BURGEMEESTER IN EEN MODERNE SAMENLEVING 9 IMP VAN DER POEF In het najaar van 1985 stelde de gemeente raad van Vlissingen een profiel van de nieuw te benoemen burgemeester vast. Kenmerken van de profiel: managerstalent bezitten en als ambassadeur voor de stad kunnen fungeren. Dat zijn al andere eisen en taken dan die de wetgeving in Nederland aan de burgemeester stelt, want de wetgeving (Politiewet, Rampenwet, Brandweerwet, Vreemdelingenwet enzovoort] geeft de burgemeester vooral taken die verband houden met de openbare orde en met ernstige bedreigingen voor de burgers. Een en ander is wel een aanwijzing dat de in houd van de funktie van burgemeester zich wij zigt, zeker als de voorkeuren van de gemeente raad worden gevolgd. De funktie van burgemeester wordt in onze tijd van twee kanten uit inhoud gegeven. Enerzijds vanuit de wetgeving maar dat is een geleidelijk proces waarin ook de laatste jaren geen grote veranderingen zijn opgetreden, terwijl ik die ook niet verwacht voor de komende tijd. Nee, de veranderingen komen vooral vanuit de loka le politiek en de plaatselijke verlangens met be trekking tot de funktie van de burgemeester. Deze veranderingsbehoefte heeft te maken met een aantal veranderingen, op aanverwante ter reinen, waarvan ik wil noemen: a. het feit dat tegenwoordig burgemeesters worden gerecruteerd uit allerlei maatschappelij ke geledingen en uit alle beroepen en funkties, met als logische component de wil meer vrou wen te benoemen; b. het veel complexer worden van de proble men waar ook gemeenten voor staan en de noodzakelijke veranderingen die dit moet mee brengen voor de gemeentelijke organisatie, het personeelsbeleid, het management, en de coördinatie van het te voeren beleid; c. het professioneler worden van het lokaal besturen; (deels) vrijgestelde wethouders met betere opleidingen en maatschappelijke erva ring doen het politiek-bestuurlijke werk, en ge ven opdracht aan steeds betere opgeleide ambtenaren; d. de burgers stellen hogere eisen aan het lo kaal besturen, verlangen een betere dienstverle ning en meer inspraak in het te voeren beleid; e. over de belangen van de gemeente wordt steeds meer beslist op rijks- en provinciaal ni veau, dus daar moet invloed worden uitgeoe fend; f. de meeste gemeenten voeren beleid op grond van afspraken tussen een aantal frakties, waarbij de voorzitter-burgemeester het tot taak mag rekenen toe te zien op uitvoering van deze afspraken. Wat moet de lokale poitiek, tegen de achter grond van deze veranderingen, met een door de Kroon benoemde burgemeester, die dus niet politiek aanspreekbaar is en dus niet naar huis kan worden gestuurd door de gemeenteraad als er een onoverbrugbaar conflict is? Burgemeesters in (middel-)grote gemeenten krij gen dan ook meestal geen portefeuilles, buiten de taken die de wet bij de burgemeester heeft gelegd. Zij worden echter veelal belast met ta ken op het terrein van management, belangen behartiging en representatie buiten de gemeen te. De inhoudelijke portefeuilles zijn dan voorbehouden aan de wethouders, ook als er een burgemeester is die bepaalde zaken zeker beter zou kunnen dan de wethouder. Had hij of zij maar niet benoemd, doch gekozen moe ten zijn! Deze verschuiving in de taak van de burge meester in deze tijd betekent ook een andere tijdsbesteding. Immers de behartiging van de belangen buiten de gemeente brengt de burge meester regelmatig op Haagse departementen en de provinciale burelen. Bovendien moet de burgemeester in zijn huidige taak meer doen aan representatie en wat tegenwoordig "city- marketing" heet: De gemeente zo goed moge lijk over net voetlicht brengen bij die instanties

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1990 | | pagina 8