17 INGEZONDEN BRIEVEN HERPLAATSING BOUW- FRAGMENTEN GASTHUIS HERSTEL OF VERDER VERVAL 2e. De kast is niet origineel in dit concept, en werd waarschijnlijk verbouwd in de I9e eeuw (of later) met gebruikmaking van sommige oude delen. En zo zie je maar weer eens, het is niet altijd wat het lijkt, en met het aanschaffen van een stuk antiek waar men verliefd op wordt, blijft het uitkijken. In Den Spiegel zijn al verschillende artikelen verschenen over de restauratie van het 'Oude Gasthuis'. Allemaal, zo te zien, in lovende toonzetting. Zelf was ik - eventjes maar - in de beginfase betrokken bij het een en ander. We meenden, op dat moment, dat er in Vlissingen een andere wind was gaan waaien, en dat men nu een daadwerkelijk herstel na ging stre ven. We hebben ons geweldig vergist. Er is niets veranderd: de stad gaat harder achteruit dan ooit. De aanleiding van dit stukje is o.a. het artikel wat museumdirecteur Weber schreef in de laatste Spiegel van oktober 1991onder de titel; "Bouwfragmenten Gasthuis herplaatst", waarin o.a. de zinsnede voorkomt: "er werd een inventarisatie gemaakt welke onderdelen, die zich inmiddels in het museum bevonden, te ruggeplaatst konden worden", en "Men werd toen echter geconfronteerd met het ontbreken van allerlei bouwonderdelen" (Den Spiegel ok tober 1991blz. 16). Aanvankelijk was het de bedoeling dat alle beeldbepalende elementen, die er eind 1989 nog waren, of waarvan bekend was dat ze er ooit gezeten hadden, volledig hersteld zouden worden, met uitzondering van de verdwenen 17e eeuwse schouw en de vier Romeinse kop pen in de gang. Dit was mogelijk, omdat, hoe wel er veel verdwenen was, toch nog ruim vol doende over was om het een en ander te re construeren. Daarnaast waren er de zeer nauwkeurige tekeningen die Ronald den Broeder indertijd had gemaakt. Bij hef bestek werden de door Den Broeder gemaakte teke ningen bijgeleverd. Dit herstel hield o.a. het volgende in: - volledige restauratie van het trappenhuis; - volledige restauratie van de twee portaalbo- gen in de gang, inclusief een replica van het verdwenen bovenlicht in de achterste portaal- boog; - reconstructie van een verdwenen betimmering in de archivariskamer, en nog andere zaken, vrijwel alles naar tekeningen van Ronald den Broeder. Kosten: ca 70.000 gulden, nog geen 2 1/2 van de totale kosten. Ik ben van dit alles goed op de hoogte, omdat ik zelf inder tijd daarvoor offerte heb moeten indienen. De hoofdaannemer bleek uiteindelijk geen be langstelling meer voor mijn offerte te hebben, waaruit ik concludeerde dat een of andere concurrent er met de opdracht vandoor was gegaan. Wel teleurstellend zoiets, maar zulke dingen kunnen in het leven gebeuren, en je moet tenslotte wat kunnen hebben. Ik bleek me achteraf aardig vergist te hebben. Van de oor spronkelijke opdracht is bijna niets overgeble ven. Wat dan wel? In plaats van een herstel van wat er was heeft men gekozen voor het 'toe voegen' van allerlei losse elementen uit de mu seumcollectie. Zoals museumdirecteur Weber ook schreef in de vorige Spiegel werd men ge confronteerd met het ontbreken van allerlei bouwonderdelen. Nu moet men niet zielig gaan doen in Vlissingen, want als je een ge- Bouw jarenlang laat verrotten, kun je niets an ders verwachten dan dat er wel eens wat ge stolen wordt, of gewoon wegrot. Dit alles is niets anders dan het gevolg van het jarenlange gemeentelijke wanbeleid. Dat men in het museum talloze bouwfragmen ten bezit uit gesloopte panden is een volstrekt andere zaak. We kunnen dit het resultaat noe men van het gemeentelijk wanbeleid. Maar re-

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1992 | | pagina 16