15
De VOC-schepen die op weg naar
Rotterdam en Delfshaven, of naar
Texel werden geloodsd, moesten
een vaste toeslag van 50?^ op het
basistarief betalen. De Compagnie
had in Zeeland eigen loodsen. De
reeds genoemde Frans Naerebout
was vanaf 1784 bij de Kamer Zee
land van de VOC werkzaam. Zijn be
noeming had hij stellig mede te
danken aan de bekwame reddingsak-
tie in 1779. Uit een ander avon
tuur van hem blijkt dat ook uit
gaande Oostindiëvaarders een
loods meekregen. Het kan echter
zijn dat alleen bij slecht weer
schepen ook naar buiten werden
geloodst.
Het weer was altijd onberekenbaar,
en niet voor niets is de uitdruk
king 'ijs en weder dienende' ont
staan. In Middelburg was J.A. van
de Perre, uit het bekende regen
tengeslacht dat ook bewindhebbers
van de VOC leverde, buitengewoon
geïnteresseerd in de mogelijkheden
het weer te voorspellen. Zijn eer
ste waarnemingen deed hij op 8 au
gustus 1779, dus kort na de ramp
met de Woestduyn. Enige jaren la
ter had hij op het dak van zijn
huis een waarnemingsstation inge
richt.Maar ook zonder hulp van de
wetenschap wisten de schippers al
uit eigen ervaring dat ze met een
aantal vaste gegevens dienden re
kening te houden.
Voor de vorst de schepen het uit
varen uit de havens belettemoes
ten ze op open zee zijn. Dat ging
soms maar op het nippertje, zoals
blijkt uit het voorval met de Zui-
derberg.Deze Oostindiëvaarder was
eind december 1788 van de rede
van Rammekens vertrokken, met aan
boord 400 koppen, nogal wat koop
waar, en 500.000 gulden aan ge
munt geld. Waarschijnlijk ten ge
volge van het vele drijf ijs ver
speelde kapitein Dekker van der
Mieden zijn roer, en hulpeloos
dreef het schip in de Deurloo.Het
was Frans Naerebout die, gewaar
schuwd door de bulderende nood
signalen van het scheepsgeschut,
een poging deed het schip te red
den. Een sloep werd op een slee
gezet, en met acht maten vertrok
hij naar Westkapelle.Dwars door de
schotsen en het kruiend ijs wist
Naerebout het schip te bereiken.
Het leek hem onmogelijk het schip
door de dreigende ijsmassa's terug
te voeren. Daarom stelde hij voor
het loodsgaljootdat slechts een
mijl van de Zuiderberg af lag, aan
het schip vast te maken, en zo te
proberen Plymouth te bereiken.Dat
lukte aanvankelijk, maar toen bra
ken de touwen en de schepen ver
loren elkaar uit het oog. Door
listig gebruik van de ankers wist