Van Koopmanshaven tot Bellamypark 14 R.J.W. DEN BROEDER Zo'n 680 jaar geleden is het be gonnen. Tussen 1304 en 1308 liet Willem van Henegouwen op de zuid punt van Walcheren een haven aan leggen. Deze maakte deel uit van een plan dat voorzag in de stra tegische versterking van het ei land Walcheren. Begonnen werd met de verbetering van de wallen van Middelburg, daarna de havens bij Vlissingen Midden - Zeeland was destijds een betwist gebied waarop zowel de graven van Holland als van Vlaan deren rechten deden gelden. Na de moord op Eloris V in 1296 had deze Willem van Henegouwen in 1304 de graafschappen Holland en Zeeland door erfopvolging in han den gekregen. Plaatselijk waren de omstandigheden ook gunstig. De ambachtsheer, Wisse Gillisz. van Coudekerke, had al eerder in 1292 zijn bezittingen wegens schulden aan de graaf moeten verkopen, zo dat het grondgebied van Vlissin gen in handen was van de lands heer zelf. Deze kon nu ongestoord zijn plannen uitvoeren. De haven bestond uit een langge rekte aanleg in noord-zuid rich ting, verdeeld in drie stukken: de Voorhaven, de Koopmanshaven en de Achterhaven. De Voorhaven was bedoeld voor oorlogsschepen. Dit was ook het belangrijkste doel van het hele plan: een uitvalshaven tegen Vlaanderen. Echter een oor logshaven zonder meer was veel te kwetsbaarBovendien moesten sche pen en haven bemand en onderhou den worden. Het meest geëigende middel om ergens een steunpunt te hebben in die tijd was het stich ten van een stad.Dit gebeurde dan ook. In 1315 verleende graaf Wil lem van Henegouwen de haven met bijbehorende nederzetting stads rechten. Een stad moest echter ook levensvatbaar zijn en inwoners krijgen. Daarvoor was dan ook de Koopmanshaven aangelegd voor han delsschepen en de Achterhaven voor platbodems en vissersschepen. Deze Achterhaventhans Spuistraat, bestond meer uit een kanaal met op het eind een komvormigie haven. Er waren geen kades maar een be schoeiing met een talud, zodat de vissersschepen op het droge ge trokken konden worden. In de tweede plaats werden aan het stadsrecht gunstige vesti gingsvoorwaarden verbonden om de bevolking van het omliggende land en met name van het dorp Vlissin gen ertoe te bewegen zich in de nieuwe stad te vestigen. De havens hadden een puur planma tige aanleg, vrijwel in een rechte lijn, dwars door de bestaande struktuur van landwegen en water gangen. De havens waren duidelijk 'bedachtj misschien zelfs ontwor pen als gevolg van een beslissing van de grafelijke overheid. Dit betekende dat bestaande verbin dingen in oost-west richting wer den doorsneden. Er werd wel reke ning mee gehouden.Ter plaatse van de landweg, die we nu nog in het stratenpatroon terugvinden in de as Breestraat - Kerkstraat, kwam de scheiding tussen Koopmanshaven en Achterhaven met een brugver- binding. In later eeuwen werd de ze brug de IJzeren Brug genoemd.

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1986 | | pagina 15