Teleurgesteld, omdat hij voor de vernieling door het natuurgeweld geen schadevergoe ding krijgt, verlaat hij Rotterdam en trekt met zijn gezin naar Vlissingen. Een moeilijke periode volgt nu. Niet alleen mist Naerebout zijn archief, ook blijkt dat de Rotterdamse en Antwerpse scheepvaartwe reld hem in Vlissingen nauwelijks weet te vinden. Als het vanaf begin 1962 steeds minder wordt in de scheepvaart, komen er helemaal geen grote opdrachten meer. Toch moet er brood op de plank komen. Bovendien kost de studie van zijn drie zonen handenvol geld. Zijn vrouw schrijft dan een sollicitatie brief voor hem om een betrekking te krijgen als tekenleraar aan de Rijks HBS in Vlissingen. Hij krijgt de baan van 20 lesuren per week en geeft van 1962 tot 1980 vol ener gie en ambitie les. Omdat hij geen onderwijs bevoegdheid heeft, volgt elk jaar een nieuwe tijdelijke aanstelling. In een interview uit 1969 zegt hij over het lesgeven: "De jeugd moet meer in aanraking gebracht worden met de hedendaagse kunst. Op de scholen worden de jongeren te veel met de oude meesters geconfronteerd. De kinderen zelf vinden het ontzettend leuk om buiten te tekenen. Ik doe zelf ook mee en we zitten dan als collega tekenaars onder elkaar buiten te werken". Deze openluchtlessen leiden er toe dat hij met zijn leerlingen de muren van de met demping bedreigde Vissershaven in Vlissingen met kleurige afbeeldingen een ander aanzien geeft als protest tegen de onnodige vernietiging van de oude haven. Wanneer men oud-leerlingen over deze tijd hoort praten, klinkt er niet alleen enthou siasme en bewondering door over de lessen, maar blijkt dat velen een liefde voor de kunst verworven hebben. Naerebout geniet in die jaren nationale en internationale bekendheid. Tentoonstellingen van zijn werk worden gehouden in het museum Boymans- van Beuningen te Rotterdam (1947), in Kunstzaal Bikker, Badhuisstraat 15 te Vlissingen (1960) en in het Nederlands Scheepvaart Museum Amsterdam (1983). Deze laatste expositie omvat zijn "Artist Impressions" van moderne zeilvaartontwer- pen. Recensies uit die tijd spreken een duidelijke taal: "Naerebout toont zich in zijn doeken een man die met beheerste geladenheid het pen seel hanteert. Naerebout combineert het monumentale met een levendig gevoel voor het expressieve detail. Hij onderstreept daarbij zijn opvat ting met felle kleuren. Monumentaal zijn de figuren waardoor hij verraadt dat hij ook beeldhouwer is. Naerebout is in de eerste plaats op de expres sie gericht. Deze expressie openbaart zich niet alleen in de soms hevige kleur, maar ook in de kantige, bewogen, haast kubistische vorm geving van zijn dijkwerkersserie, waarin hij de strijd met de zee op markante wijze beel dend heeft gemaakt. Naerebout laat hier zien, dat hij ook beeldhouwer is: monumen taal en bonkig zijn de figuren van ringrijders afbeelding 2) en dijkwerkers. Hij ontwikkelt een monumentale en plastische kracht. Een Naerebout hebben is niet niets. Zelfs bij de president van Ghana en keizer Hailie Salasie van Ethiopië hangen zijn schilderij en." Gesigneerd Naerebout Alhoewel niet helemaal strak te scheiden kan het werk van Naerebout in grote lijnen als volgt ingedeeld worden: - realisme (afbeelding 1) - kubistisch expressionisme (afbeelding 2) (in de Lexicon van de Nederlandse beelden de kunstenaars door Pieter A. Scheen, op bladzijde 92 van deel 2, staat een van deze werken afgebeeld) 'Kubistisch' - expressionistisch olieverschil- derij van een Zeeuwse ringrijder (afb. 2) 16 Den Spiegel, oktober 1998

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1998 | | pagina 16