negentien andere notarissen de eed afgelegd (Vlissingsche Courant van 24 oktober 1842). Is De Jonge Borgerhoff 38 jaar notaris geweest, ook Uyttenhooven bleef dit lang: 32 jaar, tot 1864. In de Middelburgsche Courant van 10 april 1864 wordt vermeld: "De Koning, Koning Willem III, benoemde direct (op 27 april) de opvolger: J.A. de Wolff, die reeds candidaat-notaris te Vlissingen was." Hij bleef notaris tot 1891 (dus 27 jaar), waar na P. de Maret Tak hem opvolgde (van 1892- 1905). Diens opvolger is nog bekend bij de oudere Vlissingers: J.C. Paap (1905-1946), evenals de opvolgers daarna: J.L. Verhagen (1946-1960) en H. Beyer (1960-1982). 4 '♦«-v. Portret van J. C. Paap (notaris te Vlissingen van 1905-1946) Het tweehonderd-jarig bestaan houdt dus in dat er een onafgebroken opeenvolging is in notarissen die het werk voortzetten. Op dit kantoor is geen sprake van opvolging van vaders door zoons, zoals bijvoorbeeld in Goes. Naast het huidige kantoor Sauer (sinds april 1995: Sauer Oonk) is er vanaf de Franse tijd tot 1930 een tweede kantoor geweest. Achtereenvolgende notarissen op dit kantoor zijn geweest: A. van der Swalme (1803-1848), Th. van Uije Pietersen (1849- 1891) W. Swinnas Bosch (1891-1907), J.C. Vethacke (1908-1920) en J.L. van der Harst (1920-1930). De bekendste daarvan is Van Uije Pietersen geweest, die regelmatig kritiek gaf als de minister voorstelde de notariswet te wijzi gen, maar ook een Handleiding tot beoefe ning van het notarisambt schreef. Van 1930 tot 1990 heeft Vlissingen een nota riële standplaats gekend. De welvaart en de werkzaamheden namen zodanig toe dat - overeenkomstig landelijk beleid- het Minis terie van Justie een tweede standplaats opende, waarop mr G. Herwig werd be noemd. In 1995 is inmiddels een derde standplaats tot standgekomen, waardoor mr M.H.A.M. Oonk tot notaris kon worden benoemd. Deze was al werkzaam als kandidaat-notaris op het kantoor van mr A.J. Sauer, zodat zij nu samen één kantoor vormen onder de naam SAUER OONK NOTARISSEN. Hoewel vallende buiten Vlissingen is het aardig te melden in welke plaatsen in 1842 verder in het gebied van de rechtbank Middelburg (toen Walcheren en Zeeuws Vlaanderen) notarissen waren: Koudekerke, IJzendijke, Schoondijke, Mid delburg (5x), Aardenburg, Groede, Veere, Zuidzande, Domburg, Oostburg, Biervliet en Sluis. Van deze standplaatsen bestaan nog die in IJzendijke, Middelburg (3x), Groede en Oostburg, terwijl de standplaats Koude kerke in 1949 is overgebracht naar Middelburg. In bovenstaande is vermeld dat een notaris de akten van zijn voorganger overneemt. Toch is het niet zo dat op het kantoor van mr Sauer nu akten sinds 1794 liggen. Iedere nieuw benoemde notaris moet alle akten, ouder dan dertig jaar na zijn benoeming, deponeren bij de Rechtbank. Daar worden ze bewaard tot ze circa 75 jaar oud zijn, en vervolgens draagt de bewaarder van de akten deze over aan het Rijksarchief. Het Rijksarchief geeft de akten weer door aan de gemeentelijke archieven als die een voldoende bewaarcapaciteit hebben. Voor Vlissingen betekent dit dat de notariële akten van 1794 tot 1915 in het Gemeente archief liggen, de oudere akten, vóór 1794, in 1809 verbrand zijn, de akten van 1915 tot Den Spiegel, juli 1995 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1995 | | pagina 5