C.GEENSE 26 Ede week kwam de conservator een dag op het museum om de lopende zaken te bespreken en verder stond ik er dus alleen voor.Het museum was toen ook nog 7 dagen per week ge opend,dus ook op zaterdag en zon dagmiddag. Begin 70er jaren werd de werkweek korter en werd deze situatie niet langer houdbaar. De gemeente gaf toen toestemming voor aanstelling van een tweede kracht 20 jaar geleden zag het museum er wel anders uit. Alleen de begane grond en de eerste verdieping was in gebruik als expositieruimte. Op de tweede verdieping bevonden zich de woonruimtes voor de con ciërge. De keuken was in de kel der, in de ruimte die nu als don kere kamer wordt gebruikt. Elke dag na het werk, als het museum gesloten was,gingen we eerst eten en afwassen in de keuken, daarna ging het hele gezin in processie de vier trappen op naar de woon kamer. Pas later, in 1969 is het huurpand "Den Spiegel" door de gemeente aangekocht. Dat werd toen de dienstwoning. In 1975 is dat huis gerestaureerd; toen kwam ook de tegelzaal bij het museum. In die 20 jaar heb ik natuurlijk heel wat meegemaakt. Het museum is gegroeid, maar ik heb hier al tijd met erg veel plezier gewerkt. Ik vond het altijd leuk om onder de mensen te zijn, dat was al zo in mijn bioscoop-tijd. Ik zal dat wel missen. Op de vraag wat dhr. Geense na zijn pensionering gaat doen ant woordt hij: "Voorlopig heb ik nog genoeg werk in mijn nieuwe huis. Rond mei gaan we verhuizen, maar eerst moet er nog een heleboel in orde gemaakt worden. Daarna hoop ik toch nog wat bij het museum be trokken te blijven. Ik heb al afge sproken met de conservator alle televisieuitzendingen over Vlis- singen op de video te blijven op nemen en de video-collectie te verzorgen. Verder zal ik best nog wel eens een klusje doen, zoals assisteren bij een opening of een lezing van de Vrienden, het ver zorgen van de geluidsinstallatie, enz Tenslotte de vraag of dhr. Geense zich nog aardige voorvallen of uitspraken herinnert"Toen de 65+ pas net ingevoerd was, maakte je het mee dat mensen eerst stonden op hun reduktiekaartje van 50 ct maar na afloop 2 gulden fooi ga ven omdat ze reduktie hadden ge kregen en omdat het museum zo aardig was. Of een meneer die vroeg: "Als ik nou een kaartje koop, mag ik er dan gratis in?". We hopen dat dhr. en mevr. Geense nog lang van het pensioen mogen genieten,en dat we hem nog regel matig in het museum mogen aan treffen. Dhr. Geense en het muse um, ze horen gewoon bij elkaar. Er bestaan vergevorderde plannen voor de vestiging van een koet sen- en rijtuigmuseum in Ede. Het museum moet onderdak bieden aan een omvangrijke internationale collectie antieke rijtuigen en koetsen, waaronder brandweerwa gens arresleden, begrafenisrij tuigen, sjezen en stoommachines

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1986 | | pagina 27