11 Foto onder: trappenhuis met trapleuning, gedeelte lijkorigineel I7eeeuws. Foto 1980 huizen. Later in de 17e eeuw zijn nog enkele bij- en aanbouwen aan het complex toege voegd. De funktie gasthuis kreeg het complex overi gens pas in 1 823. Hef oorspronkelijke Arm-, gast- en weeshuis aan de Koestraat, met nog restanten van het laat-middeleeuwse Pesthuis, was in 1 809 zwaar beschadigd. De heren re genten moesten toen naar iets anders omzien. Men dacht aanvankelijk aan verbouw en uit breiding aan de Koestraat, maar dat werd te duur. Door een gelukkige omstandigheid kwam in diezelfde tijd het Groot Heerenlogement aan de Hellebardierstraat leeg te staan en zou openbaar worden verkocht. Een dag voor de verkoop zou plaatsvinden kon de gemeente Vlissingen het gebouw verwerven en overdra gen aan het gasthuisbestuur. Sinds 1823 is het gebouw dus onafgebroken gemeente-eigen- dom geweest en daarmee het oudste gemeen telijke gebouw. Uit de archieven, de wijkregisters en eigen- doms-transportregisters komt de figuur van de heer Thijssen naar voren, een van de burge meesters van Vlissingen. Hij had rond het mid den van de 17e eeuw de verschillende terrei nen en huisjes aan de Hellebardierstraat en Breewaterstraat in eigendom verworven en waarschijnlijk is hij het geweest die alles sa menvoegde tot een gebouwencomplex. Hij is waarschijnlijk ook de opdrachtgever geweest voor de prachtige 17e eeuwse gang en het bijbehorende poortje aan de Hellebardier straat. Hierop prijkt het jaartal 1661 Al werkend in het gebouw werd pas duidelijk hoe dit ingewikkelde complex zo ontstaan is, welke delen het oudste zijn en welke later zijn toegevoegd. Ondanks dat zijn er nog raad sels, die misschien pas tijdens de restauratie opgelost worden. Bijv. het kleine, eveneens van fraai 17e eeuws snijwerk voorziene, poort je in een portaal op de le verdieping. Het poortje staat tegen een blinde muur en geeft geen toegang tot een andere ruimte. Is het ver plaatst? Mogelijk, een stuk van de kroonlijst was afgezaagd. Of is het een kastruimte ge weest. De restauratie brengt misschien helder heid. De eeuwen lieten hun sporen na in het ge bouw. Uit elke eeuw vind je bouwfragmenten terug. Kruisvensters uit de 17e eeuw, Empire-ra- men uit de 19e; een marmeren vloer uit de tijd van het Groot Heerenlogement, een granieten vloer uit de tijd dat het gemeentelijk ziekenhuis was in de jaren voor de oorlog. Het is er nog. Natuurlijk wekte het feit dat ik de voorgevel stond op te meten de nieuwsgierigheid van buurtbewoners. De overbuurvrouw, nog in Walcherse klederdracht, kwam uit de voordeur om haar stofdoek uit te kloppen en vroeg: "Of da-ze noe es wat an 't ouwe Gastuus hinge doe". Een vriendelijke dame vertelde vaak langs de Hellebardierstraat te komen en het toen wel zonde te vinden dat zo'n mooi ge bouw er zo verwaarloosd uitzag. Ze had veel belangstelling voor het oude interieur. Ik gunde haar graag een blik in de 17e eeuwse gang. Later zijn we elkaar nog vaak tegen gekomen en maken al weer jaren deel uit van ae redak- tie van dit tijdschrift: het was mevr. Van der Sluis.

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1990 | | pagina 10