PRONKSTUKKEN uit het rariteitenkabinet der natuur s stompen. Zij lijkt sprekend op echte hars, maar is in wezen niet anders dan een eenvoudig gebouwde, korst - vormige zwam, die haar kiem vlies aan de oppervlakte draagt. Een stapje verder gaat reeds de kostelijk oranje aderzwam, die het meer op molmend loofhout zoekt. Be halve met een korst werkt zij ook nog met ettelijke „bal kons", die van het hout naar buiten steken; een begin van oppervlakte- vergrooting. Echter zijn er ook zeer vreemde sinjeurs, zooals de groenig bruine Judasooren, die oude vlierstam- men bewonen. Zij zoeken de uitbrei ding in een sterke rimpeling van hun „griezelig echt" aanvoelend opper vlak, dat, met dich te oogen betast, sprekend op een wezenlijk oor ge lijkt! „De natuur her- De harszwam, die er uitziet als echte hars. De aderzwam vindt men op vermolmd loofhout. De herfst, dat is de tijd van den teruggang, van de voorbereiding op de groote winter- rust in de natuur, veelal ook van het afsterven der zomersche planten en dieren. Maar als een laatste luister wordt uit de vergane glorie van dorrend blad en vallende naalden nog éénmaal nieuwe geboren: het groote leger der paddenstoelen en zwammen, vol verscheidenheid van vormen en kleuren, verschijnt als een laatste op- 1 aaiing van het doo- vende levensvuur. De paddenstoelen komen boven den grond om de kiem cellen, de „spo ren", te versprei den van de on zichtbare schim melweefsels de zwamvlokken welke steeds onder de oppervlakte ver borgen blijven. Op een zeer dun vlies, het z.g. kiem vlies, worden die sporen gevormden de soort, die nu de op pervlakte van dat kiemvlics maar zoo veel mogelijk weet te vergrooten, zal ook de meeste sporen kunnen voortbrengen. Op onze wandelingen door bosch en veld zien we nu velerlei methoden om die oppervlaktevergrooting tot stand te brengen, de eene nog ingenieuzer en schooner dan de andere. Daar is bijvoorbeeld de harszwam van de denne- De iepenzwammen zijn erg familieziek en vormen fantastische kolonies. haalt zichzelf steeds" heeft 'n groot ge leerde gezegd. En we vinden de waarheid van zijn woorden bij de schoone koraal- zwammen, die we op het eerste ge zicht stellig houden voor stukjes echt koraal, sneeuwwit, rose of goudgeel. In een geheel ander genre weer zocht de sponRzwam het. Die krult en kron kelt haar tientallen lapjes zoo kunstig door elkander, dat een gewoon mensck er geen wijs uit weet te worden. En natuurlijk zijn alle lappen geheel overtrokken met het sporendragen- de kiemvlies. Wat een vooruitgang Men kan zich bijna verbeelden onder water te zijn als man de koraalzwam- meties ziet.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 2