Q
87 gulden en een "Daar de boer de tand
getrokken wordt" voor 29 gulden. Een werk
van Paulus Potter, genaamd "Daar de prins
van Oranje op jacht gaat" voor 670 gulden.
"Samson en Delila" van Van Dijck voor 390
gulden.
Ook in Domburg zijn nog vele sporen der
rijkdom van Ewout te vinden. De heerlijk
heid Domburg was lange tijd in handen
geweest van de familie Cau. Maar op 13
november 1732 kocht Ewout van Dishoeck,
raad der stad Middelburg en bewindhebber
der Oost-Indische Compagnie, dit bezit voor
19.000 gulden. Naast de titel Heer van
Domburg, ontving Ewout de heerlijke rech
ten, zoals een pachtsom op de molen, een
pacht op de duinen voor de vangst van konij
nen en de dienst van 25 landzaten met
wagens en paarden gedurende twee dagen
in het jaar en het strandrecht en jachtrecht.
Ten tijde van Ewout werden de eerste Ne-
hellenia-vondsten gedaan aan het Dom-
burgse strand. Men noemde de vindplaats
"Verdronken woningen der oude Gothen".
Ook was er toen reeds enige "overlast" van
toeristen. Niet alleen, dat verscheidene
families hier woonden, maar zegt een kro
niekschrijver: "Die van Middelburch ende
andere omgheleghen plaetsen zijn ghewoon
veel van de schoonste zomerdaghen hier
door te brenghen, maeckende door het ghe-
duerich uijt ende omrijden de plaetse seer
levendich". De plaatselijke bevolking protes
teerde zelfs tegen de veelvuldige verstoring
der zondagsrust en liet de stadspoorten op
zondag gedurende een groot deel van de dag
door middel van een ketting afsluiten.
Ewout van Dishoeck
In het jaar 1738 kocht Ewout het toen in
vervallen staat geraakte 'Schuttershof' en
liet het tot herberg verbouwen. Ook toen
reeds was de "broodnijd" geen onbekend ver
schijnsel. Die van Aagtekerke hadden een
herberg ingericht, genaamd "De Broodkist"
en voorzien van een uithangbord met kroon.
Enige Domburgers haalden met geweld het
bord van het dak en richtten daarbij bescha
digingen aan. Een jarenlange rechtzaak
volgde tussen de magistraten van Domburg
en die van Veere. Te Domburg hoorden
Ewout van Dishoeck, zijn neef Thomas,
Ewout van Dishoeck, Heer van Domburg
(1678-1744) GA Vlissingen)
magistraat en wijnhandelaar te Vlissingen,
en Ewouts zoon Anthonie Pieter tot de
betrokkenen. Het zeer lezenswaardige dos
sier van deze rechtzaak ligt in het gemeen
tearchief van Veere ter inzage.
Ook het huis "Bij het Schuitvlot", genaamd
Klein Vlaanderen, kwam in 1733 in het
bezit der van Dishoecks. In 1738 werd het
ingericht tot een sitsdrukkerijwelke echter
weinig succesvol was. 'Duinenburg', eertijds
kerkelijk bezit, kwam eveneens in het bezit
van Ewout, die er een nieuwe en fraai
beplante buitenplaats van liet maken.
De stadsarchivaris H.M.Kesteloo, die zeer
veel over het Domburgs verleden publiceer
de, verzucht in zijn beschrijving over het
'Schuttershof': "Deze Eeuwout van Dis
hoeck, die in 1732 heer van Domburg gewor
den was, keerde in 1725 terug uit Indië,
alwaar hij vanwege de Oost-Indische Com
pagnie directeur geweest was en als zooda
nig, volgens de overlevering een fabelachti
ge rijkdom had verzameld. De man deed dan
ook, of hij geen raad met zijn geld wist. Te
Middelburg bewoonde hij het prachtige huis
in de Noordstraat, waar Jhr. van Reiger
sberg Versluijs later eene andere woning
stichtte. Te Vlissingen deed hij voor zijn
eenigen zoon het huis bouwen, dat nu voor
Den Spiegel, juni 1997
13