8
VRIENDEN VAN HET MUSEUM EN DE JEUGD
Ir, de afgelopen jaren is hst ledenaantal van onze ver-,
fersiging fora gegroeid? zo langzamerhand kan man stel
len dat zij een echts "volwassen" vereniging is gewor
den! Dat is sen prettigs constatering en geeft tevens
san dat da-activiteiten die er 'in de afgelopen tijd door
da vereniging zijn georganiseerd, duidelijk aanslaan en
zich in oen gröta belangstelling kunnen verheugen,
v
Mede gelet op deze ontwikkeling worden er sinds enige
tijd binnen hst bestuur voorzichtige gesprekken gevoerd
over wenselijkheid en mogelijkheden om de aktiviteiten
van de vereniging voor de toekomst ook meer nadrukke
lijk op ,rde jeugd" te gaan afstemmen.
Zonder nu meteen san het oprichten van een jeugdafde
ling van de Vrienden te denken lijkt het toch zinvol in
bredere kring eens tg gaan nadenken over de vraag op
welks wijze men "de jeugd" nauwer bij het museale gebeu
ren, bij het Stedelijk Museum Vlissingen in het bijzonder,
kan betrekken, Zoals dst voor veel gevallen geldt is
ook hier da vraag gauw gesteld doch hst antwoord ia
aindar makkelijk te geven?
Mei kan men naar mijn mening in zijn algemeenheid reeds
stellen dat men "da jeugd" vaak pas écht kan- interes
seren indien men erin slaagt om hen bij te organiseren
aktiviteiten zoveel mogelijk zelf laat doen. Als 'fc
even kan moet hst iets van en voor henzelf zip; leuke
doch tevens leerzame aktiviteiten dis hen direct aan
spreken; geen eenmalige zaken doch aktiviteiten met
een zekere continuïteit.
0» zich öp dit gebied zo braed mogelijk te oriëntsren
is er door het bestuur contact gelegd met een aantal
instellingen waarvan verwacht mag worden dst zij in dit
opzicht een aantal interessante suggesties kunnen aan
dragen, Zo ksn ar binnenkort van da "Nederlandse fede-
rctie Verenigingen Vrienden van Musea" een brochure
■orden verwacht waarin informatie is opgenomen over
jeugdafdelingen van Musea-vrienden. De Nederlandse
Jeugdbond voor Geschiedenis heeft inmiddels laten we-