MUSEUMBIBLIOTHEEK
16
INGEZONDEN
HERINNERINGEN BIJ DE FOTO'S
UIT DEN SPIEGEL
MUSEUMBIBLIOTHEEK
BOEKBESPREKING
ELLEN OOMENS-PALS
klassieke/instrumentale en vokale lessen. Dat
de muziekschool duidelijk in een behoefte voor
ziet moge blijken uit het nog steeds groeiend
aantal aanmeldingen. Tevens is het verheugend
dat de gemeente d.m.v. subsidies de muziek
school in staaf stelt op de behoefte van de be
volking in te spelen.
Twee herinneringen, ze zijn met elkaar verwe
ven. Kort na elkaar kwam ik ze tegen. Eerst het
overlijdensbericht van dokter Jens. Even later in
Den Spiegel foto's van het huis, of liever de
puinhopen van het huis, waar ik woonde met
mijn moeder en broertjes op 24 april 1942.
Bij het zien van de Duitse soldaten op de foto
kwam haarscherp terug, de voorzichtige teder
heid van de soldaat die mij uit het puin groef.
De boom die voor op de foto staat, was hef
laatste wat ik zag voordat alles zwart werd. Ik
had voor het raam gestaan op die mooie lente
dag. De eerste, na een strenge winter.
Ik weet nog, ik was l l jaar, dat ik mij ver
baasde over het feit dat de zon nog steeds
scheen. Het was alsof ik dagenlang onder hef
puin had gelegen. M'n moeder was intussen
ook bevrijd, maar m'n jongste broertje werd
pas om 19.00 uur gevonden. Helaas, bij de
buren die beneden ons woonden waren 2 do
den te betreuren. Tonnie, een meisje van 17 en
Ria, een schattige peuter van 2 jaar. Met de
moeder van de meisjes, mevrouw Corthals,
heb ik nog geregeld kontakt. En ofschoon het
toch al zo lang geleden is komt er in ons ge
sprek altijd wel een moment waarin we praten
over die éne dag. Die éne dag die voor mij
zoveel dramatischer had kunnen aflopen wan
neer dokter Jens niet had ingegrepen.
Er waren die dag ca 40 doden, het aantal ge
wonden was zo groot dat de vloer van de hal
in Bethesda vol lag met zware en minder
zwaar gewonden. Voor de dokters en ver
pleegsters bijna niet te overzien. Daar lag ik
tussen, een meisje wiens vader in Engeland
was, haar moeder gewond en dodelijk onge
rust over haar andere kinderen. Dokter Staver-
man konstateerde geen leven meer in mijn
rechterarm en vond amputatie onvermijdelijk.
Niemand protesteerde, ik ook niet, ik wist im
mers niet wat amputatie was. Bovendien had ik
zoveel open grote en kleine wonden, waarvan
ik dacht dat die het ergste waren. Maar dokter
Jens, toen assistent van dokter Staverman, pro
testeerde! Hij heeft heeft voor me gevochten en
gewonnen. Hij heeft, dat heb ik later verno
men, heel veel moeite moeten doen om dokter
Staverman te overtuigen. Mijn arm is eerst pro
visorisch gezet. Daarna, ik weet het tijdpad
niet meer precies, zijn we met het hele zieken
huis verhuisd naar het Molenwater in Middel
burg, letterlijk, in verhuiswagens. Na 4 weken
heeft dokter Jens me naar Vlissingen gebracht,
waar in Bethesda inmiddels de Duitsers huis
den. De Duitse chef-arts gaf toestemming om
de O.K. te gebruiken. Daar is mijn arm op
nieuw gebroken en gezet.
Na 6 weken mocht het gips eraf en een arm,
dun als een houtje met wel honderd littekentjes,
maar recht en sterk, was het resultaat, dankzij
dokter Jens. Ik ben hem mijn leven lang dank
verschuldigd. Bedankt dokter Jens!
Riet Kooijman-van Peenen, Vlissingen.
Ukiyo-e: 250 jaar Japanse prentkunst.
Roni Neuer, Herbert Libertson en
Susugu Yoshida.
Alphen aan den Rijn: Atrium, 1991