Het Koopmansvoetpad G.J.C. Uijt de haag Op de kaart van Jacob van Deventer van circa 1550, waarop Vlissingen uit die tijd staat afgebeeld, zien we dat het Koopmansvoetpad al bestaat. Vanaf de, ook in het jaar 1540 gebouwde Middelburgse poort, verlaat dit pad de stad in noordelijke richting, dus op beide Souburgen aan. De Oude Vlissingseweg naar Middelburg is op genoemde kaart echter nog in aanleg, vanuit de Rammekenspoort. Deze zal dus iets later gereed gekomen zijn. Langs het Koopmansvoetpad of Gapadlje) zijn westelijk hiervan een viertal en ooste lijk een tweetal gebouwen, vermoedelijk boerderijen afgebeeld. Bovendien kruist een flinke brede watergang het pad. Het Koopmansvoetpad is na de aanleg in het jaar 1540 de kortste verbindingsweg tussen twee belangrijke steden op Walcheren: Middelburg en Vlissingen. In die tijd waren er, en zéker niet uitsluitend op Walcheren, meerdere gelijksoortige paden te vinden. In dit artikel zal ik me echter beperken tot het belangrijkste (voet)pad, waarvan nu nog een behoorlijk gedeelte aanwezig is binnen de huidige gemeente Vlissingen. Pad aanleg We schrijven het jaar 1540 wanneer: - het Steenhuis of kasteel van Oud- Vlissingen reeds verdwenen is; de stenen uit de voetweg hierlangs lopend worden gebruikt nabij de pasgebouwde Middel burgse poort voor het in aanleg zijnde Koopmansvoetpad. Verzet hiertegen kwam van de heer van Phalais, Karei van Bour- gondië, omdat: a. de oude voetweg, die langs het voormalig kasteel liep, op zijn ambachtsheerlijkheid gelegen was. b. die voetweg reeds was opgebroken en de nieuwe nog niet voltooid. Dit zou onge mak veroorzaken in de aankomende win ter voor kooplui en landlieden. Het nieuwe pad zou een rechtlijnig en bestraat voetpad worden, beghinnende van der poorte der stede van Vlissingen ende streckende tot ende voorbij 't eapelleken van den Abeele. Vanouds liep het pad achter de buitenplaats Het Park om, dwars door West- Souburg. Benaming Wanneer men de blik laat dwalen over ver schillende oudere kaarten binnen dit gebied, valt onmiddellijk de verscheidenheid aan benamingen op met een gelijksoortige strek king. Voorbeelden hiervan zijn: Steene gaanpad, Steenen Voetpad of Steenen foet padt. Rond 1750 komen we op de welbeken de kaart van de gebroeders Hattinga de meest welluidende benaming tegen van: Steene gaanpat van Vlissingen op Middelburg. Uit deze kaart blijkt tevens, dat dit pad toen inderdaad de kortste ver binding vormde tussen beide steden. Een vrijwel kaarsrecht pad liep vanaf de nog in die tijd bestaande Middelburgse poort. Deze bevond zich ongeveer naast de huidige Edah-winkel te Vlissingen tot aan een afbui gend pad nabij de Grote Abeele. In enkele oude rekeningen met betrekking tot repara ties aan het Koopmansvoetpad in de jaren 1631 en 1643 werd er zelfs gesproken over den voetwech geseijt 't schoenlappersstraet- je en ook ...leggen van de klinkers op het voetpad van Vlissingen, beginnende omtrent de sprink bij het schoenlappers- straetje tot bij de bleekerij. (Een blekerij was een gemeenschappelijk bleekveld voor de plaatselijke bevolking). Ook vond ik nog de aanduiding Monsterpad en Ventweg. Vermoedelijk behoorde het genoemde bleekveld thuis onder Souburg. Met de sprink zal wel de brede sloot bedoeld zijn, waarover van ouds al een bruggetje liep vanuit Souburg naar Abeele. Dit is echter niet geheel zeker. Den Spiegel, juni 1997 15

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1997 | | pagina 17