DE HERVORMDE ST.JACOBSKERK
14
I. HINTZEN
Wanneer in de Kerstnacht de St.Jacobskerk
volstroomt met kerkgangers voor de traditi
onele Kerstnachtdienst, is dit bouwwerk al
zo'n 650 jaar middelpunt van kerkelijke
aktiviteiten te Vlissingen. Deze oudste kerk
van de stad ontstaat in de jaren l 308-
l 328 als een bescheiden vroeg-gothisch
heiligdom. De kerk wordt in 1490 ver
noemd naar de schutspatroon Jocobus de
Meerdere en pas rond 1500 uitgebreid tot
de huidige vorm. Oorspronkelijk natuurlijk
gebouwd voor de katholieke eredienst,
wordt de kerk in 1572, nadat Vlissingen
zich heeft bevrijd van de Spaanse over
heersing, een protestants bedehuis waar
op 23 september van dat jaar de eerste
protestantse kerkdienst plaatsvindt.
NATUUR- EN OORLOGSGEWELD
De kerk heeft meedere keren te lijden van
natuur- en oorlogsgeweld:
- als in 1628 het water door de stadspoort
naar binnen stroomt, stijgt het water in de
kerk tot 80 cm;
- in 1809 beschiet de Engelse vloot
Vlissingen, teneinde Walcheren te bevrij
den van de Franse betzetter. De schade
aan de kerk is aanzienlijk, maar kan her
steld worden;
- op l 2 maart l906 spoelt het zeewater
opnieuw de kerk binnen;
- in de warme zomer van 191 l ontstaat er
door een onvoorzichtige loodgieter, die
aan het werk is, een felle brand: kerk, to
ren en interieur worden geheel vernield.
Slechts kale muren staan nog overeind als
het vuur gedoofd is;
- de kerk wordt herbouwd en op 6 mei
1915 opnieuw in gebruik genomen;
- de schade na de Tweede Wereldoorlog
blijkt, als door een wonder, minder omvang
rijk;
- tijdens de watersnood van februari 1953
loopt de kerk opnieuw onder water. Men
meet nu l .90 m. Zo op het oog de hoog
ste waterstand, maar hier dient vermeld te
worden, dat de kerkvloer bij de restauratie
na de brand zo'n 75 cm werd verlaagd.
N.B. In tegenstelling tot veel andere kerken
op Walcheren is de St.Jacobskerk overi
gens op een der laagste punten van de
stad gebouwd;
- meae ten gevolge van de watersnood
ramp van 1953 volgt er in 1953-54 een
nieuwe restauratie.
HET INTERIEUR
De ongelukkige brand van 191 1 heeft het
oorspronkelijke interieur voor een groot
deel vernietigd, maar de volgende be
zienswaardigheden kan men er nog aan
treffen:
- een wandornament ter ere van Jan
Lambrechtsen Coole (1565-1619), burge
meester van Vlissingen en een der eerste
bewindvoerders van de Oost-Indische
Compagnie;
- de zwartstenen wandnaald ter nagedach
tenis aan de Engelse jongeman Daniël
Octavius Barwell, opvarende van het op
25 juli 1779 vergane schip "Woestduin",
die door de gebroeders Naerebout niet
meer gered kon worden;
- twee doopbogen, respectievelijk ge
smeed in 1655 en 1656;
- een koperen lezenaar uit de voormalige
doopruimte, daterend uit 1652;
- de koperen kansellezenaar, met als motief
een pelikaan, haar jongen voedend met
haar eigen bloed;
- acht rouwborden van de redersfamilie
Lampsins, die in 1955 na een restauratie