perschepen. Vanaf het begin van de
Negenjarige Oorlog, in 1688, bestreken zij
hun operatieterrein, de Noordzee. Het
strijdtoneel van de marine zou gedurende
de Negenjarige Oorlog voornamelijk in het
Kanaal en de Middellandse Zee zijn. Dit be
tekende dat de Noordzee voor het eerst een
operatieterrein werd waar de commissie-
vaarders het monopolie leken te bezitten.
Het bleef niet bij de dreiging van
individuele commissievaarders.
Op 27 juli 1690 kwam het bericht de pro
vincie Zeeland binnen dat enkele galeien
met regimenten soldaten te Duinkerken
waren binnengelopen. Bevreesd voor een
beschieting of zelfs invasie van Walcheren,
in het bijzonder Vlissingen, trachtten de
Staten van Zeeland de troepen te mobilise
ren en alle oorlogsschepen in gereedheid te
brengen. Hiertoe werden de binnenliggen-
de commissievaarders opgeroepen om zich
vrijwillig voor de tijd van veertien dagen in
dienst van de provincie te begeven. Zodra
het gevaar van de invasie geweken was
zouden de commissievaarders weer uit mo
gen varen. Waarschijnlijk met het oog op
het dreigende Franse gevaar, besloten de
Staten op 29 juli om de in de zeegaten lig
gende tonnen te lichten, zodat zij niet als
baken konden dienen voor een invasie-
vloot. Op 1 augustus 1690 waarschuwde
de prins van Waldeck raadpensionaris
Heinsius voor een invasie op Walcheren
door de Fransen. Hij adviseerde vijf regi
menten infanterie en een regiment cavale
rie naar Zeeland te zenden.4 In 1692 was er
wederom opwinding over voorbereidingen
die plaatsvonden in de havens van Norman-
dië, waarvan stadhouderkoning Willem III
echter spoedig begreep dat hiermee geen
invasie op Vlaanderen, Nieuwpoort, Oos
tende of Walcheren bedoeld werd maar dat
Engeland of Schotland het doel van deze
expeditie was.5 Op 17 april 1693 vroegen
de Staten van Zeeland aan Willem III of de
ze, naast de gecombineerde vloten in de
Noordzee en voor Duinkerken, enkele
Zeeuwse schepen, zoals in vorige jaren ge
beurd was, voor de kust van Zeeland tot
aan de Maze toe wilde laten kruisen om
binnenvarende Franse commissievaarders
te weren. De Duinkerker commissievaar
ders waren doorgaans veel lichter gebouwd
Gezicht op Vlissingen vanuit zee, ca. 1675.
(Historisch Topografische Atlas Gemeentearchief Vlissingen)
Oktober 2001
13