-12-
Hoe de naam was van De Ruyter
Met een i of met een ij»
Of hij wel De Ruyter heette
of alleen maar Adriaan,
Straks schrijft iemand in de kranten»
Och, die knul heeft nooit bestaan.
Als De Ruyter nu nog leefde
En hij stapte op zijn vloot.
En hij schoot met zijn kanonnen
Hier of daar een vijand doodj
Kwam er gauw een dikke diender
En die zei» "Kom mee, meneer!
Naar het Hof van Arbitrage,
Vechten doet de mensch niet meer".
Vlissingen liep op 'n hoopje
Toen hij in den toren zat,
Ieder die Michiel zag klimmen
Juichte» "Wat *n held wordt dat!"
Als De Ruyter nu nog leefde
En hij deed dezelfde mop,
Voedde men hem niet voor zeeheld
Maar voor glazenwasscher op.
Uit» "Vierde Bundel Liedj
Wijzen en Prentjes"
door J.H. Speenhoff
Dichter-Zanger-
Tekenaar»
september 190?.