9 reeds juist zo opgevoed als de Heer Titsingh dit wenscht: hun leven is zacht noch week,hun voe ding sober,hun slaap kort en dik wijls gestoord; door des zomers te zwemmen worden zij van ongedierte bevrijd,bij het uithalen van vogel nesten oefenen zij zich in het mastklimmenen doen dit beter dan menig matroos. Indien de buurt en wijkmeesters, en de regenten van de gods- en weeshuizen gere geld den Baljuw van het Water- recht lijsten toezenden van naar hun oordeel geschikte jongens voor den Zeedienst kunnen de Ma kelaars van de Christelijke Zee vaart daaruit bij voorkomende be hoefte een keuze doen, en zal het zelfde resultaat verkregen worden als door Titsingh's kostbaar E- tablissement" Waarschijnlijk zouden de plannen van Titsingh's nimmer ten uitvoer gebracht zijn, indien niet juist deze tijd een bijzondere gebeurte nis plaatsvondnamelijk de Slag op de Doggersbank. Een Nederlandse vloot onder leiding van Zoutman, durfde de strijd aan met een ster kere Engelse vloot onder leiding van Parker. Na de nederlagen en vernederingen die de Nederlandse vloot daarvoor had moeten onder gaan, bracht deze overwinning een zo grote geestdrift, dat de "of- ficieele papieren het vuur van den geestdrift niet hebben kunnen verstikken", zoals dit is weerge geven in het Nederlands Jaarboek van 1781. Men kwam tot de stichting van het Vaderlandsch Eonds; aanvankelijk ter ondersteuning van de weduwen en wezen van de in de slag omge komen zeevarenden. De bijdragen waren zodanig dat een gedeelte van het fonds bestemd werd tot aankweking van jonge zeelieden en zo werd op 24 oktober 1785 te Am sterdam opgericht de 'Kweekschool voor de Zeevaart'. Hoezeer ook bij deze opleiding aandacht geschon ken werd aan de grote mannen uit het verleden bleek bij de over dracht aan het schoolbestuur in 1819 van een marmeren borstbeeld van De Ruyter.De voorzitter heeft toen onder meer gezegd: "Gij, Kwe kelingen vestig altoos uwe oogen op den grooten De Ruyter; tracht dien zoveel als in uw vermogen is als zeeman, maar niet minder als burger in de maatschappij, na te volgen". Toch zal het dan nog bij na een eeuw duren voor een zee vaartkundig instituut naar De Ruyter zal worden vernoemd. Wel volgen in betrekkelijk snel tempo in meerdere kustplaatsen andere zeevaartscholen. Veel van deze scholen zoals in Veendam en Har- lingen, op Texel, Vlieland en Schiermonnikoog zijn inmiddels weer verdwenen, maar een aantal scholen die nu nog bestaan zijn in de daarop volgende jaren tot stand gekomen. In 1832 de zeevaartschool te Rot terdam waaraan als lector verbon den werd,Petrus van Galen met een salaris van 20,- per maand,vrije kleding en inwoning en waarbij hij bij 24 lessen per week drie maal per week mocht passagieren. In 1875 wordt in Terschelling een zeevaartschool geopend. Reeds ja ren gaf hier een onderwijzer les sen in theoretische en practische zeevaartkundemaar de school kwam pas tot stand nadat rijk en pro vincie subsidie wilden verstrek ken. Het is overigens merkwaardig hoe vaak onderwijzers betrokken waren bij de oprichting van een zeevaartschool. De 'meesterstond

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1987 | | pagina 10