BADPLAATS IN WORDING
8
paard opnieuw de sporen en leverde zijn pas
sagier op het droge strand af.
De geboorte van het badleven in Nederland
vond plaats aan het begin van de 19e eeuw.
Initiatiefnemer was onze landgenoot Jacob
Pronk. In 1818 opende hij in zijn woonplaats
Scheveningen een primitief badhuis, waar men
kon kuren in met zeewater gevulde badkuipen.
Het benodigde geneeskrachtige water werd
met behulp van een waterkar direkt uit zee
aangevoerd. Enthousiaste kuurgasten konden
bij Pronk ook voor een buitenbad terecht.
Hiertoe waren enkele badkoetsen beschikbaar.
Ook het Zeeuwse eiland Walcheren werd in
de vorige eeuw omspoeld door heilzaam zee
water. Enkele vooruitziende lieden, die hun licht
hadden opgestoken in Scheveningen, richtten
in 1 837 op het hoge duin in Domburg een
eenvoudig badhuis op, waar al spoedig kuur-
ders en rust minnende toeristen op afkwamen.
Van een badinrichting in Vlissingen was toen
nog in het geheel geen sprake. De Zeeuwse
primeur ging dus aan Vlissingen voorbij. Dit wil
echter niet zeggen dat het industrie- en haven
stadje aan de Scheldemond als badplaats on
geschikt was. Integendeel, in de vorm van
strand en zee waren belangrijke ingrediënten
voor toeristische ontwikkeling aanwezig.
OPKOMST VAN BADPLAATS
VLISSINGEN
Voor een badplaats is echter meer nodig dan
louter strand en zee. In aanvulling op deze na
tuurlijke gegevenheden is een geheel van ba
sisvoorzieningen - een 'toeristische infrastruktuur'
- onontbeerlijk. Enerzijds maakt deze infrastruk
tuur de plaats voor toeristen bereikbaar. Ander
zijds biedt zij allerlei mogelijkheden voor ver
blijf en recreatie, zoals hotels, restaurants,
culturele manifestaties en badfaciiiteiten. Daar
de noodzakelijke toeristische infrastruktuur pas
aan het eind van de 19e eeuw gecreëerd
werd, ontwikkelde Vlissingen zich relatief laat
tot badplaats.
In 1 873 kreeg Vlissingen aansluiting bij het in
ternationale spoorwegnet, en twee jaar later
startte de Stoomvaart Maatschappij Zeeland
vanuit deze stad de geregelde veerdienst op
Engeland. Hoewel hiermee aan de voorwaar
de van goede bereikbaarheid was voldaan,
was de toeristische infrastruktuur lang niet af.
Wat nog ontbrak waren geschikte Faciliteiten
op het gebied van recreatie en horeca, die
De badkoets met trot
se bader, Badstrant
Vlissingen. Klassiek
beeld van de voor
oorlogse badkultuur.
Foto collectie ge
meentearchief
Vlissingen.