sloot 't poortje open
en Charlie viel zoowat in mijn armen.
Hij was zoo bleek als een doek en hij
beefde als een juffershondje. Toen stak
ik mijn hoofd naar buiten en, ja, hoor
Jan Stevens.
Hij bleef staan toen hij mij zag, en
we stonden mekaar aan te kijken, ik
binnen en hij buiten. Toen stapte hij zoo
brutaal als de beul
vooruit om de werf
op te komen.
Ik ging voor z'n
voeten staan. „Wat
moet je?" zei ik.
„Ik wil d'r in,"
zei hij, met zijn ge
zicht, vlak bij het
mijne. „Je hebt mijn
meisje hier, geloof
ik."
„Ga nou gauw hoe
pelen," zei ik. „Zoo
veel kleine jongens
op mijn werf kan ik
niet hebben. Jullie
stelen maar kolen.
Dag hoor."
Ik sloeg het hekje
net op tijd dicht, en
aan 't lawaai te ocr-
deelen, dat hij er met zijn knuisten op
stond te maken, miste ik niet veel. dat
ik hem kwijt was. Hij sloeg zijn knok
kels zoowat kapot, geloof ik, en 't was
niet aan te liooren zoo'n taal als hij
uitsloeg. Toen ik terugriep, of hij wel
eens op Zondagsschool was geweest,
werd 't nog erger.
„Daar héb je 't gegooi in de glazen
al," zei Charlie beverig.
't Meisje was net zoo zenuwachtig
als hij. Jan Stevens stond nog steeds
voor 't hekje in z'n eigen te praten, en
toen ik riep. of hij een hoestpastille wou
hebben, pakten ze ine allebei beet en
vroegen ze. of ik '111 niet nog kwader wou
maken. „Denkt u een beetje om dien
armen Charlie," zei het meisje.
Ze waren allebei zoo van streek, dat
ik ze liever niet alleen liet, dus ik zocht
ook een kistje en ging ze gezelschap hou
den. Ik vertelde ze 't een en ander dat
ik beleefd had, toen ik nog voer; dat ik
driemaal haast schipbreuk had geleden,
en dat we op één reis volk tekort kwa
men, omdat de helft van de lui met me
gevochten hadden en in d'r kooi lagen.
Toen liet ik ze die plek op mijn hoofd
voelen, waar ik een klap met een stoel
poot heb gehad, maar ze waren gewoon
niet vroolijk te krijgen, dus toen ik een
uur tijd had vermorst, ging ik maar weg.
Ik ruimde eerst een beetje op en toen
ging ik 't kantoortje in om de krant in te
kijken. Daar werd 't al aardig laat mee,
en ik stond net op om te gaan kijken hoe
Charlie en Nellie 't maakten, toen ik ze
met hun neus tegen 't. raampje zag staan.
oik kreeg
't an
„We zullen eens weg moeten," zei
Charlie.
„Ik zal 't poortje opensluiten," zei ik.
en ik voelde, in mijn zak.
„Zou Jan er nog staan?" vroeg Charlie.
„Niks van gemerkt," zei ik. „Pas
maar op je raakt nog aan 't malen
over dien Jan. Maar al is hij er nog, hij
kan je toch niet veel meer doen. Ga
maar eens na, hoe hij op dat hekje ge
ramd heeft met z'n knuisten."
„Ik moet er niet aan denken," zei hij.
„Ik had 't zélf wel kunnen zijn."
„Enfin, ik zal wel even gaan kijken of
de kust vrij is," zei ik.
Ik liep op mijn teenen naar 't hekje
en sloot 't onhoorbaar open. Toen haalde
ik 't heel voorzichtig naar me toe en net
had ik een kier van een duim of zes, of
Jan zette zijn schouder er tussclien.
Hij kwam er half doorheen en toen
bleef hij steken. Ik stond er als een rots
tegenaan, en ik begon 't langzaam dicht
te duwen. Ik was veel zwaarder dan hij.
en vloeken hielp 'm niet. Hij spartelde
nog een tijdje, en ik gaf hem een lesje
in goeie manieren, en toen aaide ik ovei
zijn kin en smeet hem den weg op.
„Maak nu maar gauw dat. je weg
komt.," zei ik tegen Charlie, ,,'t Is nu j
veilig."
„Veilig?" zei Charlie. ...Moet je hem
hooren 1"
Jan was weer be
zig, en wat hij al niet
zei dat hij me doen
zou, als hij me te
pakken kreeg.
Nou, dacht ik, da's
geen lieve jongen. Ik
sloot 't hekje en toen
stond ik even na te
denken, hoe 't ver
der moest.
„We kunnen niet I
den heelen nacht
hier blijven," zei
Charlie, toen we de
werf op liepen.
„Nee," zei ik, „daar
zorg ik wel voor."
„Als we niet gauw
weggaan, krijg ik van
lia'ar vader, en als
we wel gaan, krijg
ik van Jan Stevens," zei hij. „Had u
hem maar naar binnen getrokken,toen
u de kans had, dan had u hem vast kun
nen houden en dan hadden wij wegge-
kund. I' hebt geen tegenwoordigheid
van geest."
„Straks heb ik geen geduld ook meer,"
zei ik. toen ik weer praten kon. „Als je
een greintje fut in je lichaam had, ging
je d'r uit en nam je 'm in zijn kladden."
„0 nee, Charlie, niet doen!" zei liet
meisje.
„Als jij 't me vraagt, zal ik 't laten."
zei hij.
Toen liepen ze een tijdje heen en weer
met hun armen om eikaars middel. Dat
was 't eenige, waar zijn arm voor deug
de. Ik liep ook heen en weer, en toen ik
nadacht, hoe ik ze kwijt moest raken,
schoot me opeens te binnen, dat een
schuitenvoerder zijn vlet bij ons tegen
den kant had laten liggen. Ik ging
kijken, of ie er nog lag, en toert ging ik
naar Charlie terug.
Hij betaalde zonder mopperen een
kleinigheid, die ik hem vroeg omdat ik
m'n werk verzuimde, en toen stapte ik
in de boot. 't Meisje kwam me na, of ze
d'r lieele leven niet anders gedaan had.
Toen moest ik weer opstaan, want,
Charlie wou iemand hebben, die zijn
enkels vasthield, terwijl hij zich liet
zakken.
„Hoe wou je 't nou aanleggen om met
haar om te blijven gaan?" vroeg ik,
toen ik zat, te roeien.
Vervolg op blz. 18
een xteen tegen
dere.
~^oTc,g? grieper,g?
Sr,e Vn U van hoofdp I" den
beVr"dzönder Uw 9«'el
pijnen, zona
Op het oogenblik zijn
niet meer voor de huisvrouw
verkrijgbaar. Maar toch moet
de wasch gedaan worden en
allerlei reinigingswerkjes in huis
moeten ook gebeuren. Wanneer
U zich hierdoor voor moeilijkhe-
dengeplaatstziet, vraagdanonze
deskundigen om raad. Zij helpen
U gaarne en...hebben groote
ervaring. Wend U met Uw zeep
en reinigingsproblemen tot:
Betrouwbaar - Onschadelijk - Vervaardigd te