Fosfor in de Zaaihoek
A.H. van Dijk
Toen ik laatst met de hond op het strand bij Zwanenburg liep zag ik daar naast een paal
hoofd een zwaar verroeste stalen koker waar een dikke bruine korst zand op vastgekoekt
zat. Aan het uiteinde zat een bronzen ontstekingsknop, waaraan ik direct de fosfor-rubber
brandbom herkende waar we in de oorlog zo lekker mee hadden gekliederd, al leek deze wel
een stuk kleiner. Het was me al vaker opgevallen dat dingen van zo lang geleden bij het
weerzien kleiner lijken dan in je herinnering. Thuis gekomen heb ik het voorval opgezocht
in mijn oorlogsdagboek en de maten bleken precies te kloppen.
Hier volgt dat verhaal.
In de oorlog moest alles heel goed verduis
terd zijn, anders had je kans op een flinke
bekeuring of je schrok omdat een passe
rende Duitse patrouille 'Licht aus! Licht
aus!' begon te brullen. Maar voor het sla
pen gaan trok ik altijd de rolgordijnen van
dik zwart papier omhoog om toch maar
niets van de nachtelijke luchtoorlog te
missen.
De nacht van 16 april 1942 was zo'n onrus
tig nachtje. Rond één uur waren er voort
durend zwaaiende zoeklichten en werd er
geschoten boven Oostende, maar dat ebde
weg nadat een Britse bommenwerper was
neergeschoten. Om kwart over vier schrok
ik weer wakker van een geweldig gefluit,
gevolgd door een twintigtal zwakke ont
ploffingen. Het was nog donker, maar ik
gooide de openslaande deuren open omdat
ik dacht dat er een serie thermietbrand-
bommen op het voetbalveld was gevallen
(waar nu Ter Reede staat), maar er was
niets te zien. Even later begonnen er in de
hoge bomen overal kleine vlammetjes te
flakkeren, zoals kaarsjes in een kerst
boom.
Het was echter verder weg te doen, rich
ting Koudekerke, op zo'n vijfhonderd
meter afstand. Het was een nieuw soort
brandbom die we in Vlissingen nog nooit
hadden gezien. Na enige tijd ontstond er
een echter brand en na lang wachten
kwam de grote grijze bluswagen van de
Duitse Feuerwehr langs rijden, even later
gevolgd door onze eigen rode brandweer
auto. We wilden wel graag gaan kijken
maar het was spertijd en we mochten dus
niet buiten komen. Pas na vijven was de
brand geblust en zag je alleen nog maar
het licht van de schijnwerpers. De volgen
de morgen bleek dat de schuur van
J. Aarnoutse was afgebrand, evenals de
bovenverdieping van zijn boerderij op de
hoek van de Koudekerkseweg en de
Zaaihoekweg (ongeveer waar nu de Sint
Maartenlaan ligt, bij de ingang van het
woonwagenkamp). In de omgeving zaten
tegen de tachtig diepe, ronde gaten in de
grond waar rook uit opsteeg die verschrik
kelijk naar fosfor en benzine stonk. Als je
daar in peurde begonnen de scherven
direct te branden. De blikken staarten met
de vinnen lagen rondom verspreid. Bij het
ontploffen van de springlading werd ken
nelijk het achterdeksel van de bom afge
slagen en de plakkerige rubberblubber in
het rond geslingerd. Door de daarin opge
loste fosfor gingen al die klodders solutie
branden.
y
Staart. L\
i ycu/f^fié /<y
firar, of- e/(,oi~5mn2
l-frj x/tic.-, s-
se-**/.4
v"':
fa
tfe. bom f>/o ft JAct
<ja4*a/te by^e /-scbr'efer
Cn +vo r-d£ /r> be u a/ e r u S 6
acr-cf, af/'a by
"Het- fu<z/icr a af b
Opengewerkte tekening van een fosforbom
(tekening A.Hvan Dijk)
10
Den Spiegel, oktober 1999