9 KAAPVAART OF PIRATERIJ NIEUWE LEDEN was, moest zeker lukken met dit ten oorlog uit geruste schip dat tevens met vele kanonnen was voorzien. Met veel succes beoefende hij daarna de 'vrije nering', zoals de kaapvaart ook werd genoemd en maakte in korte tijd 15 schepen buit. Toen echter de oorlog met Frankrijk beëindigd was, was het ook voor Behem moeilijk zijn oude bezigheden aan boord van zijn heudeschip weer op te pakken en op meer vreedzame wijze zijn brood te verdie nen. Hij trad daarom in dienst van de Oostfriezen die in die dagen oorlog voerden tegen die van Bremen. Omdat hij zich echter niet hield aan de inhoud van de commissie- brief, deze in ruime mate overtrad, verviel hij tot zeeroverij en werd als zodanig veroor deeld. Frans werd als afschrikwekkend voor beeld naar het schavot gebracht en samen met zijn bemanningsleden onthoofd. Hierna volgt nog een anekdotisch maar histo risch vertelsel over een groot oorlogsschip dat met 40 man aan boord zich verdacht ophield in het Veersche Gat. Een en ander speelde zich af op 10 juli 1542. De kapitein van dit schip wenste niet te verklaren waar hij van daan kwam en waarvoor hij bestemd was. Door Maximiliaan van Bourgondië, heer van Beveren en admiraal van Veere, werd bevolen om vier visserschuiten te bewapenen, deze met soldaten te bemannen en het schip in Veere binnen te brengen. Nadat men hierin geslaagd was, bleek dat het schip uit Denemarken afkomstig was, maar een ietwat merkwaardige scheepsnaam had, namelijk 'de Celdersche Jonckvrouwe'Niet alleen merkwaardig doch ook verdacht. De kapitein kon geen commissiebrief tonen en het werd duidelijk dat men hier te maken had, zo leg den althans de Veerenaren het uit, met een zeerover of misschien ook wel een verspieder. Zonder zich over een juridische bewijsvoering te bekommeren werd besloten de bemanning ter dood te veroordelen. En zoals we ook in hef voorgaande verhaal za gen werd 'de Geldersche Jonckvrouwe' gereed gemaakt voor de kaapvaart en Jan in de Gans van Arnemuiden als kapitein op dit schip aan gesteld. De bedoeling was als Zeeuws kaper schip te worden ingezet om de 'Francoysen te krencken' en zo veel als mogelijk was buit te vergaren. Eenmaal op zee sloten zich nog drie andere Zeeuwse kapers bij de Veerenaren aan. Deze kapers waren uitgerust door Jeronymus Sandelijn uit Middelburg en omdat op de Hollanase kust weinig te verdienen was, werd besloten naar de Golf van Biscaye te varen om daar hun geluk te beproeven. Na enige tijd hier met succes gekaapt te heb ben werd de reis naar Zeeland weer aange vangen. De buit bestond uit een tiental vaartui gen geladen met wijn en daar waar dit hun uitkwam hadden ze ook strooptochten aan de wal ondernomen. Tijdens deze plundertochten was men zelfs zover gegaan dat de klokken uit de kerktorens werden geroofd. Ook deze wer den meegenomen naar Zeeland en in Veere verkocht. Mochten waar dan ook in de Zeeuw- Het afgelopen kwartaal hebben zich 13 personen aangemeld als nieuw lid van de vereniging. Het zijn: Mevr. N. Warten-Stoepke,Vlissingen Dhr. J. v.d. Woestijne,Kamperland Dhr. P. Miltenburg,Vlissingen Drs. S.C.W. Jesmiatka,Zoutelande Dhr. C. Stuart,Vlissingen Mevr. P. Both,Vlissingen Dhr. A.A. Coone,Vlissingen Dhr. F.J.C. Luca,Vlissingen Fam. J. van Peenen,Vlissingen Mevr. Th. Verkley-Streng,Vlissingen Dhr. G. Lamers,Vlissingen Mevr. G. Becker,Utrecht Dhr. J. van Weert,Vlissingen Alle leden namens het bestuur van harte wel kom bij de vereniging.

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1991 | | pagina 8