Qe Baron 'de kneeing van sflsfkma, kan overwonnen worrfen HELA, MANNEN... Hier is „bergbeklimmers-eten" ONZE VERVOLG ROMAN of althans in vele gevallen zooveel worden verbeterd, dat de aanvallen minder vaak en in veel lichtere mate optreden. Een probaat middel is het door vele geneesheeren aanbevolen Silphoscalin, dat ook bij hoest en keelaandoeningen niet slechts slijmoplossend werkt en de ontsteking bestrijdt, maar ook de slijmvliezen minder gevoelig voor prikkelingen en meer bestand tegen schadelijke invloeden kan maken. Vooral dit laatste is van beslissende beteekenis en daaraan dankt Silphoscalin zijn groote reputatie. Let op de naam Silphoscalin en op de groene verpakking. Verkrijgbaar in alle apotheken en drogisterijen. 80 tabletten f2.10. Geïll. brochure gratis verkrijgbaar. W. Moll, Laan van Leeuwensteijn 40. Voorburg. Kinderen in hun groei hebben flink en stevig voedsel noodig. 't Is de kunst het nu te vinden. Of eigenlijkheelemaal niet zoo'n kunst 1 B-Q is 'n kostje, dat ..staat in de maageen stevige en lekkere pap, waarop je nu eens niet zoo gauw honger krijgt 1 N.V. KONINKLIJKE PELLERIJ .MERCURIUS" voorheen GEBROEDERS LAAN WORMERVEER KORTE INHOUD VAN HET VOORAFGAANDE: Han Ronding, een jong en energiek journa list van een plaatselijk dagblad, bemerkt «lat in een leegstaande villa achter zijn huis nieuwe bewoners zijn gekomen, maar tegelijkertijd heeft hij ontdekt, dat hij een schattig en alleraardigst buurmeisje hoeft gekregen, dat Adri heet! Op denzelfden middag dat Han deze ontdekking doet, ontmoeten twee oude vrienden elkaar, die vroeger samen op school en in dienst zijn geweest; het zijn «ie heeren Rooding, een groot aannemer, en Lantema, directeur van «ie Industriebank, de respectieve vaders van Han en Adri. Han vindt het meisje erg sympathiek en maakt al spoedig kennis mot haar. De jonge Rooding wil reizend journalist worden; hij heeft hiervoor voor- !of>pig driehonderd gulden per maand noodig en bespreekt daarom zijn plannen met zijn vader. Rooding wil een complex huizen houwen, waarvoor hij een groot bouwerediet moet hebben, «lat, hij van Lantema wil zien te krijgen. Om hierin te slagen lijkt hem een nauwere verbintenis tussehen Han en Adri gewenscht. Han is over dit voorstel vah z'n vader heftig verontwaardigd en tracht, Adri in den vervolge te ontloopen. De plannen van «le beide vaders zijn nu ook Adri bekend. Rooding heeft een stuk grond op het oog, dat hij van Nelis van Stiel, een vroegeren vriend uit den diensttijd, wil kooppn. Lantema hoort Rooding op slinksche wijze uit en verneemt, dat aan het land veel geld te verdienen is hij maakt misbruik van vertrouwen en doet 't hij Van Stiel voorkomen alsof hij door Rooding gestuurd is. De grond is nu zoo goed als zeker eigendom van Lantema. Han is inmiddels op kamers gaan wonen. Zijn directie heeft hem tot reizend journalist benoemd, welk heuglijk feit hij met Adri's vriendin. Els Poorters, gaat vieren. Nu kunt u verder lezen. Hoe kom je zoo ineens aan een kegelclub?" vroeg mevrouw. „Door dokter Hellinga. Die is er zelf ook in. Hij zal ine voordragen, ik ga Maandag op zicht, en dan moet ik in 't gangetje afwachten, of ze me misschien deballoteeren. Maar dat zal wel in orde zijn." Het meisje kwam met het dienblad het gesprek werd gestaakt. Drie minuten later merkte Lantema op: „De spinazie is flauw." Mevrouw Lantema kreeg een kleur, en Adri gaf haar vader het zoutvaatje. „Alstublieft, vader." ,,'t Is jammer, dat je niet wat vroeger klaar was met je naaiwerk," ging Lantema voort, zijn vrouw aankijkend. „Dan had je op 't koken kunnen letten." „We konden toch niet ruiken, dat u te vroeg thuis zou komen?" riep Adri. „O, dus ik kom te vroeg thuis naar jullie zin!" schertste haar vader. „Vroeger dan anders," verbeterde Adri. „Maar over uw oogen gesproken, vader. als u niet graag in 't donker rijdt, zal ik n dan voortaan van de bank halen 's middags? Of moeder! Dan kijk ik wel, of er zout genoeg in de spinazie is." „In de stad heb ik er geen last van," antwoordde Lantema. „Dien weg van de bank naar hier kan ik wel droomen, dus daar hoeven we geen extra-maat regelen voor te nemen, 't Zou anders maar lijken, of ik invalide was." „Maar nu kom je zeker gerégeld wat vroeger thuis?" vroeg mevrouw Lante ma, zonder blijdschap. „Misschien.... Even zien, hoe zich dat ontwikkelt." „En als u nu eens onverwachts om vier uur thuiskomt, moet de tafel dan óók gedekt staan?" vroeg Adri lachend. „Hoor eens, jongedame," antwoordde Lantema, „als je nu nog meer brutali teiten zegt, ga je over de knie. Wat was je aan 't knippen?" vroeg hij aan zijn vrouw. ,Een japon," zei mevrouw Lantema dankbaar. „Ik had een aardigen lap gekocht, en toen vonden we een mooi modelletje in De Nieuwe Mode...." Adri glimlachte en keek naar haar bord. ZESTIENDE HOOFDSTUK Deels, kortelings bevorderd van stads verslaggever tot binnenland twee, nam den telefoonhoorn van zijn mond en riep de half leege redactiezaal in .Dijkbreuk! De Oosterpolder staat onder water!" Buitenland twee sprong op, en ging 't den hoofdredacteur zeggen, terwijl Deels verder luisterde en notities maakte. Gejaagd kwam de hoofdredacteur de zaal op. „Jij gauw naar de zetterij," zei hij tegen den zaaljongen. „Er moet in 't Laatste Nieuws voor de stad plaats worden gemaakt. Hoeveel?" vroeg hij aan Deels. „Zeker een regel of dertig," was 't antwoord. „Haal de nummering maar," beval de hoofdredacteur den jongen. „Meneer Deels, belt u 't fotobureau op. of nee, we moeten zelf iemand sturen. wie is er te bereiken Belt u eerst meneer Itooding die is toch thuis? Die heeft een wagen hij kan een fotograaf meenemen. ,,'t Zal te donker zijn om te fotogra feeren," zei binnenland één. „Dan kan meneer Van der Belt mis schien meegaan, om een paar krabbels te maken. Komt u me straks even zeggen, of alles in orde is?" Golven bonkten tegen den dijk horden, legioenen van golven, bijeen- gestuwd en opgejaagd door den kop- pigen noordwesterstorm. Die raasde nu al twee dagen en nachten aan één stuk door, en de barometer ging geen streepje omhoog. De golven petsten tegen den dijk en sloegen aan schuimtrouw en sterk was het bolwerk tegen geweld van wind en water, en wie op den dijk stond, zou zeggendaar is geen verwrikken of ver wegen aan Maar de menschen vreesden. „Zou de dijk het houden?" Die vraag stelden de mensehen in de huizen elkaar, met bange oogen; en zij maakte de gezichten ernstig van de heeren, die in glimmende zwarte jassen, met diep neergetrokken petten, en hun handen in hun zakken, gebogen voort liepen op de smalle hoogte tussehen laag land en hoog water. Nu en dan voegden zij zich bij groepen mannen, die aan den voet van den dijk speurden of werkten zandzakken aansjouw den en doorgaven, en opstapelden tegen verdachte plekken. Erger dan verdacht soms. Op twee plaatsen al was er een „pijp" ontdekt, en eerst twaalf, toen zesentwintig zakken waren er noodig geweest, om het doorsiepelende water te stuiten. Toen, inééns, loeide meer naar den stadskant de stoomfluit van de zuivel fabriek. Alarm! Het water zelf maakte mee alarm. Het bruiste grommend door den dijk heen, op een plek, die volkomen betrouwbaar had gelekon. 't Was een oud, ingeklon ken stuk dijk, en nog den vorigen dag was de grond aan den binnenkant kurk- B-Q is gortmout en daar door 'n gasbespaarder: want het is binnen de 10 minuten gaar! 't Wordt niet papperig (dat staat velen zoo tegen) en smaakt, met 'n klein beetje suiker, méér dan lekkerZijn voedzaam heid dankt het o.a. aan zijn hooge eiwitgehalte 1 B^'eyQmck Lookinc! B-Q in puddingen en in koekjes is „een vondst" en B-Q in ge hakt (inplaats van brood of beschuit) komt èn smaak èn hoeveel heid èn voedzaamheid ten goede 1

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 22