VALLEN EN OPSTAAN „PORSELEIN MET WE RE LD REPUTATIE 20 VOOR ELK SCHOENTJE HEOEPLAHOSCH FABRIKAAT K>(C. fytontkaC VERVOLG VAN BLZ. 1 7 In den schouwburg Bewaar onze glas-verpakkingenslechts tegen inlevering van een ledigen Tana-fiacon of -pot (compleet met sluiting) kunt U zoo'n Tana schoonheidsmiddel voor Uw schoentjes koopen. Hij stuurde hen de kamer uit, sloot die op een tafeltje naast liet hed. de gordijnen en ging toen eveneens „Past u op dat hij niet te veel eet," zachtjes de trap af. Er klonk van bene- zei de stem op het portaal bezorgd, den gemurmel van stemmen op, ge- Meneer Waggel zei dat hij er op letten volgd door het dichtdoen van de voor- zou en smeekte hem, zich niet te over- deur. Veenstra kwam behoedzaam het eten. He jongeman keek hem nijdig aan. bed uit en zag de heeren Verhaast en Het was hem nu vrijwel duidelijk, hoe Brons ernstig pratend wegwandelen, de zaken stonden, dus had hij nog maar Hij liep op zijn teenen naar de deur één wenseh: weg te komen, en trachtte vruchteloos iets op te „Ik voel me veel beter," zei hij lang- vangen van hetgeen er beneden zachtjes zaam, „ik ga maar eens naar huis." gepraat werd. Waggel sprak wel vrij „Ja, da's goed. hoor," zei de ander, luid, maar onduidelijk. Toen meende alsof hij het tegen een kind had. hij te hooren lachen. „Geeft u mijn kleeren maar," vervolg- Hij wachtte tot hij den dokter had de Veenstra, „dan ga Ik meteen." hooren vertrekken en ging toen weer „Kleeren?" zei Waggel verbaasd, „die in bed, om een toestand te bepeinzen, heb je niet gehad." waarover een waas van geheimzinnig heid was gedaald. Zoo lag hij in de halfdonkere kamer tot hij beneden geluiden van aarde- Veenstra schoot overeind en schudde met zijn vuist. „Zeg, hoor eens," begon hij dreigend. ,He kaboutertjes hebben je net zoo werk hoorde. Thee, dacht hijmaar hij gebracht als je daar ligt," hernam Wag- kreeg niemand te zien, en ook geen gel, „en ik moet zeggen, veel moois was thee. Hij hoorde, dat juffrouw Molenaar haar oom binnen riep en met welbe- 't niet." Van het portaal kwam er een reeks hagen beluisterde hij de, opgewekte snikgeluiden, de traptreden kraakten klanken van haar aangename stem. ep beneden werd er een deur diehtge- Van tijd tot tijd lachte de heer Waggel slagen. Ondanks dien voorzorgsmaat- luid en lang. He rest van den middag was saai en stil. Oom en nicht schenen in den tuin te zitten tot etens tijd, en in de avond uren doorgeurden rookwolken uit de pijp van meneer Waggel het huis. Om tien uur hoorde hij voetstappen de trap op komen en met halfgesloten oogen zag liij meneer Wag gel de slaapkamer binnentreden. ,,'t Wordt tijd (lat, de stakker wat water krijgt," zei hij tegeri zijn nicht, die buiten bleef. „Als hij ten minste al bij is," klonk het antwoord. „Zeg, koor een»,'" begon hij dreigend. regel waren de kreten van een meisje, dat zich geen raad wist. duidelijk hoorbaar. Veenstra sprong zijn bed uit. „Geef me mijn kleeren!" riep hij woedend. Waggel deinsde terug. „Ik zal ze gaan halen," zei hij snel. Hij liep de trap af en de jongeman wachtte, op den rand van het bed gezeten. Er gingen tien minu ten voorbij. Toen hoorde hij Waggel terugkomen, gevolgd door zijn nicht. Hij choot weer onder de dekens. „Hij ijlt nog steeds," hoorde hij Wag gel zeggen, met een stem vol zalvend Dirk Veenstra had honger en dorst, medelijden. „Nu zeurt hij om zijn klee- hij deed langzaam zijn oogen open en renstraks wordt het natuurlijk weer keek meneer Waggel wezenloos aan. wat anders. Afijn, we moesten hfem zijn „Maar ben ik?" vroeg liij zwakjes, zin maar geven, zei de dokter." „Hotel de Houten Lepel," antwoord de meneer Waggel zonder aarzelen. Veenstra knarsetandde. „Hoe kom ik hier?" zei hij eindelijk. „De kaboutertjes hebben je ge bracht," antwoordde Waggel. „Arme stumper," zuchtte juffrouw Molenaar, met een snikje in haar stem. „Moet je eens kijken hoe zijn gezicht opklaart als hij ze ziet," zei haar oom. Hij dnwde de deur open, en nadat hij den patiënt met een welwillend lachje De jongeman wreef zijn oogen uit had bekeken, toonde hij hem triomfan- en knipperde tegen het licht. „Heb ik telijk een boord en een das en gooide een ongeluk gehad?" vroeg hij langzaam, die op het bed. Toen verdween hij liaas- „Ik geloof dat ik gevallen ben." tig, deed de deur dicht en draaide den „Een van de kabouters heeft je sleutel om. laten schieten," zei meneer Waggel „Als je nog kip wilt of zoo," riep hij prompt, „maar je kwam gelukkig op door de deur heen, „dan bel je maar." je hoofd terecht." Diep ontzet hoorde de gevangene hen Er kwam van het portaal een geluid, de trap weer afgaan. Hij dronk een glas dat veel op gegiechel leek en den patiënt water, ging bij het raam zitten en pro- smartelijk in de ooren klonk. Meneer beerde te denken. Hij stond op en Waggel keek hem met een knorrig trachtte de deur open te krijgen, maar gezicht aan. „Moet de stakker niet met veel inspanning bereikte hij alleen, wat hebben?" vroeg hij. „Ik denk niet dat hij de losse kruk in zijn hand hield, dat hij kan eten, maar 't is te probee- Vermoeid ging hij eindelijk weer in bed, ren-" en bij tusschenpoozen dommelde hij tot Hij liep naar de deur en er volgde den morgen, een gesprek, op zachten toon gevoerd Meneer Waggel kwam hem na het over de spijzen, die den zieke het best ontbijt opnieuw bezoeken, maar stak zouden bekomen. De stem van juffrouw behoedzaam alleen zijn hoofd om den Molenaar maakte eindelijk uit, dat. niets hoek van de deur, terwijl juffrouw zoo goed was als koude kip en een glas Molenaar buiten bleef om zoo noodig te Port- helpen. In deze omstandigheden vond „Goed, dan krijgt hij koude kip roet Veenstra het raadzaam, op iedere be- port," zei Waggel. Hij kwam terug met zorgde vraag slechts met een knorrig een lampetkan en een glas en zette stilzwijgen te antwoorden, tot de oude Trouwens, overal en altijd zal het U een genoegen zijn te weten, dat Uw schoentjes weer frisch en fraai uitzien. Juist in dezen tijd, nu ieder een zuinig dient te zijn op het schoeisel, moet U daarvoor „Tana" gebruiken. Dit edele en zuivere product beschermt Uw schoentjes en geeft ze telkens weer den ouden luister terug- „Tana" is momenteel niet onbeperkt verkrijgbaar. Lees daarom nauwkeurig de gebruiksaanwijzingen, waar door de Tanaverzorging zoo oordeelkundig en zuinig mo gelijk geschieden zal.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 20