£*Baron gn cfef w SOLIDOX II. HERFST tegen tandsteen 32 hJJ Je techniek U is d è„es „«J."er U 9ronJi. -»e,f schaPPeliik ,e9d.PBNA-W>d»'' voor be<"°f me,kod..-DoU«^' 9JeJ PBNA' bE,0.9<<e hebben iic>> 'ee<l" Je techniek positie m de veroverd1 mm\ ARNHEM^ wnwIAn). I EEN BEWONDERENS WAARDIGE VROUW! Zelfbewust en zeker van zijn liefde staat zij in het volle leven. Haar geheim zijn KHASANA rouge en lippenstift, die haar het veilige gevoel geven, vol maakt verzorgd te zijn. Iedere vrouw zou der halve KHASANA dis creet moeten gebruiken. KHASANA is kissproof en bestand tegen weer, wind en water. Overal verkrijgbaar. ImporteurGlobe Trading Co ltd 44. Singel, Amsterdam C. 7 VAN DE 10 MENSCHEN DRAGEN WITTE MASKERS Qs$aa* xy wc/en /fr/ nt 'e/ Aan den voorkant wit, an den achterkant aan getast door tandsteen Wat d» tortdspiegel te zien qat) rest Qetvor>e Wetenschappelijke onderzoekingen hebben aangetoond, dat van 7 van de 10 menschen het gebit door tandsteen is aangetast. Van 7 van de 10 menschen draagt het gebit een wit masker: uiterlijk is het volmaakt, maar de achterzijde verbergt een gevaarlijke laag tandsteen. Zulk een gebit wordt vroeg of laat verwoest door het losraken van de tanden, die ten slotte uitvallen. Daarom moet U alles doen om tandsteen te voorkomen. Gebruik daarvoor Solidox-tandpasta, dat Siil/oricino/eaat bevat. De tandheelkundige wetenschap heeft Sulforicinoleaat erkend als een heilzaam, volkomen veilig middel, dat tandsteen voorkomt en verwijdert. Volg van nu af aan de ideale tandverzorgings-methode: Poets Uw tanden tweemaal per dag met Solidox en ga minstens om het halfjaar naar den tandarts. SO 44-0141 VERVOLG VAN BLZ. 29 wel waarheid, dat iets te mooi kon zijn, oin te gebeuren. Eén troost had ze: 't was geen kuur van Han geweest. Hij was niét op een bordesje gaan staan in een pose van meneer-de-baron, omdat hijhoe moest ze 't zeggenomdat haar gezelschap hem niet aanstond. Hij wou alleen niet geduwd en gedrongen wor den. Hij liet zich niet strikken. Als hij nu in 's hemelsnaam maar niet dacht, dat zij mee hpd gedaan aan 'tkomplotje! Vader wou iets van Boo ding; hij wou iets van hem weten dat was gebleken uit de cognacjes en de portflip. En hij had 't er uit gekregen. Die geschiedenis van dat stuk grond waarschijnlijk,en die stadsuitbreiding.,., de grond van dien boer Dinges. Maar één ding moest Adri erkennen: hij had haar niet. in zijn gareel gespannen. Hij had niets gezegd of gedaan, om haar aan Han te koppelen. En als Han zich verbeeldde, dat zij het spelletje mee had gespeeld, zou ze 't hem wel eens gauw anders aan zijn verstand brengen! Ze keek weer naar de ramen aan den overkant. De ruiten hadden de blikke- ring verloren, en stonden nu zwart tegenover haar. Het stemde haar treu rig. Er was een stuk zon en licht uit haar leven weggetrokken. Maar wat hielp 't, te huilen over gemorste melk? Die kreeg je nooit meer in je kannetje. Ze ging maar slapen. En morgen hard viool spelen. ploete ren op die lioempapa-suite. Toen ze in bed lag, huilde ze echter tóch. Wat kon het leven mooi zijn. en wat maakten de menschen het arm en grauw met hun gewriemel! NEGENDE HOOFDSTUK Lantema passeerde in zijn wagen de brug over de Oude Vaart. Zijn gedachten gingen om de beurt terug naar stad. naar zijn vriend Boo ding, en vooruit, den polder in, waar Nelis van Stiel woonde. 't Was Rooding een beetje tegenge vallen, dat hij maar crediet had gekre gen tot hoogstens een ton. Daar kon hij wel mee voort, maar te langzaam, zei hij. Ja. wie kon er wat aan doen? De bank ging vóór; en vriend was vriend, maar ieder is zichzelf het naast,. Dus eerst de bank, dan Lantema, en dón pas Rooding. „Ik zal mijn best doen," had hij Rooding beloofd; en hij had zijn best gedaan. Maar niet tegen zijn gemoed en overtuiging in. En ook niet tegen zijn eigen belang in. Dat kon geen- mensch van hem eischen. Hij werkte óók voor zijn gezin, net zoo goed als Rooding zelf. Was Rooding een vreemde geweest, dan had hij een ton kunnen krijgen, meer niet. Nu was hij een vriend. maar zaken zijn zaken. Ging Rooding te langzaam vooruit, dan kon hij dien lap grond van Van Stiel niet koopen. Ja. een inenseli kon zoo vaak niet, wat hij wou! Maar als Rooding dien grond dan tóch niet kon koopen, waarom zou hij "tr dan niet doen? Moest hij er soms, uit vriendschap, een derde mee schoot laten gaan Wat een geluk, dat hij dien tip er uit had gekregen, met een borreltje extra! Als je de lui maar in hun zwak wist te tasten. Als Rooding 't nu wist, en doorzag, was hij kwaad. .-. Maar was 't, zijn eigen schuld niet? Hij hóéfde toch geen extra-borrels te drinken? En hij hóéfde zijn mond toch niet voor bij te praten? Rooding kwam er natuurlijk wel achter, vroeg of laat. Of hij dan kwaad wou worden, moest, hij gelf weten. Beroerd, maar niets aan te doen. Zaken gaan vóór 't, meisje. Jammer dat, 't, zoo mis was geloopen tusschen Adri en Han. Ze schenen elkaar wel te mogen, die twee. 't, Had best iets kunnen wor den. Maar nu speelde die knaap voor Onzichtbaren Manen dat kwam óók al door die loslippigheid van Roo ding. Goed. Adri kon mannen genoeg krijgen. Ze dwarrelden om haar heen als vliegen om de lamp. Een dochter, waar je mee voor den dag kon komen. Lantema dacht met een hart vol bevredigde ijdelheid aan zijn carrière, aan zijn welvaart en zijn ordelijke lriiis- houding, en aan zijn knappe, geestige dochter. Nog een paar slordige stuivers extra verdienen, dan was hij, waar hij wezen wilde. Met tact kwam je er toch maar. Hooren, zien en zwijgen, en de dingen nuchter bekijken realistisch en dan je wil doorzetten, zonder dat de lui 't merkten. Dat was de weg. Hij mocht Rooding graag; en Van Stiel ookvoor zoover hij zich dieii nog herinneren kon uit diensteen stille, ernstige boerenjongen, met een goed hart. maar eigenlijk waren 't allebei uilskuikens. Want zij lieten zich, goed beschouwd, allebei die strook grond ontfutselen, waar een kapitaaltje aan te verdienen was. De eene door zich te verpraten, de andere door niet verder te kijken, dan zijn neus lang was. Zoo'n vriendschap uit je jeugd kon toch maar prachtig te pas komen! Nu plukte hij er de vruchten van. Als Van Stiel hapte ten minste. Maar hij zou 't voorzichtig aanpak ken. Zoo'n boerenhart is trouw. Wou Van Stiel met Rooding zaken doen, dan deed hij 't xnet, hém ook wel. Met tact te werk gaan. Beginnen met herin neringen opwekkenZout, Zeep en Zoda. Gedachten gaan snel, sneller dan auto's. Al die gedachten waren Lantema al door 't hoofd geschoten, toen zijn wagen nog maar een tweehonderd meter voorbij den dijk was. aan den eersten dwarsweg in den polder. Daar stond een cafeetje op den hoek, het Zwaantje. Lantema ging er een kop koffie drinken, en informeerde bij het meisje, dat, hem bediende, waar Nelis van Stiel precies woonde. 0 juist, dat blauwe dak even verderop links, met een zonnewijzer in den voortuin. Lantema liet, zijn auto staan, en ging te voet verder. Hij keek naar den zonne wijzer tusschen de dahlia's, en klopte aan de deur en het raam daar achter, maar hij kreeg geen gehoor. Toen liep hij om het huis heen, keek rond en riep. Tot er een jongeman aan kwam loopen, met zwarte aarde aan zijn roode han den. „Weet u ook, waar ik Nelis van Stiel zou kunnen vinden?" vroeg Lantema. „Een kwartier geleden was hij nog binnen," zei de knaap. „Nou weet ik 't niet. Misschien in de smederij." „Smederij?" Vervo/g op blz. 34

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 32