10
VIERING 10-JARIG
BESTAAN VRIENDEN
kelgarerij, badcabines en badkoetsjes], het
strandstoelenterrein, het volksbod en het bad
paviljoen Juliana.
Langzaam maar zeker trok het strandtoerisme
in Vlissingen aan. In de jaren twintig en dertig
bereikte het zijn vooroorlogse hoogtepunt. In
1925 namen al zo'n 40.000 baders een duik
in zee. Vlissingen werd in de genoemde perio
de een middelgrote badplaats, met een keur
van toeristische voorzieningen. Toeristen had
den voor hun verblijf de keus uit verschillende
hotels. Op de boulevards konden zij flaneren
en een terrasje pikken. Vanaf 1936 was het
zelfs mogelijk zich met droge voeten in zee te
begeven via de Vlissingse wandelpier. Voor cul-
tuurgenieters was er ook veel te beleven. Een
door de VW uitgezette stadswandeling voerde
langs de bezienswaardigheden in de oude
stadskern. Voorts waren er concerten te belui
steren. En tenslotte kon men in badpaviljoen
Juliana, waar de Kunstkring van het Zuiden ex
poseerde, moderne kunst bekijken. Maar het
belangrijkste was wel dat badgasten datgene
konden doen waarvoor zij in eerste instantie
gekomen waren: baden in zee.
Aan dit baden in zee zullen, ter afsluiting van
bovenstaand overzicht, nog enige woorden
worden gewijd. Het badstrand van Vlissingen
was in de jaren twintig en dertig van deze
eeuw door een touw in twee helften verdeeld.
De ene helft was het officiële 'badstrand', de
andere helft het zogenoemde 'armenstrand'.
Op het badstrand, dat het domein was van de
mondaine elite, kon tegen betaling van veertig
cent gebruik worden gemaakt van allerlei facili
teiten. Daartoe behoorde onder meer badkoets
jes. Het armenstrand was met name het
domein van de arme Vlissingse arbeidersbevol
king. Omdat elke voorziening ontbrak, was
een bezoek aan het armenstrand gratis. Maar
zodra men er wilde baden moest er een dub
beltje worden betaald bij de afdeling volks
bod.
Uit het bovenstaande blijkt dat er voor de oor
log in twee opzichten een duidelijke afstand
bestond tussen toeristen en de Vlissingse bevol
king. Ten eerste stond de 'badplaats', zoals
eerder vermeld, min of meer los van het stede
lijke centrum. Ten tweede was er ook binnen
de badplaats zelf sprake van een belemmering
voor interaktie. Het touw dat over het strand
was gespannen, was namelijk niet zomaar een
grens tussen twee stukken strand; het was een
scheidslijn tussen twee sociaal-economische ca
tegorieën: aan de ene zijde de arme Vlissin-
gers, aan de andere zijde de rijke toeristen.
De Vereniging Vrienden van het Stedelijk
Museum Vlissingen bestaat dit jaar, 1992, tien
jaar. Dit lustrum zal op een waardige en feestelij
ke wijze gevierd worden in het Stedelijk Museum
Vlissingen, Bellamypark l 9, op zaterdag 2 mei
1992 van 14.00 to 17.00 uur.
In het Stedelijk Museum zal dan een tentoonstel
ling ingericht zijn met als thema 'tien jaar aan
winsten' en ook verder in het museum zijn ver
schillende zalen na een opknapbeurt en her
inrichting weer voor het publiek opengesteld.
Reden te over om de leden van de Vereniging
Vrienden van het Stedelijk Museum Vlissingen en
ook andere belangstellenden uit te nodigen het
museum te bezoeken en in een feestelijke sfeer,
onder het genot van een drankje en een hapje,
de museumcollectie te bewonderen en wellicht te
herontdekken.
Na een woord van welkom door de voorzitter
van de Vereniging, mevrouw W. van Nassau-
Damen, zal ter gelegenheid van het tienjarig be
staan van de Vrienden aan het Stedelijk Museum
een geschenk worden aangeboden. Dit ge
schenk zal door de wethouder van o.a. cultuur,
mevrouw L. Poppe-de Looff, namens de gemeen
te in ontvangst worden genomen.
Omdat met name het maritieme gedeelte van het
museum weer voor het publiek toegankelijk is
werd het Scheldeloodsenkoor uitgenodigd en be
reid gevonden een muzikale bijdrage aan deze
middag te leveren. Het koor verzorgt twee maal
een optreden van een kwartier, om 15.00 en
om 16.00 uur, waarin tal van succesnummers
zullen worden vertolkt. Het Stedelijk Museum is
ter gelegenheid van deze jubileumaktiviteit op
zaterdagmiddag 2 mei 1992 gratis toegankelijk