middel om de geluiden van de stoommachi ne, bestemd voor bioscoop en verlichting, naar de achtergrond te drukken. Het leek erop dat deze nieuwe generatie ex ploitanten een onbezorgde toekomst tegemoet kon zien. Dit echter werd wreed verstoord door de opkomst van de vaste bioscopen. Het Rotterdamse Tivoli, operationeel sinds 1903, fungeerde hierbij als trendsetter. In de be drijfsvoering kende de vaste bioscoop een aantal voordelen zoals het ontbreken van transportkosten en de afname van goedkope re energie van gemeentelijke elektriciteits bedrijven. Deze leverden bovendien een con stantere kwaliteit op ten opzichte van de stoommachines, hetgeen de beeldkwaliteit ten goede kwam. Nadat het publiek massaal voor de vaste bioscoop had gekozen begon nen de reisbioscopen langzaam te verdwij nen. Enkele exploitanten konden het in be paalde regio's, die een vaste bioscoop moes ten ontberen, nog uithouden tot de Tweede Wereldoorlog. Bioscopen in Vlissingen Ook de Vlissingers konden al vrij snel kennis maken met Edisons kinetoscope, de voorlo per van de bioscoop. Een advertentie in de Vlissingsche Courant van 15 juni 1896 riep de lezers op om in Zaal Stofkoper aan de Grote Markt het nieuwe fenomeen te aan schouwen. Ook hoefden zij niet lang te wach ten op de eerste reisbioscopen. De vanouds populaire kermis in de Scheldestad zag maar al te graag dat standplaatsen werden toege wezen aan reisbioscopen. Zo kreeg het beken de 'Theatre Original Illusions en Bioscope' van Riozzi in 1904 een plaats op de Nieuwen- dijk toegewezen. Het hoogtepunt van de voorstelling, aldus een advertentie, was het optreden van Martha Riozzi (De Ster van Italië), die in Parijs, Londen en Berlijn meer dan een miljoen bezoekers trok met haar ser- pentinedans, waarbij zij binnen twee minu ten honderd keer van kleding wisselt zonder dat het publiek zich van een omkleding be wust is. Ook andere reisbioscopen zoals die van Weg- kamp, Lohoff en Benner zagen niet op tegen de verre reis naar Vlissingen. De Vlissingsche Courant schreef in enthou siaste bewoordingen over de kwaliteit van de vertoningen. Vooral de 'live-act' tussen de films door van een Tiroler trio maakte diepe indruk. Maar ook in Vlissingen kreeg de bioscoop meer vaste grond onder de voeten. Vooral in 'De Oude Vriendschap' aan de Breestraat werden in het begin van deze eeuw regelma tig filmvoorstellingen gegeven. Cosmopolitain De geboorte van de eerste echte vaste bios coop kon niet lang meer uitblijven. De Vlissingsche Courant maakte op 28 maart 1907 bekend dat ten overstaan van notaris Paap het verenigingsgebouw 'Elim' (foto om slag) aan de Coosje Buskenstraat in het open baar was verkocht aan A.W. Smits voor een bedrag van 7.214, De bevalling duurde echter langer dan gepland waardoor de geboorte pas in 1910 een feit werd. Onder de naam 'Cosmopolitain' beleefde het de premiè re van de 'Cinema Pathé Frères' op zaterdag 17 december 1910. Voor deze aangelegenheid waren de weeskinderen van beide gestichten in Vlissingen uitgenodigd. Vanwege bijzonde re omstandigheden echter konden deze kin deren niet aanwezig zijn. De reden ervan ver meldt de geschiedenis helaas niet. Alhambra De slogan 'wegens succes geprolongeerd' is op deze bioscoop van toepassing aangezien de exploitant A.W. Smits in 1912 besloot om het gebouw grondig te verbouwen en aan te passen aan de eisen des tijds. Hij had zich al voorgenomen om na deze ingrijpende ver bouwing de exploitatie voort te zetten onder de naam 'Alhambra'. Het moest plaats gaan bieden aan 500 personen die de keus hadden tussen een vijftal rangen: balcon, le rang, 2e rang, 3e rang en zijplaatsen op het balcon. Helemaal zeker van zijn zaak was Smits kennelijk niet want hij liet het gebouw mul- ti-functioneel inrichten waardoor het moge lijk was om in de toekomst ook variété- en andere voorstellingen te kunnen geven. Een uitgelezen gezelschap genodigden woon de de opening bij op 22 oktober 1912. In de met bloemen rijk versierde bioscoop opende de Wilhelmina-Kapel vanaf het podium het feest met een 'flincken marsch' waarna het 'Wilhelmus' werd ingezet. Op het witte doek verschenen vervolgens de portretten van de Koninklijke familie. Zoals gebruikelijk in die tijd werden de 'stomme' films vaak muzikaal ondersteund door een pianist. Op die avond speelde J.G. Smits, die overigens tot op hoge leeftijd onlosmakelijk verbonden bleef met de Alhambra. Ook reeds in 1912 werd het publiek 'ver maakt' met beelden over het vergaan van de Titanic en de oorlog op de Balkan. 4 Den Spiegel, april 1999

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 1999 | | pagina 6