INGEZONDEN 18 sulfaat en gevolg leken elkaar bii het Oude Gasthuis wel aardig te kunnen dekken. Het puin wat overblijft van het een vult wel het gat van het ander. Een kind kan echter begrijpen dat een legpuzzel, waarvan de stukjes niet bij elkaar horen, nooit tot een gaaf geheel, of een eenheid kan worden uitgelegd. Daar is men dan ook bij het Oude Gasthuis totaal niet in geslaagd. Ik ben op de open dag, op ló november, we zen kijken en mij is de schrik om het hart gesla gen. Weg zijn de twee schitterende 17e eeuw- se portaalbogen in de gang. Eind 1989 stonden de resten er nog van. In plaats daar van twee, uit losse elementen samengestelde 'portaalbogen', met l 8e of I9e eeuwse pilas ters. Gedrochten zijn het vergeleken bij de ori ginele I7e eeuwse. Weg is ook de originele trap met die heerlijk uitgesleten treden, die nog goed gerestaureerd had kunnen worden. In plaats daarvan een foeilelijke nieuwe eikenhou ten trap met ingelijmde rubber strips op de tre den. Gevolg: trap en ornamentiek lijken totaal niet bij elkaar te horen. Weg zijn ook de perkamentig wit gekalkte wanden, in plaats daarvan: veel te grof helder wit stucwerk wat meer aan granol doet denken dan aan 17e eeuws stucwerk. Verder: een armzalig gipsplafond in de gang, waarvan de naden gewoon in het zicht zijn gebleven. De in grijze portland cement gelegde marmeren te gelvloer, eveneens in de gang, die daardoor een smoezelige indruk maakt, en zo kunnen we doorgaan. Zoals het zo vaak in de 'restauratie' gaat, zo moet het ook hier zijn gegaan. De meest beeldbepalende elementen vormen uiteindelijk de sluitposten, waar je niet veel aandacht aan hoeft te besteden, of die je eigenlijk wel gro tendeels kunt schrappen als je in de knijp komt. Ik had op de open dag op een gegeven mo ment de neiging om hard weg te lopen, en dat heb ik ook maar gedaan. Wat ik zag was niet lelijk, nee, het was afschuwelijk. Tot besluit nog een kleine anecdote. Vroeger zaten er in de gang op de dubbele deuren ei kenhouten slaglijsten. Dit zijn lijsten die de naad tussen twee openslaande deuren afdich ten; tochtnaden worden ze ook wel genoemd. Er was in die lijsten een slingerende lijn van bladeren en druivetrossen uitgesneden. Er had den in totaal zeven van dergelijke slaglijsten op diverse plaatsen in het gebouw gezeten, meest in de gang. Zes waren er verdwenen, maar er was er nog een over, die kon dienen als voorbeeld voor de nieuw te maken andere zes. Die ene was nog vrijwel gaaf, er was alleen een klein stukje uit, van zo'n 3 bij 4 cm wat erin gezet moest worden. Hooguit een half uur werk. Kosten nog geen 25 gulden. Tijdens de open dag heb ik overal in het ge bouw gekeken waar nu toch die zes slaglijsten zaten; ik ben ze nergens tegengekomen. Wel die ene, die nog over was. Hij zat direct links op de deur naast de hoofdingang, keurig van verf ontdaan, waardoor het een zinloos toege voegd element leek, waarvan je de functie niet goed kon begrijpen. Dat ene stukje, wat eruit was, had men verzuimd er weer in te zetten. Het nieuwe gemeentearchief? Het zal bouw kundig allemaal best goed zijn, en er zal in het gebouw ongetwijfeld goed gewerkt kunnen worden. Daar kan men in Vlissingen dan trots op zijn, maar ik zelf denk dan toch met wee moed terug aan de tijd dat het nog allemaal gaaf was, echt en oorspronkelijk. De tijd van het 'Oude Gasthuis'. A.C. Rijken Singelstraat 4 4331 SV Middelburg Als redaktie van Den Spiegel spreken we geen oordeel uit over de restauratie van het Gasthuis. Wel zijn we van mening dat het blad open mag staan voor discussie over kunst, cultuur-behoud en -bezit, waaronder ook de restauratie van gebouwen gerekend mag worden, uiteraard voor zover net relatie blijft houden met Vlissingen en de museale en ar chief-doelstellingen van de vereniging. De re daktie vond dan ook dat deze visie op het cul tuurbezit van de stad in Den Spiegel afgedrukt mocht worden. De redaktie.

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1992 | | pagina 17