v Mevrouw de Wed. Mr. W. VAN DER
OS—Vadsr iaat bekend maken, dat heden te
Utrecht overleden is haar hartelijk geliefde
eenige zoon WILLEM, Candidaat io de Rech
ten, in den ouderdom van ruim 25 Jaren, a
Vlissingen, 29 October 1890.12878
üit: Utrechts Provinciaal en Stedelijk Dagblad,
30 oktober 1890
dood kwam hem veel te vroeg halen en gaf
hem weinig tijd om afscheid van het leven
te nemen. Na een ziekbed van enkele da
gen overleed hij in de vroege morgen van
29 oktober 1890, twee maanden na de
opening van de Oudheidskamer. De bron
nen verhalen 'dat hij onverwacht door een
ingewandslijden werd aangetast, dat zijn
reeds zwak gestel binnen enkele dagen
sloopte'. Mogelijk kreeg hij een blinde
darmontsteking of was er sprake van een of
andere gesloten koliek, die in die tijd moei
lijk te behandelen was.
Twee dagen later, 31 oktober, kwam de kist
met het stoffelijk overschot van Willem van
der Os aan op het station van Vlissingen.
De volgende dag volgde de begrafenis in
zijn vaderstad. Zijn graf werd bedolven on
der de kransen en toespraken. De dood van
Van der Os maakte grote indruk in Vlis
singen: op veler verzoek publiceerde de
Vlissingsche Courant zelfs de aan het graf
gehouden toespraken.
De verzameling Van der Os
Zijn verzameling boeken, handschriften,
kaarten en prenten werden overeenkomstig
zijn wens aan de Oudheidskamer Vlis
singen geschonken. Op verzoek van de
moeder van Willem van der Os verzorgde
zijn vriend Nagtglas een catalogus van deze
bijzondere verzameling. De Nieuwe Rotter-
damsche Courant van 11 december 1891
schreef over deze catalogus en verzame
ling: 'Deze kostbare en uoor de geschiede
nis en letteren hoogst belangrijke verzame
ling geldt zoowel Zeeland en Walcheren in
het algemeen, als Vlissingen in het bijzon
der Geen openbare bibliotheek in ons
vaderland is dan ook zoo rijk aan geschrif
ten van en over Bellamy en Betje Wolff en
Aagje Deken. Zelfs is zij in het bezit van een
der enkele exemplaren van den gedenk
penning, in 1804 ter gedachtenis van Betje
en Aagje, door Holzhey, vervaardigd'.
De Gevangentoren
Enige jaren later schonken zijn moeder en
zuster als erfgenamen een bedrag van drie
duizend gulden aan de Oudheidskamer. De
rente van dit bedrag was bestemd voor de
instandhouding van de Oudheidskamer. In
1895 kocht de gemeente de Gevangen
toren van het Rijk en maakte deze geschikt
voor de nieuwe huisvesting van de
Oudheidskamer. De eerder ontvangen drie
duizend gulden werd in zijn geheel gebruikt
voor de verbouwing.
Bronnen
Gemeentearchief Vlissingen:
Archief van het Gemeentearchief Vlissingen; corres
pondentie, 1881
C.P.I. Dommisse, De Oudheidskamer te Vlissingen,
Vlissingen 1903. Hierin zijn krantenartikelen, toe
spraken en raadsbesluiten grotendeels integraal af
gedrukt. Een groot deel van bovenstaand artikel is
gebaseerd op deze bronnen.
Bevolkingsregister Gemeente Vlissingen, 1860-1890
- .DeNauorscher, december 1890
- F. Nagtglas, Leuensberichten uan Zeeuwen
(Middelburg, 1888- 1893)
Vlissingsche Courant, 22 december 1889, 12 janu
ari 1890, 6, 13 en 27 april 1890, 11 en 18 mei 1890,
22 en 27 augustus 1890, 31 oktober 1890, 2 en 7
november 1890, 11 april 1914, 3 augustus 1922
De Nieuwe Rotterdamsche Courant, 11 december
1891
Het Utrechts Archief
Burgerlijke stand Utrecht, overlijdensakte 29 okto
ber 1890
Utrechts Provinciaal en stedelijk Dagblad, 30 okto
ber 1890
Utrechtse Studentenalmanak, 1890 en 1891
- Examenregister der Faculteit uan Rechtsgeleerdheid
17 december 1877 - september 1899.
N.B. De Utrechtse gegevens zijn welwillend beschikbaar
gesteld door de heer J. Braat uit Vleuten, waarvoor
mijn dank.
20
Den Spiegel