-7-
munten tegelijk te wegen, men ging over op de
kwetsbare, zeer fraai gevormde bankiersgewich
ten. In Europa werden in 1250 in Italië de eerste
gouden munten gemaakt. Andere landen volgden en
ook weldra volgde de fabrikage van muntgewichten.
Het oudste muntgewicht uit de Nederlanden was
bestemd voor de gouden Leeuw van Loaewijk van
Male, graaf van Vlaanderen (1346-1384). Oor
spronkelijk waren de muntgewichten rond van vorm,
zoals de gouden munten die er mee gewogen moesten
worden, ook rond waren. Na 1500 kwam de vierkante
munt steeds meer in gebruik. In plaats van brons
begon men toen ook het gemakkelijker te verwerken
messing toe te passen. Op de voorzijde van elke
muntgewicht werd het meest kenmerkende deel van
de beeldenaar van de munt afgebeeld. Op de keer
zijde diende na 1500 volgens voorschrift het
wapen van de stad, de datum van fabrikage en de
initialen van de maker te worden aangegeven.
Tegelijk met de invoering van het metrieke/deci
male stelsel in het begin van de 19e eeuw, ver
vielen de muntgewichten in de Nederlanden en
gebruikte men normale precissiegewichten. De
laatst gedateerde muntgewichten zijn uit de
Oostenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie van het
begin van deze eeuw.
Het oudst bekende doosje, waarin naast een balansje
ook muntgewichten werden opgeborgen, dateert uit
de eerste helft van de 14e eeuw. Het is onlangs
te Brugge gevonden en bevat muntgewichten voor
Franse munten. In 1625 begon Amsterdam op grote
schaal eigen muntgewichtdozen te maken, spoedig
gevolgd door de landen Frankrijk en Engeland.
Doordat het aantal munten dat in omloop was steeds
toenam en men bezwaarlijk een honderdtal munt
gewichten mee op reis kon nemen, begon men in de