De onfortuinlijke vlucht van een Amerikaanse B-29 J.Braat In februari van het jaar 1948, het jaar waarin de Koude Oorlog zich scherper begon af te tekenen, namen de Communisten in Tjecho-Slowakije de macht over. Later in dat jaar begon de Russische blokkade van Berlijn. In het Westen groeide de angst voor een Russische inval. Het is dan ook geen wonder dat men in Engeland, waar ook Amerikaanse luchtmachtonderdelen waren gelegerd, de luchtverdediging begon te testen. Een B-29 Zo'n test vond o.a. plaats van 3 tot 5 septem ber 1948. De RAF en de USAF hielden toen een gezamenlijke oefening onder de naam Dagger (Dolk), waarbij schijnaanvallen op Engelse doelen werden ondernomen. Aan deze oefening werd deelgenomen door het 20e Bomb Squadron van de 2e Bomb Group USAF, sinds 18 juli 1948 gestationeerd op de basis Lakenheath, uitgerust met B-29 bom menwerpers. Op 3 september 1948, omstreeks 10 uur, vertrok de B-29-44-62100 onder commando van luitenant Harold B.Wilson en nog tien bemanningsleden van Lakenheath voor een oefenvlucht. Toen het toestel ongeveer vier uur in de lucht was, begon een der motoren te haperen als gevolg van een defecte cilin der. Bij een vleugel ontstond brand, die men echter kon blussen. Later dreigden zowel een propeller als een vleugel af te breken, waardoor de machine onbestuurbaar zou worden. Omdat de B-29 begon te slingeren besloot de bemanning het toestel te verlaten. Telegra fist Pelzel zond een noodsignaal uit, dat door Schiphol en de Marinebasis Valkenburg werd opgevangen. Omstreeks 14.30 uur hoorden de inwoners van Vlissingen een Den Spiegel, januari 1998 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1998 | | pagina 19