11
TRAM
die al van 19.00 uur in Middel
burg stond, besloot tegen 24.00
uur toch te proberen naar huis te
komen. Aan de Vlissingse kant
stonden echter sinds 18.30 uur al
zoveel reizigers voor Middelburg
te blauwbekken, dat men omstreeks
dezelfde tijd ook daar besloot
alsnog een rit in te leggen. De
extra tram bestond uit drie motor
wagens, met daartussen telkens
twee aanhangrijtuigengeen halve
maatregelen dus. De bestuurders
van beide trams zagen elkaar nog
wel tijdig,maar het remmen door de
bestuurder van de tram uit Vlis-
singen hielp maar bitter weinig
daar de bestuurders van de achter
hem gekoppelde motorwagens, die
van niets wisten,met volle kracht
bleven doordrukken.Gezien de aard
en de ernst van de materiële
schade,liep het ongeval overigens
goed af: twee zwaar- en enkele
lichtgewonden
De tram is altijd een goed zaakje
geweest, maar ze heeft moeilijke
tijden gekend,niet alleen geduren
de twee oorlogen, maar vooral in
het begin van de twintiger jaren
toen iedereen die dat wilde met
een autobus kon gaan rijden. Eén
lichtpuntje was er: behalve de
tram beconcurreerden de nieuwbak
ken ondernemers ook elkaar op le
ven en dood. Er waren er zes,mis
schien zelfs zeven, waarvan de
meesten één Fordbusje a 16 tot 18
personen bezaten, een enkeling
bracht het tot drie bussen. Als
'de' bus kapot was, werd er niet
gereden, maar het publiek merkte
daar niet veel van, behalve als
men een retourtje had, want dom
genoeg accepteerden de onderne
mers eikaars retours niet.
Op de Markt, aan het Bellamypark
en de Leeuwentrap stonden altijd
wel één of meer bussen klaar. Ze
hielden elkaar gloeiend in de ga
ten,als bus B merkte dat bus A op
punt van vertrek stond, reed deze
bus B voor bus A uit en zette hij
bij de eerstvolgende halte de bus
zó dwars op de toen nog smalle
weg, dat bus A er niet door kon
en de bestuurder knarsetandend
moest wachten tot zijn belager al
le passagiers had ingeladen,om bij
de volgende halte het spel te
herhalen. De tarieven waren er
ondertussen ook naar: bus en tram
waren op 10 cent enkel en 20 cent
retour gekomen (sommige bussen
zelfs op 15 cent retour) en dat
was voor die tijd spotgoedkoop.
Maar de tram had haar elektrische
centrale en de bussen hadden
niets achter zich en zo liet de
één na de ander na enkele jaren
van strijd het leven.
A propos, ziet u de tram aan de
Leeuwentrap of op de Markt klaar
staan? Conducteur en bestuurder
broederlijk naast elkaar wachten
op de minuut van vertrek of rijdt
u mee de stadslus rond, van het
Betje Wolffplein door de Wal-
straat, over de Nieuwendijk, Bel
lamypark, Spui- en Coosje Busken-
straat terug naar Betje Wolff
plein en station. Weet u nog de
bagagewagen die eens per uur mee
reed in de tram en waarin je ook
als reizigers op een van de klap-
banken mocht zitten? Maar wie er
moesten zitten, dat waren de vis
vrouwen uit Erremujedie de in
houd van hun twee zware vismanden
aan de man moesten brengen,- van
wege de 'luch' als u me begrijpt!
Literatuur
H.G. Hesselink; De trams op Wal
cheren; Zeelandreeks nr. 8; Den
Boer Middelburg, 1981.