Aan het begin van de straat lag een pleintje.
Zijn kennis van oude stadsplattegronden
had hem naar de juiste plaats geleid. Het
open plaatsje lag voor een donker, bakstenen
gebouw. Groter dan de huizen eromheen,
maar toch nog klein. Het was een school. Op
het pleintje bevonden zich een schommel en
een zandbak. Daar waar eens het schitte
rend gedecoreerde stadhuis van de machtige
havenplaats stond speelden nu kinderen bij
een verroeste schommel. Al die tijd had dit
buurtje bestaan, onopgemerkt als in een
winterslaap om de krachten niet te verspil
len en zo langer mee te kunnen gaan. En hij
wist van het bestaan niet af. Wel op papier,
op kaarten waar het nog het bruisende cen
trum van een grote handelsstad was. Maar
niet in het heden. Dezelfde straten, dezelfde
straatnamen zelfs, maar opnieuw bebouwd.
De gouden eeuw plotsklaps door het heden
weggevaagd. Van een architectonisch juweel
naar een verlaten schoolpleintje. Het roem
rijke verleden verdampt als sneeuw onder de
zon. Als het skelet van een zeeman dat eeu
wen in de koude donkerte van een gezonken
schip in alle rust op de zeebodem had gele
gen en spontaan tot stof verviel zodra het
wrak door archeologen boven water werd
gehaald.
Uit: 'Havenstad'
'Ik haatte mijn stad om alle vernederingen,
pesterijen en verschrikkingen die er in mijn
jeugd hebben plaatsgevonden'. Geert van
Oorschot was onder zijn pseudoniem R.J.
Peskens niet bepaald lovend over zijn
geboorteplaats. Vlissingen was ook niets.
Armoede en verval heersten in deze haven
stad in de periferie van het land. Maar het
leverde wel mooie literatuur op. Ook kapi
tein Lobatsjov zag in het literaire juweeltje
'Zwarte Netten' van de Oekraiense schrijver
Paustovski het verval van Vlissingen. En hij
had er een verklaring voor: Vlissingen was
een zeehaven en zeehavens herbergden de
meest vergankelijke steden. 'Havens verzan
den of worden verzwolgen door de zee, en er is
geen kracht die die beweging keren kan'. Hij
had gelijk. Vlissingen heeft het meege
maakt; opkomst, hoogtij en neergang. Maar
dat was Vlissingen destijds. Wat is Vlissin
gen nu?
Het Bellamypark, 1974.
Foto A. van Wyngen
Den Spiegel, juli 1998
3