ureden zijn dat uan de museuminventaris zo weinig verloren is gegaan. De restauratie uan ons museumgebouw verloopt voorspoedig. De eerste museum- voorwerpen kunnen weer naar het Bella- mypark. Hieronder zijn de van het Zeeuwsch Genootschap te Middelburg in bruikleen ontvangen voorwerpen, waaron der het wiel van De Ruyter. Jaarverslag 1949: op 29 april van dit jaar kon de vlag in top: het museum is weer voor het publiek opengesteld, nadat dit tien jaren gesloten was geweest. 1949 - 2001 Vanaf mei 1949 konden er weer regelmatig bezoekers ontvangen worden. Wel werden in die eerste naoorlogse jaren de vele toe risten gemist. De Stoomvaart Maatschappij Zeeland met de verbinding op Engeland en de sneltreinen uit Duitsland zijn verdwenen. Voor de Tweede Wereldoorlog zetten deze twee spectaculaire vervoermiddelen samen met de Zeeuwse Luchtlijn Vlissingen op de wereldkaart. Een regelmatige toeristen- stroom uit Duitsland en Engeland naar Vlissingen en ook naar het Stedelijk Museum was het gevolg. De stormramp van februari 1953 had voor het museum weinig gevolgen. Slechts het souterrain stond onder water. De schade bleef beperkt tot enkele natte gevelstenen. Vanaf de heropening had de Vlissingse Kunstkring Het Zuiden een atelier annex leslokaal op de zolder van het museum. In de jaren zestig hield deze kunstkring op te bestaan. De leeggekomen ruimte werd deels benut voor het museum ten behoeve van een maritieme afdeling en deels als woonruimte voor de inwonende conciërge. Langzamerhand kwamen er ook weer toe risten naar Vlissingen en het Stedelijk Museum dacht aan uitbreiding. In 1977 werd het pand Bellamypark 19 uitgebreid met een er naast liggend pand. Bellamy park 21. Dit zeventiende eeuwse woonhuis met de historische naam Den Spiegel geeft in 1982 het tijdschrift van de Vereniging Vrienden van het Stedelijk Museum en het Gemeentearchief Vlissingen de naam. In Bellamypark 21 werden een dienstwo ning voor de conciërge en drie extra mu seumzalen ondergebracht. De ruimtes die de inwonend conciërge had betrokken in het pand Bellamypark 19 kwamen daar door vrij voor museaal gebruik. In de decennia na 1980 is het museum zich steeds meer gaan profileren als maritiem museum. Na een discussie van bijna tien jaar, besloot de gemeenteraad van Vlissingen in 1997 het Stedelijk Museum Vlissingen geheel om te vormen tot een maritiem museum. Ook Vlissingen ontkomt niet aan de landelijk in gezette profileringsdrang. Om dit mogelijk te maken wordt vanaf 1 januari 2002 de collectie beheerd door de stichting Maritiem Museum Zeeland. Het nieuwe museum met provinciale uitstraling zal worden gehuis vest in en bij het bekende Lampsinshuis. Dit gebouwencomplex aan de Nieuwendijk 11-17, rondom het uit 1641 stammende classicistische woonhuis van Cornelis Lampsins, ligt aan een haven met uitzicht op zee. In de zomer van 2002 zal deze nieuwe museale instelling haar deuren openen als waardig opvolger van het op 11 januari 2002 gesloten Stedelijk Museum Vlis singen. De collecties Slechts een enkele keer in de ruim hon- derdtienjarige geschiedenis van het Stede lijk Museum Vlissingen heeft uitbreiding van de collectie via belangrijke aankopen plaatsgevonden. Meestal gebeurde dit dankzij de financiële steun van gulle ge vers, zowel particulieren als bedrijven. Tussen de twee wereldoorlogen is bijvoor beeld op die wijze het schilderij Gezicht op Vlissingen van Segars, het topstuk van de collectie, verworven. De meeste elementen van de museumcol lectie zijn te danken aan schenkingen en le gaten. Het museum beschikt bijvoorbeeld over een complete serie portretten van de familie Lampsins, een in de zeventiende April 2002

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2002 | | pagina 13