via Hedenesse een progressief Hervormde
levensstijl naar het naoorlogse Vlissingen
brachten.
Het Havendorp
In de laatste maanden van de Tweede
Wereldoorlog werden veel Vlissingers bui
ten de stad ondergebracht, veelal in West-
Brabant. Na de bevrijding waren er nood
voorzieningen nodig, omdat de zwaar
gehavende huizen niet direct hersteld kon
den worden. Er werden noodwoningen
neergezet op de Singel, de Paul Kruger-
straat en de Bilderdijklaan. Het grootste
complex noodwoningen echter stond op de
kop van de buitenhaven en werd aange
duid als Het Havendorp.
Door de Hervormde Gemeente werd daar
in 1949 het jeugdwerk gestart in een oude
verhuiswagen, die eerder gebruikt was als
directiekeet bij de droogmaking van Wal
cheren. De verhuiswagen, geplaatst naast
het kerkcentrum annex kleuterschool De
Zonnebloem, bood plaats aan diverse cate
chese groepen. Ook met hobbyclubs, meis
jes en jongens gescheiden, en met spelen
als sjoelen, schaken en dammen, werd
geprobeerd de kerkelijke jeugd van de
straat te houden.
Een paar enthousiaste ouderen hadden de
leiding. Zij rekruteerden assistentie bij de
zondagschool. De Hervormde meisjes en
jongens werden op 12-jarige leeftijd geacht
de zondagsschool te verlaten na ontvangst
van de traditionele Bijbel. Als zondags
schoolverlater was ik toen apetrots dat ik
als assistent iets voor de jeugd kon gaan
betekenen.
Een verhuiswagen in het Havendorp diende
onderkomen voor het Hervormde jeugdwerk,
(particuliere collectie)
Het figuurzagen was op die jeugdclubs bij
de jongens een hoofdbezigheid. Triplex,
driedubbel gelaagd hout, was te betalen en
het gebroken zaagje kon, met de ouderlijke
inventiviteit, best nog wel gebruikt wor
den. Bij het zagen, schuren en verven kon
den de allerkleinsten wel wat steun
gebruiken. Er kwamen heel wat 'nuttige'
voorwerpen tot stand. Boekensteunen,
kinderkapstokjes, wandversieringen en
opzetfïguurtjes werden trots naar huis
gedragen. Zelfs de gevorderde figuurzager
leverde soms een meesterwerk. Ik herin
ner me de zeskantige lampenkap, waar
een hele winter aan gewerkt werd.
Bij de meisjes lagen de bezigheden meer
op het terrein van de 'nuttige handwer
ken'. Het breien of haken van een eierwar-
mer was voor beginners. De gevorderde
schiep met kleurige lapjes een wandver
siering of maakte een lappen knuffel.
Door het scheiden van meisjes en jongens
lokte ook het avontuur. Wat was er span
nender dan om als jongen 's avonds onder
de keet te kruipen als de meiden een club
avond hadden, daar allerlei geluiden te
maken totdat er hoog gegil vanachter de
houten wanden opklonk? Wel op tijd weg
wezen natuurlijk, want de leiding was
toch geducht en het respect voor gezag
groot.
Enige jaren later werden de activiteiten
verplaatst naar een stenen noodwoning in
Het Havendorp.
De Noorderkapel en Instuif De Sloep
In Vlissingen werden huizen weer bewoon
baar en omdat er ook nieuwbouw was, ont
stond een herschikking van
de bevolking.
Havendorpers trokken naai
de stad. Vanuit het kerkelijk
jeugdwerk op het Havendorp
ontstonden in 1951 in Wlis-
singen-Noord' de eerste acti
viteiten in de Noorderkapel,
de houten noodkerk op de
hoek van de Hogeweg-Bone-
dijkestraat.
Toen deze kapel in 1955 ver
dween na opening van de
Johanneskerk, werd er ach
ter de nieuwe kerk voor het
kinderclubwerk een houten
in 1949 als barak, De Sloep, geplaatst.
Het werk voor de oudere
jeugd, dat Instuif De Sloep
Den Spiegel, oktober 2000
5